BMG NEDERLAND
Günter Wand overleden op 14 februari 2002
RCA Red Seal (RCA Victor Group) exclusieve artiest Günter Wand
overleed op 14 februari 2002 op 90-jarige leeftijd in zijn huis in
Zwitserland. Met zijn dood kwam er een eind aan een tijdperk van
dirigenten die het vak voor de tweede wereldoorlog geleerd hebben van
degenen die direct samengewerkt hebben met mensen als Mahler en
Brahms. Wand s beheersing van het Oostenrijks-Duitse repertoire
(Mozart, Beethoven, Schubert, Brahms en Bruckner) was ongekend en veel
van zijn opnames worden gezien als toonaangevende voorbeelden door
zowel muziekliefhebbers als muzikanten. Hoewel hij in zijn laatste
jaren een fragiele indruk maakte wist zijn ijzeren wil het steeds te
winnen van zijn fysieke zwakheden. Velen zullen hem missen, met als
troost dat hem een lang leven was gegund en dat hij zijn jaren goed
benut heeft. In de laatste jaren van zijn leven kreeg hij de reputatie
en de status die hij gedurende zijn carrière werkelijk verdiend
had.
Meer dan zeventig jaar en zelfs tot het laatste moment stond hij op
het podium. Zijn carrière valt op te delen in drie fases. Als zoon van
een self-made zakenman leert Wand al op 6-jarige leeftijd piano spelen
en reeds op de middelbare school vormt hij een klein orkest en neemt
hij voor het eerst plaats als dirigent bij een uitvoering van
Mendelssohns Ouverture van A Midsummer Nights Dream. Op aandringen van
zijn vader gaat de jonge Wand in 1930 niet alleen muziek studeren,
maar een combinatie van muziek, filosofie en taalwetenschap. In
datzelfde jaar is hij echter vastbesloten om dirigent te worden na het
horen van een uitvoering van Beethovens Leonora Ouverture door het
Berlijns Philharmonisch orkest onder leiding van Wilhelm Furtwängler.
Op 19-jarige leeftijd krijgt hij een onbetaald baantje aangeboden bij
de Opera in Wuppertal waar hij uiteenlopende werkzaamheden verricht
als technicus en ballet repetiteur. Na zijn academische opleiding gaat
hij in Allenstein, Oost-Pruisen, werken als tweede Kapellmeister waar
hij elke twee weken een nieuwe operette op de planken zette. Wanneer
Wand 26 jaar is wordt zijn vader ziek en moet hij voor korte tijd het
familiebedrijf leiden. Hij maakt echter goed gebruik van de nieuwe
bedrijfstelefoon en binnen een dag heeft hij voor zichzelf een positie
geregeld als hoofd van alle opera en concert uitvoeringen in
Detmold.
In 1938 begint de tweede fase in de carrière van Günter Wand, als hij
op 26-jarige leeftijd een aanstelling krijgt als eerste Kapellmeister
in Keulen. Een noemenswaardige prestatie voor iemand van zijn leeftijd
en dat terwijl hij nooit lid is geworden van de Nazi-partij. Tijdens
de oorlog blijft hij de Opera in Keulen leiden. In april 1944 wordt
tijdens een bombardement het operagebouw ernstig beschadigd en moet
Wand noodgedwongen uitwijken naar Salzburg waar hij 3 dagen voordat de
Amerikaanse tanks binnen kwamen rijden in 1945 het laatste concert van
het Nazi-tijdperk uitvoerde, Beethovens Eroica Symfonie.
Hij bleef een tijdlang in Salzburg waar hij voor het Mozarteum Orkest
arrangementen maakte en concerten gaf voor de Amerikaanse troepen. Als
Wand terugkeert naar Keulen, vindt hij een verwoeste stad, maar met
behulp van Britse troepen is hij het die het muzikale circuit weer
nieuw leven inblaast. Wand werd als Algemeen Muzikaal Directeur van
Keulen verantwoordelijk voor deze operatie. Als leider van de
symphonie concerten in het Gürzenich concertgebouw en van de Opera
richtte hij de muzikale peilers van Keulen weer op. Alhoewel het
Gürzenich concertgebouw zwaar beschadigd was waren de meeste van de
muzikanten nog in leven en ook de muziekbibliotheek had de oorlog
doorstaan. Toen Wand de muziekstukken uit deze bibliotheek onder ogen
kreeg en zag hoeveel veranderingen er in de loop van de jaren in
aangebracht waren was hij vastbesloten niet toe te geven aan de
uitvoerende tradities maar om trouw te blijven aan de bedoelingen van
de grote componisten. Zo gaf hij, ondanks veel tegenstand, de eerste
authentieke uitvoering van Beethovens negende symfonie, gebaseerd op
het originele manuscript en was hij in 1955 ook verantwoordelijk voor
de eerste opname van deze uitvoering.
Wand bleef van 1945 tot 1974 in Keulen en drukte onmiskenbaar zijn
stempel op de muziekwereld. Hij werd een gevierd voorvechter van
nieuwe muziek en verantwoordelijk voor premières van stukken van
Fortner en Zimmerman, Varèse, Braunfels en Hindesmith en wist hij een
nieuw publiek te winnen voor de avant garde. Ook immer aanwezig zijn
de drie componisten wier werk door Wand worden beschouwd als het
bewijs van het bestaan van God: Mozart, Schubert en Bruckner. Tijdens
deze periode is Wand een veelgevraagde gastdirigent binnen Europa. Hij
gaf concerten in Frankrijk, Zwitserland en in 1951 dirigeerde hij het
Londons Symphonie Orkest in de Royal Opera House. Hij werkte in Oost
Berlijn in 1959 en was de eerste West-Duitse dirigent die in de Sovjet
Unie optrad. Voor Club Francais du Disque en het opvolgende label
Musidisc maakte hij opnames van ruim 30 werken tijdens de jaren 50 en
60, waarvan de meeste met het Gürzenich Orkest.
Na 1974 breekt voor Wand een moeizame periode aan, waarin hij veel
rondreist om opnames te maken met de betere radio-orkesten. Hij werkt
zowel in Europa als ook in Japan, waar hij een brede aanhang krijgt.
Hij wordt voornaamste gastdirigent van het BBC symfonie orkest en
dirigeert ook voor het Radio Symfonie Orkest van West Berlijn. Een
ommekeer in zijn leven wordt getekend als Klaus Tennstedt vertrekt bij
het Symfonie Orkest van de Noord Duitse Radio (NDRSO) en Wand hem
opvolgt. Van 1982 tot 1991 was Wand de vaste dirigent van dit orkest
en onder zijn leiding worden legendarische concerten gegeven in de
Musikhalle en ook leidt de samenwerking tot een groot aantal prachtige
opnamen. Tijdens de periode van 1982 tot zijn dood in 2002 stijgt zijn
aanzien.
De periode 1995-2001 wordt niet alleen getekend door zijn
verbazingwekkende werk met het NDRSO, waaronder schitterende
uitvoeringen van de symfonieën van Bruckner, maar ook door Wands
toenadering tot het Berlijns Philharmonisch Orkest. De opnamen die hij
met dit orkest maakt zijn van de allerhoogste kwaliteit. Alhoewel Wand
in de laatste jaren van zijn leven lichamelijk achteruitging, was er
geen teken van een vermindering van zijn intellectuele of muzikale
kwaliteiten. Tijdens de laatste twee jaar van zijn leven heeft hij een
aantal symbolische en emotionele afscheidsconcerten gegeven. In
november 2000 keerde hij terug naar Japan, waar hij nog steeds een
grote aanhang heeft en zelfs een ware cultstatus bereikte. Daarna, in
2001, keerde hij na 6 jaar weer terug bij de BBC Proms in de Royal
Albert Hall. Wands laatste concerten waren in november 2001 in
Frankfurt en Wuppertal, zijn geboortestad.
Vanaf 1989 was Wand een exclusieve artiest voor het RCA Red Seal / BMG
Classics label en in die periode heeft hij vele studio en live opnamen
gemaakt die werden geprezen door zowel pers als publiek. De
uitzonderlijk vruchtbare samenwerking heeft BMG Classics een rijke
catalogus opgeleverd met zeer succesvolle en prijswinnende opnamen.
Günter Wand zal zeker gemist worden door de ontelbare
muziekliefhebbers die zijn geïnspireerd door zijn werk, maar ook door
de vele jonge dirigenten die hem als een belangrijke invloed zagen,
zoals Claudio Abbado, Simon Rattle en Kent Nagano. Onmiskenbaar leeft
hij zo voort, veel tastbaarder is echter zijn muzikale erfgoed in de
vorm van de vele opnamen die hij gedurende zijn carrière heeft gemaakt
en het bewijs zullen blijven van de onomstotelijke status van deze
grote Duitse musicus.
www.gunterwand.nl