Gemeente Amsterdam


---
|
Programma ruimtelijke investeringen 2002-2015: Aanpak nodig van problemen rond mobiliteit en wonen

Programma ruimtelijke investeringen 2002-2015: Aanpak nodig van problemen rond mobiliteit en wonen

Er is een grote achterstand op het gebied van de infrastructuur in de Amsterdamse regio. Deze achterstand moet worden ingelopen om te voorkomen dat het economisch functioneren van de regio in gevaar komt. Als er onvoldoende in de infrastructuur wordt geïnvesteerd, dan zal dit grote gevolgen hebben voor de toch al scheve woon-werkbalans in de regio. Het Rijk moet daarom meer investeren in de hoofdinfrastructuur en ook een zware inspanning van gemeentezijde is nodig. Daarnaast versterkt het mobiliteitsprobleem ook de noodzaak om in de stad te voldoen aan de woningvraag van mensen die in de stad werken.

Dit staat in het Programma Ruimtelijke Investeringen (PRI) 2002-2015, waarvan de conclusies en de aanbevelingen door het college van B&W zijn besproken. Het PRI geeft elke twee jaar een regionaal overzicht van ruimtelijke projecten en analyseert op basis van ruimtelijk-economische scenario's de programmering. Er worden integrale conclusies getrokken en aanbevelingen gedaan. Voor Amsterdam is dit PRI een programmatische uitwerking van het in voorbereiding zijnde Structuurplan 2002. Het PRI kan daarnaast als achtergrondmateriaal dienen voor de onderhandelingen in het kader van het programakkoord.

Een andere aanbeveling uit het PRI is dat een ingrijpend transformatieproces op een aantal plekken in de stad nodig is. De woningvoorraad moet stedelijk en regionaal beter worden afgestemd op de vraag van de beroepsbevolking. In Amsterdam betekent dit vooral bouwen voor middengroepen. Door het teruglopen van de woningproductie stagneert de doorstroming en schiet in alle marktsegmenten het aanbod tekort. Om verpaupering, werkgelegenheidsverlies en investeringsstagnatie te voorkomen wordt aanbevolen om samen met andere partijen een lange termijn strategie te ontwikkelen voor de transformatie van verouderde bedrijventerreinen naar meer gemengde stedelijke gebieden.

De planvorming leidt mogelijk tot veel meer kantoren dan waarnaar vraag zal zijn. Goede regionale afstemming is nodig en dit vereist een gemeenschappelijk grond(prijs)beleid. Terughoudendheid wordt aanbevolen bij nieuwe ontwikkelingen in gebieden met een beperkte marktvraag.

Het college heeft geconcludeerd dat de bovenstaande problemen het noodzakelijk maken om concrete strategische keuzes te laten uitwerken aan de hand van het Programakkoord 2002-2006. Het Programma Ruimtelijke Investeringen wordt ter kennisneming gebracht van de fractievoorzitters in de gemeenteraad en van de betrokken portefeuillehouders van de gemeenten in de regio en van de stadsdelen.

Paul van Yperen

^


-

© gemeente Amsterdam - 13-02-2002