CENTRUM VOOR AMATEURKUNST

Theaterproductie Ik ben bourgeois

Eigentijdse spectaculaire opvoering van De Burger Edelman van Molière onder de titel IK BEN BOURGEOIS

Bewerking en regie: René Eversteijn
Productie: Centrum voor Amateurkunst, Paviljoensgracht 18, 2512 BP Den Haag (telefoon 070-3646838), contactpersoon voor interviews B.van der Horst
Speeldata: 7 tot en met 10 februari
Locatie: Theater aan het Spui (grote zaal)
Tijden: avondvoorstellingen 20.30 uur, matineevoorstelling op 10 februari om 14.30 uur
Reserveringen: Theater aan het Spui (telefoon 070-3465272) Toegangsprijzen: 10 Euro, Uitpas 8,50 Euro, 65+ en CJP 7,50 Euro, Ooie-vaarspas 5 Euro

Regisseur/schrijver René Eversteijn heeft het uit 1670 stammende origineel omgetoverd tot een eigentijds sprookje. Hier en daar misschien te typeren als schokkend of shockerend, maar in feite eerder uitdagend. Aan de productie, waarin nagenoeg alle sectoren van de amateurkunst zijn vertegenwoordigd (toneel, muziek, zang en dans) werken meer dan 100 mensen mee.

Het verhaal gaat over een rijk heerschap, Meneer Jordain. Hij leeft echter in tegenstelling tot zijn overvolle beurs, een leven zonder enig noemenswaardig geestelijk ontwikkelt niveau. Van de een op de andere dag lijkt dit heerschap een andere koers te willen varen. Verliefd op een prinses kijkt hij op tegen de adellijke stand. Gedreven door de titulatuur aan het hof, krijgt de burgerlijke Meneer Jourdain last van waanvoorstellingen. Hij beeldt zich een vorstelijk leven in en gedraagt zich alsof hij van vorstelijke stand is. Dit waanidee doet hem volkomen zijn gewone komaf vergeten. De uitwerkingen van zijn veranderlijke gedrag ontgaan zijn omgeving niet. Hij doet er werkelijk alles aan om bij de adel in de gunst te vallen. Als zijn vrouw, zijn dochter of zelfs zijn hulp in de slagerij hem de nuchtere realiteit voorhoudt, begint Meneer Jourdain gewichtig te doen over zaken waar hij totaal de betekenis niet van snapt. Hoe onnozel de man werkelijk is zien we als zijn kleermaker hem een massief gouden kostuum aanmeet.
Maatschappelijke verhoudingen gaan op de helling als het slagershulpje hem een lach (spiegel) voorhoudt. Naïef, stijfkoppig, maar vastberaden zoekt Jourdain duurzame vriendschap bij een (berooide) adellijke hofganger, De Heer Dorante. Dorante is een charlatanachtige figuur, die dagelijks bij de prinses over de vloer komt. Dorante weet zonder enige moeite handig gebruik te maken van Jourdains blinde naïviteit. Hij maakt misbruik van Jourdains veradorering voor de prinses. Met zijn gewichtige titulatuur en welbespraaktheid brengt hij meneer Jourdain, die inmiddels volledig op hol geslagen is, keer op keer in verlegenheid. Onuitputtelijk leent Dorante geld van het goedgelovige kind. In ruil daarvoor verschaft de listige graaf met de nodige valsheid voor meneer Jourdain zogenaamd entree en adellijke status aan het hof.
Dorante weet de welgestelde prinses over te halen om een visite te maken bij de trillend wachtende meneer Jourdain. Omdat Jourdain onzeker is over de manieren die hij (niet) in huis heeft voor het hoge bezoek, neemt hij op korte termijn van verschillende hofmeesters privéles. Zo passeren in volgorde van opkomst een muziekleraar, een dansleraar, een schermleraar en een filosofieleraar de revue. Ze zijn gepast verguld met hun onnozele, rijke opdrachtgever.Er wordt onder elkaar aardig de spot met de man gedreven. Jourdain laat zijn docenten weten voor de prinses een feest te willen aanrichten en daar de aangeleerde (goede) manieren tentoon te spreiden. Het huis wordt tot een waar paleis omgebouwd. Het grote feest, waar de vrouw des huizes uiteraard geen getuige van mag zijn, begint. Jourdain staat hoog op zijn bijzonder vormgegeven troon. Het feest trekt aan hem voorbij. Tijdens de totale gekte neemt Jourdain beslissingen, (misschien van hogerhand ingegeven) die zijn leven voorgoed een andere wending zullen geven.

25 jan 02 10:08