Centrale Raad van Beroep Utrecht

Opgewekte verwachtingen. Beleid tot geleidelijke aanpassing uitkering vereist individuele belangenafweging.

Bron: Centrale Raad van Beroep Utrecht

Datum actualiteit: 21-12-2001

Appellante verkeerde door een brief van de SVB in de veronderstelling dat op haar AOW-pensioen een korting van 2% zou worden toegepast. Dit had 12% moeten zijn. De rechtbank oordeelde dat het niet-nakomen van de bij appellante gewekte verwachting inbreuk maakt op het bij haar op goede gronden berustende vertrouwen. De rechtbank heeft daarbij voorts overwogen dat het corrigeren van een onjuiste mededeling als deze grote zorgvuldigheid vergt. Bij de door gedaagde af te wegen belangen verdient het belang van het gewekte vertrouwen bij appellante met name aandacht. Gedaagde diende zich nader te beraden op welke wijze tegemoet kon worden gekomen aan de gewekte verwachtingen. In een nader besluit heeft de SVB, als uitvoering van haar beleid, een pensioen toegekend met een korting van 2% en de korting elk kwartaal met 2,5% verhoogt zodat na een jaar de juiste korting werd toegepast. De Raad stelt vast dat gedaagde dit beleid zonder nader onderzoek heeft toegepast op de situatie van appellante. Naar het oordeel van de Raad verhoudt een dergelijke werkwijze zich niet met het bepaalde in artikel 3:2 Awb, ingevolge welke bepaling het bestuursorgaan bij de voorbereiding van een besluit de nodige kennis omtrent de relevante feiten en de af te wegen belangen vergaart, te minder nu uit de uitspraak van de rechtbank volgt dat het belang van appellante met name aandacht verdient bij de af de wegen belangen. De Raad vermag niet in te zien hoe gedaagde zonder nader onderzoek het juiste gewicht aan het belang van appellante kon toekennen. De Raad acht bij dit geheel ook nog van belang dat het door gedaagde ontwikkelde beleid niet volledig lijkt te zijn toegespitst op een geval als het onderhavige, waarbij appellante op grond van de bij haar gewekte verwachtingen heeft nagelaten zich aanvullend te verzekeren, terwijl dit op het moment dat de onjuistheid van de gedane mededelingen blijkt niet meer mogelijk is omdat het te verzekeren risico reeds is ingetreden.

Ga naar betreffende uitspraak met nummer: AD7125
(Zie het originele bericht)