Gemeente Breda

11-02-2002

Beter bestuur in Breda
Eindadvies werkgroep Bestuurlijke Vernieuwing afgerond

De werkgroep Bestuurlijke Vernieuwing van de gemeente Breda heeft haar eindadvies over de consequenties van de Wet dualisering gemeentebestuur afgerond en zal het aanbieden aan de nieuwe gemeenteraad. De wet wordt op 7 maart de dag na de gemeenteraadsverkiezingen - van kracht, mits de Eerste Kamer het wetsvoorstel op 28 februari goedkeurt. Voor de verhoudingen tussen college en gemeenteraad van Breda heeft dat op korte termijn ingrijpende gevolgen. Het eindadvies geeft aan hoe om te gaan met de themas van bestuurlijke vernieuwing.

De belangrijkste veranderingen hebben te maken met de ontvlechting van raad en college. Er komt ambtelijke ondersteuning voor de gemeenteraad in de vorm van een griffie. Er wordt een lokale rekenkamer opgericht. En om het lokale bestuur aantrekkelijker te maken adviseert de werkgroep de nieuwe gemeenteraad een daadkrachtige aanpak van interactief bestuur door middel van werkbezoeken en een website. Ook moet de nieuwe raad onderzoeken hoe het zogenaamde burgerinitiatief vorm kan krijgen.

Loskoppeling raad en college
In het dualistische stelsel is de burgemeester net als nu voorzitter van het college van burgemeester en wethouders en van de gemeenteraad. Hij krijgt een formele rol bij de collegevorming. Tevens zal hij zorg moeten dragen voor collegiaal bestuur. In zijn functie kan hij onderwerpen op de agenda van college en raad zetten. Hij moet eveneens toezien op de zorgvuldige behandeling van de interactie met de burger.

Belangrijk verschil met de huidige situatie is dat wethouders straks geen lid meer zijn van de gemeenteraad. Zij krijgen meer bevoegdheden in het dagelijks bestuur van de gemeente. Ook kan iemand van buiten de gemeente wethouder worden. Wethouders zijn straks ook geen voorzitter meer van de raadscommissies; deze worden vanaf de inwerkingtreding van de wet voorgezeten door raadsleden.

In de aangepaste reglementen voor de gemeenteraad is vastgelegd hoe de rollen en taken van secretaris en voorzitter verdeeld zijn en wat de posities van wethouders ten opzichte van de commissies en het college ten opzichte van de raad zullen zijn.

Raadsgriffie, ambtelijke ondersteuning en fractieondersteuning Breda besloot als een van de eerste gemeenten van Nederland tot de formele organisatie van een griffie. De beoogd griffier is mevrouw drs. Annelies de Wit - van Herpen. De griffie biedt met zeven fulltime ambtenaren ondersteuning aan de gemeenteraad. De griffie wordt gehuisvest aan het Stadserf, zo dicht mogelijk bij de nieuwe gemeenteraad.
De griffie levert ook de fractieondersteuning. De huidige fractieondersteuning door commissie-niet raadsleden en huidige fractieassistentie blijft intact.

Rekenkamerfunctie en budgettaire bevoegdheden
Om de kaderstellende en controlerende rol van de raad te vergroten is een aantal uitgangspunten geformuleerd. Raad en college moeten afspraken maken over de procedures rond de begrotingsbehandeling. De begroting moet voor raadsleden goed toegankelijk zijn en gerelateerd zijn aan de Stadsvisie. Begroting en jaarverslag worden identiek opgesteld.

Uiterlijk 1 januari 2003 moet de lokale rekenkamer functioneren. De rekencommissie wordt verzocht om in september 2002 hierover met een advies te komen.

Burgerinitiatief en interactief bestuur
Het contact tussen de inwoners en de gemeenteraad moet verder versterkt worden. Zo is de werkgroep Bestuurlijke Vernieuwing van mening dat de gemeenteraad direct na de verkiezingen van 6 maart moet onderzoeken hoe het burgerinitiatief een plaats kan krijgen binnen de werkwijze rond commissies en agendavorming. Afhankelijk van de (politieke) rolverdeling tussen commissies en raad zal een zorgvuldige discussie plaatsvinden over de vorm van dit burgerinitiatief. Het snel invoeren van een dergelijk initiatief zou ten koste gaan van de kwaliteit van zon instrument. De werkgroep ziet het burgerinitiatief als een extra waarborg om de burger serieus te nemen.

De gemeenteraad moet zich in een dualistisch stelsel richten op kaderstellen, controleren en volksvertegenwoordigen. Ze moet daarom voortdurend met de stad in gesprek blijven. In het eindadvies is hiervoor een aantal suggesties opgenomen. Een van de voorstellen is dat (een vertegenwoordiging van) de gemeenteraad een aantal keer per jaar in elk district op werkbezoek gaat en dat er wijkcommissies gevormd worden. Daarnaast kunnen er gesprekken plaatsvinden met geĂŻnteresseerde burgers van de stad en rond actuele onderwerpen kunnen thema-avonden worden georganiseerd. Verder moet onderzocht worden welke mogelijkheden de toepassing van Informatie en Communicatie Technologie een eigen website - voor de gemeenteraad biedt.

Breda, 12 februari 2002