Partij van de Arbeid
Den Haag, 7 februari 2002
BIJDRAGE VAN JAAP JELLE FEENSTRA (PvdA) AAN HET ALGEMEEN OVERLEG OVER DE
KERNREACTOR PETTEN
In de inbreng van de PvdA staan drie adviezen centraal: een Inspectierapport
wat niet leidt tot stillegging, een ECN-brief die direct leidt tot
tijdelijke stillegging en een Gezondheidsrapport dat nu leidt tot tijdelijke
stillegging, maar wat later.
Deze gang van zaken, waarbij per advies een bijstelling van het beleid
volgt, roept bij ons de nodige vragen op.
In het Inspectierapport van de Kern Fysische Dienst (KFD) van 9 januari 2002
worden tien punten genoemd, zonder dat overigens de vergunning wordt
overtreden. Dat klinkt geruststellend, maar iets anders was ook
onbestaanbaar geweest - laat dat duidelijk zijn! Nu zijn alle punten
relevant, maar drie punten zijn dat stellig.
Ten eerste, er is boven de 1 MW langer dan 24 uur doorgedraaid zonder
dieselnoodkoelpomp, in afwijking van de Veiligheidstechnische Specificaties
TS waar het GCO zich verklaard had aan te zullen houden.
Ten tweede, bij een hogere activiteit moet worden afgeschakeld; dat is in een situatie niet gebeurd, in afwijking van de TS.
Ten derde, opmerkelijk in een verder zo technische rapportage: de KFD geeft aan dat er aanwijzingen zijn voor onrustgevoelens, die niet alleen voortvloeien uit de arbeidsonrust. Er is geen regulier werkoverleg tussen de wacht en het management. Het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek (GCO) wordt verzocht binnen 14 dagen te reageren over de wijze en tijdsplanning van afhandeling.Nu is met name dat laatste punt , onrust, geen nieuw punt, Waarom is dat de Inspectie bij eerdere controles niet opgevallen? En waarom vormde dit rapport geen aanleiding voor het ministerie van VROM om verdergaande stappen te ondernemen, die later wel volgen?
Dan de opmerkelijke brief van directeur Saris van het ECN van 28 januari
2002 waarin hij, verwijzend naar het Inspectierapport én andere recente
bevindingen, schrijft: '(...) gezien de onwerkzame situatie, die is ontstaan
rondom het arbeidsconflict met HFR-personeel, kunnen wij de veiligheid van
de HFR niet langer voor de volle 100% garanderen, daarom moet ik u helaas
verzoeken de HFR stil te leggen tot een externe audit het veilig bedrijven
kan verzekeren'. Het ECN komt hier, verwijzend naar de arbeidsverhoudingen
en -onrust, tot vergaande aanbevelingen. Het ministerie van VROM meldt in
zijn brief van 5 februari 2002 dat er problemen zijn met betrekking tot de
veiligheidscultuur. Dat is weer iets anders dan arbeidsonrust, hoewel er een
relatie bestaat die hier overigens vanuit de professie met betrekking tot
veiligheid niet mág bestaan! Het ministerie van VROM meldt in dezelfde brief
dat er geen acuut gevaar is voor de veiligheid en de gezondheid. Hoe
verhoudt zich deze constatering tot de brief van Saris, die expliciet
spreekt over onwerkbare situatie en niet te garanderen veiligheid? Had het
ministerie van VROM die conclusie op basis van de eerder bekende inzichten
ook zelf niet moeten trekken? Afgelopen maandag heb ik verzucht: heeft Karel
Noordzij nog een broertje?
En dan enkele vragen over de gebeurtenissen rond het weekend. De KFD ziet
niet direct aanleiding dit ECN-advies op te volgen. Wel volgt er afgelopen
vrijdag een gesprek waarin wordt geconstateerd dat de
reactorveiligheidscommissie geen serieuze rol in de bedrijfsvoering vervult
en dat er daadwerkelijke problemen met de veiligheidscultuur zijn. De
voorzitter van de Veiligheidscommissie laat later weten ook geen rol met
betrekking tot het experiment te zien; hij voelt zich niet gepasseerd. Maar
nu is het van tweeën één: had deze commissie er bij moeten worden betrokken?
Zo niet, waarom heeft - naar wij veronderstellen - Saris dit dan ingebracht?
Zo ja, dan illustreert de voorzitter wel heel duidelijk dat er iets mis is
met betrekking tot de veiligheidscultuur!
Dan een tweede vraag. De minister baseert op de uitkomsten van dit overleg
zijn besluit om aan te dringen op tijdelijke sluiting. Is in dit overleg ook
aan de orde geweest - anders dan uitstel tot vrijdag - de consequentie
daarvan voor het wegvallen van de productie van medische preparaten? In de
brief van 5 februari 2002 wordt namelijk niet gerept over deze
consequenties, ook niet over het nog uit te voeren onderzoek van de
Inspectie Gezondheidszorg. Is er in dit overleg sprake geweest van een
zekere eenzijdigheid, hebben partijen hier hun positie in het
arbeidsconflict doorgezet? Wij verwijzen daarbij ook naar het bericht dat
wij ontvangen hebben van de Ondernemingsraad; die wijst op een onwerkzame
situatie, waarin overigens de interim-directeur niet zonder succes aan de
slag is gegaan.
Voor de PvdA is de veiligheid bepalend. Maar wij sluiten ons ook aan bij de
bezorgdheid van patiënten en medici, die wijzen op het grote belang van het
blijvend en ongestoord kunnen beschikken over de medische preparaten. De
PvdA wil van de ministers van VWS en VROM dan ook de harde garantie dat de
problemen in Petten niet én nooit mogen leiden tot het niet kunnen
beschikken over deze noodzakelijke preparaten. Afgelopen maandag en gisteren
heb ik al aangegeven dat het patiëntenbelang linksom of rechtsom moet worden
gegarandeerd. Op dit punt is de PvdA bereidt de Kamer een uitspraak voor te
leggen (motie).
De blijvende levering vanuit Petten en andere installaties moet zijn
verzorgd en gegarandeerd. De noodzaak daartoe moet Petten als druk ervaren
om snel en sluitend haar veiligheidscultuur te herstellen, zodat de centrale
weer kan worden opgestart. Sommige reacties vanuit de hoek van medici kenden
ook enige eenzijdigheid en hebben ongetwijfeld ook geleid tot onrust en
onzekerheid. De PvdA sluit zich aan bij de Inspecteur Volksgezondheid: mits
er geen acute technische veiligheidsaspecten zijn, wordt geadviseerd de
sluiting uit te stellen tot het moment van de reeds geplande shut-down,
zodat de huidige reeds in bewerking zijnde radio-isotopen voor patiënten
beschikbaar gemaakt kunnen worden en de productie bij andere reactoren
opgestart kan worden.
Tot slot, de HFR-reactor, opgestart in 1961, is een ontwerp uit de vijftiger
jaren. Nadien is gebleken dat ze geschikt is voor de belangrijke aanmaak van
de medische preparaten. Er volgt nu een analyse, veiligheidsonderzoek en een
MER met het oog op de revisie van de vergunning. Wordt daarin ook meegenomen
of dit type reactor nog steeds de meest geëigende vorm is voor de aanmaak
van deze medische preparaten of dat uiteindelijk een meer geëigende, op deze
functie toegesneden installatie mogelijk en wenselijk is?