Centrum voor Arbeidsverhoudingen

VNO - NCW (29 december 2001)

´Kritiek op poldermodel is academisch en modieus´

29 december 2001 - Er is géén sprake van een crisis in de overlegeconomie. "De kritiek op het poldermodel is van een hoog academisch gehalte, omdat het een proces is tussen overheid, werkgevers en werknemers, dat nooit stilstaat en altijd hoogte- en dieptepunten meemaakt."
Dit zegt Niek Jan van Kesteren, algemeen directeur van VNO-NCW, zaterdag in een vraaggesprek met De Telegraaf. Van Kesteren reageert daarmee op kritiek op het ´poldermodel´, onder andere van Bankpresident Nout Wellink.

Toch ziet Van Kesteren het jaar 2002 wel als een ´lakmoesproef´ voor het functioneren van het poldermodel. Hij vindt dat vakbonden met hun looneisen te traag reageren op veranderende economische omstandigheden. Ten onrechte heeft de vakbeweging volgens Van Kesteren de afgelopen jaren niet willen praten over flexibele beloningsvormen, die ´meeademen´ met de economie. "Als het ergens goed gaat, kun je dan de winst flexibel uitkeren", meent de VNO-NCW-directeur. "Het succes van het poldermodel hangt af van de invoering van flexibele beloning."

De belangrijkste voorwaarde voor het succes van het poldermodel in het algemeen is volgens Van Kesteren "dat je verstandige mensen hebt, die handelen naar de economische werkelijkheid."