Rijksuniversiteit Groningen

27 feb 2002

Nummer 28 25 februari 2002

LET OP: Dit is een gecorrigeerde versie t.o.v. de schriftelijke versie

Amsterdam het goedkoopst, Heerlen het duurst

Woonlasten grote gemeenten stijgen minder dan rijksbelastingen: 5,1 procent


Inwoners van grote gemeenten betalen dit jaar gemiddeld 5,1 procent meer dan vorig jaar aan onroerende-zaakbelastingen (ozb), rioolrecht en reinigingsheffing. De gemeentelijke belastingen stijgen echter aanmerkelijk minder dan de rijksbelastingen. Dit blijkt uit het Belastingoverzicht Grote Gemeenten 2002, dat in opdracht van het Belastingoverleg Grote Gemeenten is opgesteld door het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (coelo) van de Rijksuniversiteit Groningen. Coelo onderzocht voor dit overzicht de tarieven in 34 grote gemeenten, waar ruim 35 procent van de Nederlandse bevolking woont.

Alle gemeenten samen innen drie procent van de totale 182 miljard aan belastingen en premies in 2002. De totale gemeentelijke belastingopbrengst stijgt dit jaar met 6,2 procent. Dat is veel minder dan de opbrengstgroei van de rijksbelastingen (9 procent). Een toenemende belastingopbrengst betekent niet dat ook de lasten voor afzonderlijke burgers of bedrijven stijgen. In de eerste plaats moet rekening worden gehouden met inflatie (in 2001 4,5 procent). Verder zijn er elk jaar weer meer huishoudens dan een jaar eerder.

Tarieven

De ozb-tarieven van de grote gemeenten die coelo onderzocht blijven dit jaar achter bij de inflatie. Het gemiddelde tarief voor woningen stijgt met 3,1 procent en dat voor niet-woningen (voornamelijk bedrijfspanden) met 4,1 procent. Amsterdam heeft de laagste tarieven, Leeuwarden de hoogste. Den Haag verlaagde de ozb-tarieven met 3,5 (woningen) en 3,6 procent (niet-woningen).

Het gemiddelde tarief voor rioolrecht neemt met 6,1 procent toe. Sommige gemeenten kennen geen rioolrecht; het hoogste tarief heeft Assen ( 157). Het gemiddelde tarief van de reinigingsheffing (reinigingsrecht of afvalstoffenheffing) stijgt met 6,2 procent. De verschillen tussen gemeenten zijn groot. Leiden heeft geen reinigingsheffing, terwijl men in Heerlen 290 betaalt. Opmerkelijk is de daling van de reinigingsheffing in Hilversum (-14 procent), en de stijging van dit tarief in Utrecht (+27 procent). Toeristenbelasting wordt geheven door 25 van de 34 grote gemeenten. Het gemiddelde tarief bedraagt 1,64 per overnachting.

Woonlasten

De gemeentelijke woonlasten voor een meerpersoonshuishouden lopen dit jaar met 5,1 procent op tot gemiddeld 569. De woonlasten zijn het laagste in Amsterdam ( 490) en het hoogst in Heerlen ( 695). De grootste toename vinden we in Sittard-Geleen (+12 procent). Inwoners van Hilversum betalen 2 procent minder dan vorig jaar. De woonlasten verschillen veel minder dan de tarieven voor de afzonderlijke belastingen. Dit komt doordat gemeenten met een hoog tarief voor de ene belasting vaak een laag tarief hebben voor een andere belasting.

Overigens maken de gemeentelijke woonlasten maar een klein deel uit van de totale woonlasten die huishoudens moeten dragen. In Delft bijvoorbeeld is het gemeentelijke aandeel niet meer dan 19 procent. Het Rijk heeft daar met het eigenwoningforfait het grootste aandeel (25 procent), terwijl ook gas (24 procent) en elektriciteit (19 procent) de woonlasten opstuwen.

Noot voor de pers


* Meer informatie: dr. M.A. Allers, tel( 050)363 3745, e-mail: coelo@eco.rug.nl

* Het volledige Belastingoverzicht Grote Gemeenten is te vinden op www.wozinformatie.nl . Informatie over coelo staat op www.coelo.nl

* M.A. Allers, Belastingoverzicht Grote Gemeenten, verschijnt in maart bij de vng-uitgeverij, Den Haag.

Tarievenoverzicht grote gemeenten 2002 (meerpersoonshuishoudens)

Tarief in euro's

Verandering t.o.v. 2001 (%)

laagste

gemiddeld

hoogste

laagste

gemiddeld

hoogste

ozb woningen (per 2268)

3,71

6,35

11,11


-3,5
3,1

8,7

ozb niet-woningen (per 2268)

6,25

9,34

16,98


-3,6
4,1

29,8

Reinigingsheffing


---

213

290


-14,3
6,2

27,3

Rioolrecht


---

85

157

0,0

6,1

13,4

Woonlasten a

490

569

695


-2,1
5,1

11,7

Gemiddelden zijn gewogen naar inwonertal.

a ozb gebruiker en eigenaar voor woning met gemiddelde waarde, plus rioolrecht en reinigingsheffing, min zalmsnip.