Ministerie van Financiën

Versoepeling bij toepassing van standaardvoorwaarde 16 fiscale eenheid

Belastingdienst/Centrum voor proces- en productontwikkeling, domein winstbelastingen

Besluit van 15 februari 2002, nr. CPP2001/3589M

De staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.

1. Inleiding

Aan mij is de vraag voorgelegd of ik in verband met de lange looptijd van het wetsontwerp Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 c.a. (herziening regime fiscale eenheid) (nr. 26 854), waardoor de herziening van het regime fiscale eenheid niet op 1 januari 2002 maar pas op een latere datum in werking zal treden, bereid ben om reeds nu in de uitvoeringssfeer de overkill uit de zogenaamde 16e standaardvoorwaarde fiscale eenheid te halen. Ik ben hiertoe bereid in die zin dat de herwaardering beperkt kan blijven tot de desbetreffende besmette transactie(s).

De goedkeuring geldt echter slechts voor een herwaardering op of na 31 december 2001 en mits deze herwaardering plaatsvindt vóór de dag onmiddellijk voorafgaand aan het boekjaar waarop de wet herziening regime fiscale eenheid op de desbetreffende fiscale eenheid van toepassing wordt. Deze termijn brengt met zich dat een fiscale eenheid die een beroep doet op het voorgestelde overgangsrecht, waardoor de oude voorwaarden blijven gelden, geen beroep meer kan doen op de voorgestelde versoepeling.

2. Goedkeurende regeling

Op verzoek van alle betrokken rechtspersonen wordt goedgekeurd dat, indien de samenstelling van het vermogen van de dochtermaatschappij is gewijzigd door een of meer van de hierna bedoelde transacties, bij verbreking van de fiscale eenheid ten aanzien van die dochtermaatschappij, de inwerkingtreding van de sanctie van standaardvoorwaarde 16 fiscale eenheid ten gevolge van die besmette transactie(s) buiten aanmerking blijft.

Hiervoor in de plaats komt dan de volgende sanctie, waarbij voor iedere besmette transactie een afzonderlijke voorwaarde geldt.

Indien de besmette transactie bestaat uit de overdracht van een of meerdere vermogensbestanddelen met stille reserves (inclusief goodwill) door de dochtermaatschappij of aan de dochtermaatschappij geldt de volgende sanctie:

1. Op het tijdstip waarop de sanctie van standaardvoorwaarde 16 in werking zou treden worden:

- de desbetreffende bij de moedermaatschappij, de dochtermaatschappij dan wel de andere dochtermaatschappij aanwezige vermogensbestanddelen gesteld op de waarde in het economische verkeer, dan wel

- indien de desbetreffende vermogensbestanddelen buiten de fiscale eenheid zijn vervreemd en de alsdan aanwezige stille reserve is gereserveerd, de reserve opgenomen in de winst van de combinatie, dan wel

- indien de desbetreffende vermogensbestanddelen buiten de fiscale eenheid zijn vervreemd en de alsdan aanwezige stille reserve is afgeboekt op andere vermogensbestanddelen, die andere vermogensbestanddelen gesteld op de waarde in het economische verkeer.

Indien de besmette transactie bestaat uit de vorming van een vervangings- of herinvesteringsreserve door de dochtermaatschappij als gevolg van de boekwinst behaald door een ander tot de fiscale eenheid behoord of behoord hebbend lichaam, dan wel bestaat uit de vorming van een vervangings- of herinvesteringsreserve door een ander tot de fiscale eenheid behorend lichaam als gevolg van de boekwinst behaald door de dochtermaatschappij, geldt de volgende sanctie:

2. Op het tijdstip waarop de sanctie van standaardvoorwaarde 16 in werking zou treden wordt de desbetreffende bij de moedermaatschappij, de dochtermaatschappij dan wel de andere dochtermaatschappij aanwezige herinvesteringsreserve opgenomen in de winst van de combinatie.

Indien de besmette transactie bestaat uit het in mindering brengen door de dochtermaatschappij op een vermogensbestanddeel van een vervangings- of herinvesteringsreserve gevormd als gevolg van een boekwinst behaald door een ander tot de fiscale eenheid behoord of behoord hebbend lichaam, dan wel bestaat uit het in mindering brengen door een ander tot de fiscale eenheid behorend lichaam op een vermogensbestanddeel van een vervangings- of herinvesteringsreserve gevormd als gevolg van een boekwinst behaald door de dochtermaatschappij, geldt de volgende sanctie:

3. Op het tijdstip waarop de sanctie van standaardvoorwaarde 16 in werking zou treden wordt het desbetreffende bij moedermaatschappij, de dochtermaatschappij dan wel de andere dochtermaatschappij aanwezige vermogensbestanddeel gesteld op de waarde in het economische verkeer.

Aan de goedkeuring wordt bovendien de voorwaarde verbonden dat alle betrokken rechtspersonen hiermee instemmen.

Onder alle betrokken rechtspersonen wordt verstaan:

- de moedermaatschappij: de moedermaatschappij van de fiscale eenheid, en

- de dochtermaatschappij: de dochtermaatschappij ten aanzien waarvan bij verbreking van de fiscale eenheid de sanctie van standaardvoorwaarde 16 zou leiden tot een herwaardering van haar gehele vermogen, en (indien van toepassing)

- de andere dochtermaatschappij: een andere dan de hiervoor bedoelde dochtermaatschappij, bij wie de te herwaarderen vermogensbestanddelen aanwezig zijn , dan wel bij wie de vrij te vallen (herinvesterings)reserve aanwezig is
---

3. Toestemming tot afdoening verzoeken door de inspecteurs

Dit besluit bevat tevens een algemene toestemming aan de inspecteur voor de afdoening van verzoeken om toepassing van deze regeling.

Betrokkenen kunnen het verzoek richten aan de inspecteur. Uit het verzoek dient te blijken:

- op welke besmette transactie(s) het verzoek betrekking heeft,

- welke vermogensbestanddelen/reserves op grond van de regeling dienen te worden geherwaardeerd dan wel dienen vrij te vallen,

- bij welke maatschappij(en) deze vermogensbestanddelen of reserves op het verbrekingstijdstip aanwezig zijn,

- dat de herwaardering op grond van standaardvoorwaarde 16 plaatsvindt binnen de hiervoor in paragraaf 1 vermelde termijn.

Een concept van de door de inspecteur te verlenen goedkeuring en de daaraan te verbinden voorwaarden is bijgevoegd.

Vennootschapsbelasting. Artikel 15 Wet Vpb. Fiscale eenheid. Toepassing van standaardvoorwaarde 16 fiscale eenheid

Belastingdienst/ Datum:

De inspecteur van de Belastingdienst/ , krachtens het besluit van de staatssecretaris van Financiën van 15 februari 2002, nr. CPP2001/3589M, toegestaan te beslissen op het verzoek van , van , kenmerk , om goed te keuren dat de sanctie van standaardvoorwaarde 16 fiscale eenheid niet in werking treedt bij verbreking van de fiscale eenheid ten aanzien van de dochtermaatschappij als gevolg van de hierna vermelde transactie(s) waarbij de samenstelling van het vermogen van die dochtermaatschappij is gewijzigd:

.

Ik keur onder de hierna vermelde voorwaarden goed dat de inwerkingtreding op van de sanctie van standaardvoorwaarde 16 fiscale eenheid als gevolg van vorenbedoelde besmette transactie(s), buiten aanmerking blijft en wordt vervangen door de navolgende sanctie(s) 1):


---

1) In de goedkeuring alleen de relevante sancties 1, 2 en/of 3 opnemen.

Indien de besmette transactie bestaat uit de overdracht van een of meerdere vermogensbestanddelen met stille reserves (inclusief goodwill) door de dochtermaatschappij of aan de dochtermaatschappij geldt de volgende sanctie:

1. Op het tijdstip waarop de sanctie van standaardvoorwaarde 16 in werking zou treden worden:

- de desbetreffende bij de moedermaatschappij, de dochtermaatschappij dan wel de andere dochtermaatschappij aanwezige vermogensbestanddelen gesteld op de waarde in het economische verkeer, dan wel

- indien de desbetreffende vermogensbestanddelen buiten de fiscale eenheid zijn vervreemd en de alsdan aanwezige stille reserve is gereserveerd, de reserve opgenomen in de winst van de combinatie, dan wel

- indien de desbetreffende vermogensbestanddelen buiten de fiscale eenheid zijn vervreemd en de alsdan aanwezige stille reserve is afgeboekt op andere vermogensbestanddelen, die andere vermogensbestanddelen gesteld op de waarde in het economische verkeer.

Indien de besmette transactie bestaat uit de vorming van een vervangings- of herinvesteringsreserve door de dochtermaatschappij als gevolg van de boekwinst behaald door een ander tot de fiscale eenheid behoord of behoord hebbend lichaam, dan wel bestaat uit de vorming van een vervangings- of herinvesteringsreserve door een andere tot de fiscale eenheid behorend lichaam als gevolg van de boekwinst behaald door de dochtermaatschappij, geldt de volgende sanctie:

2. Op het tijdstip waarop de sanctie van standaardvoorwaarde 16 in werking zou treden wordt de desbetreffende bij de moedermaatschappij, de dochtermaatschappij dan wel de andere dochtermaatschappij aanwezige herinvesteringsreserve opgenomen in de winst van de combinatie.

Indien de besmette transactie bestaat uit het in mindering brengen door de dochtermaatschappij op een vermogensbestanddeel van een vervangings- of herinvesteringsreserve gevormd als gevolg van een boekwinst behaald door een ander tot de fiscale eenheid behoord of behoord hebbend lichaam, dan wel bestaat uit het in mindering brengen door een ander tot de fiscale eenheid behorend lichaam op een vermogensbestanddeel van een vervangings- of herinvesteringsreserve gevormd als gevolg van een boekwinst behaald door de dochtermaatschappij, geldt de volgende sanctie:

3. Op het tijdstip waarop de sanctie van standaardvoorwaarde 16 in werking zou treden wordt het desbetreffende bij moedermaatschappij, de dochtermaatschappij dan wel de andere dochtermaatschappij aanwezige vermogensbestanddeel gesteld op de waarde in het economische verkeer.

4. Binnen twee maanden na dagtekening van deze brief dient bij mij schriftelijk bericht te zijn ingekomen van (de bestuurders van) dat zij instemmen met de hiervoor vermelde goedkeuring en de daaraan verbonden voorwaarden.


---

1) Onder alle betrokken rechtspersonen wordt verstaan:

- de moedermaatschappij van de fiscale eenheid, en

- de dochtermaatschappij ten aanzien waarvan de inwerkingtreding van de sanctie van standaardvoorwaarde 16 zou leiden tot een herwaardering van haar gehele vermogen, en (indien van toepassing)

- een andere dochtermaatschappij dan de hiervoor bedoelde dochtermaatschappij, bij wie de te herwaarderen vermogensbestanddelen aanwezig zijn dan wel bij wie de vrij te vallen (herinvesterings)reserve aanwezig is
---

Hoogachtend,

Belastingdienst/

De inspecteur,