Gemeente Amersfoort

Kwaliteitsimpuls onderwijshuisvesting vraagt forse investeringen

datum: 5 februari 2002

Nieuwe taken die aan het onderwijs worden gesteld, leiden tot een grotere en aangepaste ruimtebehoefte. Daardoor sluiten de huidige schoolgebouwen niet meer aan bij de nieuwe eisen die het onderwijs eraan stelt. Landelijk wordt de discussie over adequate onderwijshuisvesting breed gevoerd. Het college constateert, dat ook in Amersfoort een discussie over een kwaliteitsimpuls in de onderwijshuisvesting nodig is. Uit een eerste voorzichtige raming van de kosten blijkt dat het om forse investeringen gaat. Met het Rijk wordt onderhandeld over extra budget.

Wensen schoolbesturen
In maart 2001 gaven de schoolbesturen een presentatie in de raadscommissie VDO over de nieuwe eisen die de huidige tijd aan onderwijshuisvesting stelt. In de begrotingsbesprekingen door de raad in november 2001 zijn vijf moties over dit onderwerp ingediend. De raad stelde toen incidenteel
¤ 450.000,- (f 991.669,50) beschikbaar en het college zou met een verkennende nota komen.
Als voorzet voor deze verkenning hebben de besturen van het primair onderwijs een eigen notitie geschreven. Extra ruimte staat op het prioriteitenlijstje van de schoolbesturen op nummer 1. Het huidige onderwijs vraagt om extra ruimte voor onder meer ICT, remedial teaching, kleine groepjes leerlingen die zelfstandig aan een werkstuk werken en onderwijs in allochtone levende talen. Ook hebben de leerkrachten ruimte nodig voor gesprekken met collega's, ouders en leerlingen en om hun lessen voor te bereiden.

Prioriteiten gemeente
In Amersfoort legt de uitbreiding op basis van prognoses van te verwachten leerlingen en het onderhoud van bestaande schoolgebouwen zo'n groot beslag op de beschikbare middelen, dat deze wenselijke uitbreiding nog niet kon worden gerealiseerd. Wel heeft de gemeente regelmatig extra middelen ingezet voor het realiseren van goede onderwijshuisvesting en waar nodig of mogelijk extra impulsen gegeven. Zo kreeg Nieuwland geen noodlokalen maar kwalitatief betere schoolwoningen. In het kader van klassenverkleining heeft de gemeente op verzoek van de schoolbesturen extra lokalen gebouwd en niet gekozen voor het alternatief van 'meer handen voor de klas'. Verder zijn ook de ABC-scholen en de voorzieningenclusters in Vathorst voorbeelden van een vernieuwende vorm van onderwijshuisvesting.

Forse investeringen
Op dit moment wordt voor de ruimte in basisscholen een norm van 5 m2 per leerling gehanteerd. De schoolbesturen adviseren een norm van 6 tot 8 m2. Zij vinden ook dat de regeling voor tijdelijke huisvesting moet worden verbeterd en wensen extra comfort. Het college begrijpt en deelt de wensen van de schoolbesturen. Maar uit een eerste raming van de kosten blijkt, dat realisering van deze wensen om aanzienlijke investeringen vraagt. Uit berekeningen blijkt, dat de minimale variant circa ¤ 50.000.000,- (f 110.185.500,-) kost. Dit bedrag gaat de gemeentelijke mogelijkheden te boven. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) is van mening, dat het rijk verantwoordelijk is voor de kwaliteitsimpuls in de onderwijshuisvesting. Hiervoor heeft de VNG een claim van ¤ 445.000.000,-
( f 980.650.950,-) neergelegd. De staatssecretaris van Onderwijs heeft aangekondigd, dat het kabinet bij de voorjaarsnota mogelijk ¤ 45.000.000,- (f 99.166.950,00) beschikbaar stelt. Het college wil het overleg tussen VNG en Rijk en de Voorjaarsnota afwachten. Afhankelijk van het budget dat het Rijk beschikbaar stelt, kan de gemeente aanvullende middelen reserveren. Daarvoor moet in het raadsprogramma 2002 - 2005 hoge prioriteit worden gelegd bij onderwijshuisvesting. Dit is afhankelijk van het belang dat de nieuwe raad daaraan hecht. Pas als de financiële ruimte bekend is, kan een plan van aanpak worden ontwikkeld.

Besteding ¤ 450.000,-
Voor 2002 heeft de raad incidenteel ¤ 450.000,- (f 991.669,50) beschikbaar gesteld om de eerste nood te lenigen. Voor de besteding van dit bedrag wil het college een praktische besluitvormingsprocedure volgen. Het college wil de schoolbesturen ieder een bedrag geven op basis van het aantal leerlingen. Voorwaarde daarbij is, dat dit bedrag wordt gebruikt voor het realiseren van extra ruimte. De schoolbesturen doen uiterlijk 1 mei een voorstel over de besteding van dit bedrag. De besluitvorming kan dan voor de zomer van 2002 worden afgerond.

I