Gemeente Haarlemmermeer


* Publicaties Bestemmingsplannen


* ... Wet op de Ruimtelijke Ordening

Goedkeuring bestemmingsplan Hoofddorp Centrum 2000

Burgemeester en Wethouders van de gemeente Haarlemmermeer maken, ter voldoening aan het bepaalde in artikel 28, lid 7 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening het volgende bekend.

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland hebben bij hun besluit van 12 februari 2002 nummer 2001-27411 verzonden 14 februari 2002 gedeeltelijk goedkeuring verleend aan het bestemmingsplan Hoofddorp Centrum 2000, dat de gemeenteraad had vastgesteld op 28 juni 2001 nummer 189. De goedkeuring is verleend met uitzondering van de in rood omlijnde delen van de plankaart voor de gronden plaatselijk bekend Marktplein - Dik Tromplein 92, Hoofdweg 774 en Nieuweweg 103.

Met ingang van 4 maart 2002 ligt genoemd besluit met bijbehorende stukken gedurende zes weken voor een ieder ter inzage bij het informatiecentrum in de centrale hal van het Raadhuis, ingang Raadhuisplein 1 te Hoofddorp, op werkdagen van 08.30 uur tot 12.30 uur. Het Raadhuis is bovendien geopend op dinsdag van 17.00 uur tot 20.00 uur. Mocht u gedurende de laatstgenoemde periode een nadere toelichting willen dan wordt u verzocht hiervoor telefonisch een afspraak te maken met de heer E. Kok, telefoon 023-5676049.

Gedurende de periode van ter inzage ligging kan beroep worden ingesteld bij de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State door:

* degenen die tijdig bedenkingen bij Gedeputeerde Staten hebben ingediend;

* belanghebbenden die aantonen dat zij daartoe redelijkerwijs niet in staat zijn geweest;

* een ieder tegen onthouding van goedkeuring.
Het beroepschrift dient in tweevoud te worden gezonden aan de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA 's-Gravenhage.

Ingevolge artikel 28, lid 7 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening treedt het besluit van Gedeputeerde Staten inzake goedkeuring in werking daags na verloop van voormelde beroepstermijn. Binnen deze termijn kan tevens een verzoek om voorlopige voorziening bij de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State worden ingediend, waardoor het besluit niet in werking treedt, voordat op dat verzoek is beslist.

Hoofddorp, 1 maart 2002

Aan deze tekst kunt u geen rechten ontlenen