FNV

Grote verschillen in minimabeleid gemeenten
fnv voorlichting - publieksinfo@fnv.nl

Het armoedebeleid van Nederlandse gemeenten laat nog steeds te grote verschillen zien. Een op de drie gemeenten heeft zelfs de eigen gegevens niet op orde. Dat blijkt uit het jaarlijkse FNV-onderzoek naar het minimabeleid van gemeenten.Het armoedebeleid van de Nederlandse gemeenten laat nog steeds grote verschillen zien. 12 procent maakt zich er wel erg gemakkelijk vanaf en besteedt minder dan 250 euro per (minimum)huishouden per jaar aan extra maatregelen voor mensen op of rond het minimum.

Twaalf gemeentes doen het juist erg goed, en geven meer dan 750 euro uit. Het gaat om Veenendaal, Marum, Zevenaar, Amersfoort, Harderwijk, Heemstede, Wijchen, Zeist, Almere, Utrecht, Deventer en Zwolle.

Dat blijkt uit het grote onderzoek naar het gemeentelijk minimabeleid dat de FNV elk jaar uitvoert onder het motto `Gemeente wees minimaal sociaal.` Daarbij is het minimabeleid van ruim 200 gemeenten op een aantal punten vergeleken.

Een op de drie gemeenten kan niet aangeven wat de resultaten zijn van het minimabeleid.

De FNV vindt deze administratieve chaos zorgwekkend. Vaak voeren gemeenten als verontschuldiging aan dat de uitvoering van het beleid is uitbesteed aan een extern bureau.

FNV-bestuurder voor de minima, Agnes Jongerius, maakt zich grote zorgen: `Het is toch niet te geloven dat dertig procent de papieren niet op orde heeft. Uitbesteding is natuurlijk nooit een excuus. De gemeente zelf blijft verantwoordelijk.`

Belangrijk thema voor de FNV is in hoeverre het minimabeleid bestaat uit zogenaamde categoriale regelingen. Dit houdt in dat aanvragen niet langer individueel moeten worden ingediend, maar bijdragen rechtstreeks aan een bepaalde categorie inkomens kunnen worden overgemaakt.

Dit leidt tot veel geringere `onderbenutting` en bespaart veel uitvoeringskosten. Uit het onderzoek blijkt dat het aandeel categoriale regelingen in de praktijk toeneemt.

Dit jaar heeft de FNV nader onderzocht welke invloed de grootte van verschillende politieke partijen in de raad heeft op het minimabeleid van een gemeente.

De PvdA blijkt hier de meeste positieve invloed uit te oefenen, meteen gevolgd door respectievelijk GroenLinks en D66.

Het CDA komt het meest negatief uit het onderzoek, dat wil zeggen: hoe sterker deze partij in een gemeente vertegenwoordigd is, hoe slechter het minimabeleid. Opmerkelijk genoeg gaat van alle overige partijen geen enkele aantoonbare invloed uit op het minimabeleid.

Het complete rapport `Gemeente wees minimaal sociaal 2001` is bijgevoegd als rapport.rtf.

5 februari 2002

Het laatste nieuws van de FNV vindt u elke dag op http://www.fnv.nl/nieuws.