Ernst & Young

Winstwaarschuwingen in vierde kwartaal 2001 sterk gestegen

17 februari 2002 - Het aantal winstwaarschuwingen is in het vierde kwartaal van 2001 spectaculair gestegen. Dat blijkt uit onderzoek van Ernst & Young. Waar in de vier voorgaande kwartalen gemiddeld 13 beursgenoteerde bedrijven een winstwaarschuwing uitbrachten, kwam het aantal waarschuwingen in het vierde kwartaal uit op 41. Met name grote ondernemingen in de IT-sector hezen in de laatste maanden van 2001 vaak de stormbal.

De reactie van de beleggers liet meestal niet lang op zich wachten: binnen 24 uur daalde de aandelenkoers van de betreffende onderneming met 6 tot 15 procent. Mede daarom is directeur Geert-Jan van Logtestijn van Ernst & Young Corporate Finance verbaasd dat de meeste ondernemingen nauwelijks melding maken van maatregelen die worden genomen als antwoord op de tegenvallende resultaten.

Beursgenoteerde ondernemingen zijn verplicht om melding te maken van ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op de resultaten van de onderneming. Een winstwaarschuwing, waarin het bedrijf meldt niet te kunnen voldoen aan eerdere verwachtingen, is daarvoor een van de meest gebruikte mededelingen. Mede omdat winstwaarschuwingen een indicator vormen voor economische trends en ontwikkelingen, is door Ernst & Young het totaal aan in Nederland uitgebrachte winstwaarschuwingen in kaart gebracht.

IT-sector
De winstwaarschuwingen van het vierde kwartaal van 2000 tot het vierde kwartaal van 2001 blijken inderdaad de algemene economische tendens goed te volgen. Het aantal nam in de laatste maanden van 2001 drastisch toe en vooral IT-bedrijven zijn gedwongen om tegenvallende resultaten te melden. Met 41 winstwaarschuwingen springt het vierde kwartaal van 2001 er opvallend uit; in de vier eerdere kwartalen werden respectievelijk 15 (derde kwartaal), 20 (tweede kwartaal), 6 (eerste kwartaal) en 10 (vierde kwartaal 2000) winstwaarschuwingen geteld. Van de 41 winstwaarschuwingen in het vierde kwartaal 2001 waren 13 afkomstig van bedrijven uit de IT-sector. Als tweede kwamen industriële ondernemingen uit de bus.

Hoofdfondsen
De hoofdfondsen blijken relatief vaak getroffen te worden door tegenwind: van de 25 AEX-fondsen kwamen maar liefs 10 ondernemingen (40 procent) een verdubbeling ten opzichte van het derde kwartaal - met een winstwaarschuwing naar buiten. Onder de 25 Midkap-fondsen telde Ernst & Young in het vierde kwartaal 8 winstwaarschuwingen tegen gemiddeld 1 winstwaarschuwing in de eerdere kwartalen. Van de 125 overige fondsen berichtten slechts 23 ondernemingen over tegenvallende resultaten. Grote ondernemingen, met een omzet van meer dan 2 miljard Euro, voeren de lijst met het aantal winstwaarschuwingen aan. Die trend was overigens al vanaf het tweede kwartaal van 2001 zichtbaar.

11 september
Verslechterende marktomstandigheden worden veruit het meest genoemd als reden voor de tegenvallende resultaten. Ook herstructureringskosten en vertraging in de productontwikkeling zijn, zij het op één hand te tellen, als reden genoemd. Zes bedrijven noemden de impact van de aanslagen in de Verenigde Staten op 11 september 2001 expliciet als medeoorzaak voor de noodzaak om een winstwaarschuwing uit te brengen.

Pavlov-reactie?
Dat winstwaarschuwingen de belegger niet onverschillig laat, blijkt uit de invloed op de aandelenkoers. Gemiddeld daalde de koers binnen 24 uur met zon 11 procent. Uit het onderzoek blijkt wel dat het effect op de koers begint af te vlakken. Waar over het vierde kwartaal van 2000 nog een gemiddelde koersdaling van 14,92% werd genoteerd, kwam dat een jaar later uit op 6,16%. Kennelijk zijn beleggers wat meer gewend geraakt aan de economische teruggang en is de eerste schrik er af, vermoedt Geert-Jan van Logtestijn. In hoeverre er sprake is van een Pavlov-reactie van beleggers op een winstwaarschuwing en er op de lange duur weer een meer rationele beurswaarde ontstaat, is volgens Van Logtestijn moeilijk te zeggen. Beleggers maken van meer instrumenten gebruik dan alleen hun emotie en intuïtie. Wanneer de koers zich gaandeweg wat meer herstelt, kunnen daar tal van factoren debet aan zijn. Met als meest voor de hand liggende dat het gewoon weer beter gaat met het bedrijf.

Burning platform
Slechts bij een beperkt aantal ondernemingen kwam ook naar buiten welke maatregelen men voor ogen had om de situatie te verbeteren. Kostenbesparende maatregelen (in totaal acht keer genoemd) en het inkrimpen van het personeelsbestand (twee keer genoemd) staan nog het meest op de publiek gemaakte agenda van de bedrijfsleiding. Van Logtestijn is verrast over de geringe mededeelzaamheid op dit punt: In een tijd waarin aandacht voor de aandeelhouder steeds belangrijker wordt, zou je verwachten dat bedrijven meer inspelen op mogelijke vragen die bij beleggers opkomen wanneer een winstwaarschuwing uitgaat. Actiever communiceren over het voorgenomen beleid vergroot volgens Van Logtestijn de kans op een minder scherpe afstraffing door de belegger. Goede externe communicatie kan bovendien interne doelen versterken. Een winstwaarschuwing biedt een burning platform voor het doorvoeren van reorganisaties. Wanneer een bedrijf de stormbal hijst, is de noodzaak van bijvoorbeeld het terugbrengen van de kosten of andere maatregelen om de financiële huishouding op orde te krijgen evidenter dan wanneer het alleen maar voor de wind gaat.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Geert-Jan van Logtestijn van Ernst & Young Corporate Finance, telefonisch via 020 549 7 3 92 of met persvoorlichter Jan-Willem Wits, telefonisch via 010 406 53 64.