Ingezonden persbericht

UPC niet in beroep tegen uitspraak misleidende reclame

, 20020218 -- UPC is niet in beroep gegaan tegen de onlangs gedane uitspraak van de Reclame Code Commissie. De Reclame Code Commissie oordeelde daarin de wijze waarop UPC reclame maakt voor het bellen via de kabel met Priority Telecom (opnieuw) als misleidend.

UPC beweerde op de internetsite dat Priority Telecom abonnees onderling lokaal en interlokaal tot 50% voordeliger kunnen bellen in vergelijking met het KPN BelBasis abonnement. Aangezien UPC met Priority Telecom hetzelfde starttarief hanteert als bij KPN BelBasis, is het genoemde voordeel volgens de Commissie niet haalbaar. Aldus "acht de Commissie de uiting misleidend als bedoeld in artikel 14 aanhef en onder a en is er geen sprake van een objectieve wijze van vergelijken als bedoeld in artikel 14 aanhef en onder c NRC."

Tevens beweerde UPC dat het met Priority Telecom mogelijk is om tegelijkertijd te telefoneren en te internetten. Nu niet in de uiting wordt vermeld dat men hiervoor "naast een Priority Telecom-abonnement ook een Chello-abonnement dient af te sluiten en dit niet in de uiting is vermeld, acht de Commissie deze onvolledig en daardoor misleidend als bedoeld in artikel 7 NRC."

Aangezien de Commissie adverteerder al meermalen heeft aanbevolen om niet meer in strijd met de Nederlandse Reclame Code reclame te maken voor Priority Telecom, heeft zij besloten deze uitspraak openbaar te maken (Dossiernummer 01.0666). UPC kon tot 14 februari 2002 tegen deze uitspraak in beroep gaan, hetgeen een opschortende werking zou hebben gedurende de behandeling daarvan. Nu UPC geen in appel heeft aangetekend tegen deze uitspraak, zal Stichting Nederlandse Reclame Code hierover binnenkort een persbericht doen uitgaan.

EERDERE VEROORDELINGEN:
Afgelopen twee jaar is UPC al tien keer veroordeeld wegens misleidende reclame voor het product Priority Telecom (bellen via de kabel). Daarvan zijn de helft openbare uitspraken (dat is de zwaarste sanctie die de Reclame Commissie kan opleggen). Eerder oordeelde de Commissie bijvoorbeeld op 11 mei 2001 met twee (gelijktijdige) openbare uitspraken dat de uitingen tijdens een telemarketinggesprek en op de website onjuist en misleidend waren. Het betrof mededelingen waarin alsmaar wordt gesteld dat men 20% bespaart op de gesprekskosten en abonnementskosten, alsmede de suggestie dat men kosteloos kan terugkeren naar KPN. Daarnaast achtte de Commissie de uitspraken dat Priority Telecom hetzelfde is als KPN en dat bellen met Priority Telecom goedkoper is dan bellen met Tele2, misleidend (Dossiers DM 01.0131 en 01.0218, zie ook het persbericht van Stichting Reclame Code van medio juni j.l.). Ook advertenties (onder meer in de Telegraaf van 19 juni 2001 en De Gelderlander van 5 juni 2001) konden volgens de Reclame Code Commissie niet door de beugel. Daarin werd gesteld dat het met Priority Telecom mogelijk is om te "bellen met behoud van alle (...) overige diensten die u gewend bent." De Reclame Code Commissie oordeelde die mededeling als "te absoluut en daardoor misleidend", omdat "een aantal telefoondiensten waarvan men daarvoor gebruik kon maken, niet meer beschikbaar is". Voorts beoordeelde de Commissie de zinsnede "Bovendien loopt u geen enkel risico dankzij de unieke UPC Garantie" als te absoluut en daardoor misleidend, omdat "de beperkte omvang van de genoemde garantie niet uit de advertentie valt op te maken, terwijl voor Priority Telecom aangeschafte apparatuur niet wordt teruggenomen" (Dossiernummer 01.0407, d.d. 24 oktober 2001).

Nog nooit is in Nederland een bedrijf zo vaak door de Reclame Code Commissie veroordeeld wegens misleiding. "Het tekent de armoe bij UPC dat dit bedrijf blijkbaar niet op een eerlijke manier klanten kan werven voor het bellen via de kabel met Priority Telecom", aldus klager Max van Wel uit Nijmegen. Met deze tien veroordelingen op rij, komt onderhand ook de autoriteit van de Reclame Code Commissie ter discussie te staan. "Het telkens opnieuw overtreden van de Nederlandse Reclame Code door UPC toont aan dat de Reclame Code Commissie in feite een blaffende hond is zonder tanden", aldus Van Wel.

18 februari 2002



Ingezonden persbericht