Productschap Margarine


MVO-sector voorop met energiezorg

De bedrijven in de oliën- en vettensector krijgen een voorlopersrol toebedeeld bij de energiebesparing. In de tweede meerjarenafspraak (MJA2) hebben ze zich samen met andere grote industriële energieverbruikers in de voedingsmiddelenindustrie o.a. gecommitteerd tot het binnen twee jaar opzetten van een beheersysteem dat in elk geval een adequaat niveau van energiezorg garandeert.

Daar de bedrijven reeds over Energiebesparingsplannen (EBPs) beschikken, zullen ze als eerste bedrijven in Nederland te maken krijgen met de nieuwe procedure voor de goedkeuring van hun EBPs. Dit kwam naar voren op de goed bezochte MVO-Energiemiddag, die dinsdag bij Novem in Utrecht is gehouden.

De MJA2 is op 6 december jl. ondertekend door drie ministeries (LNV, VROM en EZ), twee vertegenwoordigers van de vergunningverleners (Interprovinciaal Overlegorgaan en Vereniging van Nederlandse Gemeenten), enkele gemeenten en vijftien sectorale organisaties. Binnen de aangesloten sectoren hebben tot heden 295 bedrijven via een individueel toetredingsformulier aangehaakt. Voor de Nederlandse oliën- en vettensector heeft het Productschap MVO in december getekend, waarna 17 productiebedrijven zich hebben aangesloten.

,,De MJA2 geldt voor de periode 2001 2012 maar deze periode wordt in drie blokken van vier jaar opgesplitst, verklaarde Jos Nizet van Novem. ,,Er staan enkele resultaatverplichtingen in, dus verplichtingen met een meetbaar resultaat, zoals het opstellen en uitvoeren van een EBP en de implementatie van Energiezorg. Maar er zijn ook inspanningsverplichtingen, waarbij bedrijven dus verplicht zijn hun best te doen, zoals onderzoek naar de haalbaarheid van maatregelen die na 2004 kunnen worden geïmplementeerd.

Procedure EBPs
Jos Nizet drukte de bedrijven op het hart om heel goed naar hun EBP te kijken. Dit plan wordt in feite deel van de vergunning. De mogelijkheid bestaat om naast het EBP een Bedrijfsenergieplan (BEP) in te dienen waarin de belangrijkste afspraken uit het EBP zijn samengevat. Novem geeft de vergunningverlener advies over de kwaliteit en inhoud van het EBP. Novem kan gevraagd worden om dit advies mondeling toe te lichten.

Meerjarenplan
Ook het productschap heeft met de ondertekening van MJA2 verplichtingen op zich genomen. Zo moet er voor de sector uiterlijk in augustus een Meerjarenplan (MJP) zijn opgesteld. In dit MJP worden de maatregelen uit de individuele EBPs voor de periode 2001-2004 gecumuleerd, maar wordt ook rekening gehouden met sectorale marktontwikkelingen, risicos en verwachtingen, en met maatregelen voor energiezorg, zodat een reëel beeld wordt geschetst van de vraag welke energiebesparingsmaatregelen in de MVO-sector economisch verantwoord zijn. Behalve deze resultaatverplichting heeft MVO nog een inspanningsverplichting. Deze ligt op het terrein van het informeren, stimuleren en faciliteren van de bedrijven en het aanspreekpunt zijn voor de overheid.
Namens MVO wist Frank Bergmans, verantwoordelijk voor milieu- en energieaangelegenheden, te melden dat de MJA1 een succes is geworden, aangezien tijdens de looptijd hiervan reeds een verbetering van de energie-efficiency van 21 procent is gerealiseerd. De 17 bedrijven die zich voor de MJA2 hebben aangemeld, zijn gezamenlijk goed voor 95 procent van het energieverbruik binnen de MVO-sector.

MJA2-monitoring
Paul Wouda van KWA gaf een demonstratie van het programma voor energiemonitoring op de nieuwe diskette die de bedrijven vóór 1 maart moeten hebben ingeleverd. In dit nieuwe programma worden automatisch diverse indices berekend op grond van de ingevoerde gegevens, zoals de Energie-efficiencyindex (EEI), Energie-prestatieindex (EPI) en de Duurzame Energie-index (DEI).

Energiezorg
De bijeenkomst was behalve op het traject van de EBPs en dat van de MJP vooral toegespitst op Energiezorg. Op dit punt zijn namelijk de hardste afspraken gemaakt.
Ron Ongenae van A+ omschreef energiezorg als het op een structurele en economisch verantwoorde wijze uitvoeren van organisatorische, technische en gedragsmaatregelen om het gebruik van energie, inbegrepen de energie voor de productie en het gebruik van grond- en hulpstoffen, te minimaliseren. Volgens de MJA2 moet de energiezorg in de bedrijven binnen twee jaar op het zgn. C-niveau zijn gebracht. Dit wil zeggen dat aan elk aspect minimaal enige aandacht wordt besteed.

Ongenae: ,,Het gaat bijvoorbeeld om het goed gebruiken van je apparatuur, het doorlichten van je proces op energie-aspecten, het opzetten van energiebeleid, maar ook om een sterk en expliciet commitment van de directie. Het halen van het C-niveau binnen twee jaar is leuk, maar het opzetten van een werkend energiezorgsysteem hoort het einddoel te zijn. Immers, al is het nu een plicht, je hebt er als MVO-bedrijf ook wat aan. Met zon systeem krijg je meer inzicht in en dus meer controle over je energiebehoefte, wat zijn voordelen heeft bij het onderhandelen met het nutsbedrijf, en bovendien ben je beter in staat eenmaal gerealiseerde besparingen in de jaren daarna vast te houden

Een van de aanwezigen wees op het stimulerende karakter van de nieuwe beloningsstructuur binnen zijn bedrijf. Hierin worden de plant managers mede afgerekend op concrete reductiedoelstellingen met betrekking tot het energieverbruik. Energie maakt nu eenmaal een groot deel van de exploitatiekosten van een fabriek uit. Hij pleitte er dan ook voor om de hele energiezorg bij het cluster resources in te bedden en aldus een integraal onderdeel van de bedrijfsvoering te maken.

Bert de Kleijn van De Kleijn Energy Consulting zette het Plan van Aanpak voor de implementatie van energiezorg bij de bedrijven uiteen. Het plan wordt uitgevoerd in samenwerking tussen A+, De Kleijn Energy Consulting en Kuin Consult. De Kleijn wees op het belang van het instellen van een projectteam binnen de bedrijven en op het tijdig aanvragen van budget voor de aanschaf van bijvoorbeeld meetapparatuur. Aangezien ook kleine bedrijven aan de referentie moeten voldoen, kan het geen kwaad aandacht te besteden aan de subsidiemogelijkheden via bijvoorbeeld de Energie Investeringsaftrekregeling (EIA). Arjen Kuin tenslotte gaf aan dat er mogelijkheden zijn om het op te zetten energiezorgsysteem te laten aansluiten op bestaande kwaliteits- dan wel milieuzorgsystemen, en dat zon koppeling voordelen biedt zoals gecombineerde audits en gebruik van bestaande gegevens. Hij gaf aan waar de overlappingen met HACCP zitten, maar gaf toe dat een energiezorgsysteem beter zal aansluiten bij ISO 9001 en nog beter bij ISO 14001.

Vervolg
Zoals gezegd behelst de MJA2 behalve EBPs, MJP en Energiezorg ook de zogenoemde verbredingsthemas. Tot deze themas behoren onder meer mogelijke samenwerkingsverbanden op energiegebied op bedrijventerreinen, implementatie van duurzame energie (bv. verstoken biomassa, plaatsen windmolen) en energiezuinige productontwikkeling (EZP). Over al deze aspecten worden nog dit voorjaar door productschap en Novem een bijeenkomst gehouden.

Informatie
Nadere inlichtingen worden verstrekt door Frank Bergmans, tel. 070-3195150.