Gemeente Utrecht

'Utrecht Werkt!': Trendrapport van de Utrechtse economie

De Utrechtse economie heeft zich de afgelopen tien jaar goed ontwikkeld. De Utrechtse werkgelegenheid is in de periode van 1990 en 2000 met 31 procent toegenomen, terwijl deze landelijk met 23 procent steeg. Momenteel werken in Utrecht 216.700 personen in 15.200 bedrijfsvestigingen. Daartegenover staat dat de Utrechtse (geregistreerde) werkloosheid spectaculair daalde van tien procent in 1995 naar twee procent in 2000. Dit blijkt uit de economische trendrapportage 'Utrecht Werkt!'.

De afdeling Bestuursinformatie heeft in opdracht van de afdeling Economische Zaken onder de titel 'Utrecht Werkt!' de economische trendrapportage van de stad opgesteld. In deze publicatie is een actuele beschrijving van de Utrechtse economie opgenomen. Ook de meest recente ontwikkelingen zijn in beeld gebracht. De uitvoering van het onderzoek past in het streven van de gemeente om het Economisch Profiel Utrecht (EPU) te ontwikkelen. De publicatie 'Utrecht Werkt!' is een bloemlezing van economische informatie en wordt een jaarlijks terugkerende publicatie. In 'Utrecht Werkt!' staan drie thema's centraal, te weten de economische ontwikkeling (welvaart en werkgelegenheid), de economische structuur (activiteiten en sectoren) en de arbeidsmarkt (banen en beroepsbevolking).

Uit de trendrapportage blijkt dat de Utrechtse productiestructuur wordt gekenmerkt door een relatieve oververtegenwoordiging van de financiële en zakelijke dienstverlening. Daarbij valt op dat het aantal werknemers in de zakelijke dienstverlening in de afgelopen 25 jaar is vertienvoudigd. Andere belangrijke sectoren in de Utrechtse economie zijn gezondheidszorg, handel, onderwijs en de Informatie- en communicatietechnologie (ICT).

Utrecht heeft een van de hoogste werkgelegenheidsfuncties van Nederland. Dit betekent dat de werkgelegenheid in de stad de omvang van de beroepsbevolking overstijgt. Die Utrechtse beroepsbevolking is daarnaast de best opgeleide van Nederland. In de stad is een tekort aan mensen met een middelbare opleiding en een overschot aan universitair opgeleiden. De Utrechtse woon-werkbalans kenmerkt zich op een gemiddelde werkdag daarom door circa 135.000 zowel in- als uitgaande pendelaars. Overigens nam het aantal personen dat zowel woont als werkt in Utrecht in de afgelopen tien jaar toe met 43 procent.

Bij de beschrijving van drie thema's wordt ingegaan op de totale Utrechtse situatie en de verschillende deelgebieden in de stad. Bovendien worden de bevindingen van Utrecht in een bredere context geplaatst en vergeleken met Amsterdam, Rotterdam en Den Haag (samen met Utrecht de G4), met de provincie Utrecht, met landelijke cijfers en met enkele middelgrote steden als Arnhem, Eindhoven, Amersfoort, Groningen en Tilburg. Bij het opstellen van dit rapport is naast literatuur veel gebruik gemaakt van binnen de gemeente aanwezige gegevensbestanden, van de provincie Utrecht, het Centraal Bureau voor de Statistiek en de Enquête Regionale Bedrijfsontwikkeling van de Kamer van Koophandel.

Utrecht, 7 februari 2002.