Amnesty International

Persbericht Amsterdam, 26-02-2002

Guatemala
De dodelijke erfenis van straffeloosheid

Zakenman Edgar Ordónez Porta verdween in mei 1999. Zijn verminkte lichaam werd korte tijd later gevonden. Een onderzoek door zijn broer Hugo wees in de richting van militairen, die hun economische belangen bedreigt zagen door de kleine olieraffinaderij die de broers kort tevoren begonnen waren. De militairen boden Hugo Ordónez hulp aan bij het vinden van zijn verdwenen broer, op voorwaarde dat de krant waarvan hij directeur is zou stoppen met het bekritiseren van de regering. Naspeuringen door de militairen leidden tot niets en Hugo Ordónez is er van overtuigd dat de hulp van de militairen bedoeld was om de aandacht van het onderzoek af te leiden. Vanwege hun veiligheid moesten Hugo Ordónez en zijn gezin uiteindelijk vluchten uit Guatemala.

De zaak van Edgar Ordónez illustreert de mensenrechtenschendingen van de laatste jaren in Guatemala. Vaak werken zij die grote economische belangen hebben samen met delen van politie, leger en met gewone criminelen, om hun gezamenlijke belangen veilig te stellen. Iedereen die in de weg staat, te veel weet of deze activiteiten wil onderzoeken wordt geïntimideerd of geëlimineerd.

Tijdens een persconferentie in Madrid presenteert Amnesty International op 28 februari het rapport Guatemalas Lethal Legacy: Past Impunity and Renewed Human Rights Violations. Het rapport gaat over de verslechterende mensenrechtensituatie in Guatemala, vooral sinds de zomer van 2000, maar ook over de massale mensenrechtenschendingen uit de jaren 70, 80 en 90. In die periode werden meer dan 200.000 mensen buitengerechtelijk geëxecuteerd of verdwenen spoorloos. Daarnaast neemt het rapport het slechte functioneren van het juridische systeem in het land onder de loep. De daders van de massaslachting onder duizenden leden van de autochtone bevolking zijn bijna nooit berecht. Zij die verantwoordelijk zijn voor deze schendingen lopen nog steeds vrij rond en bekleden vaak machtsposities in het huidige Guatemala, aldus Amnesty International. De bestaande situatie van straffeloosheid is een signaal richting machthebbers dat moord onbestraft blijft en dat maakt de weg vrij voor nieuwe mensenrechtenschendingen, zo zegt Amnesty International. De organisatie wijst erop dat met name zij die opkomen voor gerechtigheid, zoals overlevenden van wreedheden; familie van slachtoffers; mensenrechtenactivisten en leden van de rechterlijke macht, extra gevaar lopen.

Slachtoffers zijn vaak de armste delen van, met name, de autochtone bevolking. Een goed voorbeeld zijn de bloedbaden in het dorpje Río Negro tussen 1980 en 1982. Van de 791 inwoners werden er 444 buitengerechtelijk geëxecuteerd. Río Negro is mede het doelwit geweest van deze mensenrechtenschendingen, omdat het land waar het dorp op gebouwd is, nodig was voor de bouw van een hydro-elektrische dam. Militairen hadden grote belangen bij dit project.

Guatemalas juridische systeem is niet in staat gerechtigheid te bewerkstelligen waardoor de bevolking het vertrouwen erin dreigt te verliezen. De druk op rechters, openbare aanklagers en advocaten is groot. Tussen januari en augustus 2000 waren er 81 bedreigingen tegen juristen. Daarnaast werden 8 mensen vermoordt, waarvan 7 belangrijke getuigen in rechtszaken waren.

Om de geschiedenis zich niet te laten herhalen en om een vreselijke verleden achter zich te kunnen laten, is het bestraffen van de daders van mensenrechtenschendingen de sleutel voor de toekomst van Guatemala, aldus Amnesty International.

Zolang Guatemalas juridische systeem niet hervormd wordt en in lijn wordt gebracht met internationale standaarden en zolang er geen duidelijk signaal is dat mensenrechtenschendingen niet getolereerd, maar wel bestraft zullen worden, is een echte en blijvende vrede in Guatemala niet mogelijk, zo zegt Amnesty International.

Amnesty International doet in het rapport de volgende aanbevelingen aan de regering van Guatemala:

* De mensenrechtendelen uit het door de Verenigde Naties tot stand gebrachte vredesakkoord uit1996 moeten uitgevoerd worden. Dat geldt onder andere voor opheldering over het lot van de duizenden verdwenen, waaronder verdwenen kinderen.

* Het opzetten van effectieve beschermingsprogrammas voor rechters, openbare aanklagers en advocaten en voor getuigen in rechtszaken waarin daders van mensenrechtenschendingen berecht worden, is noodzakelijk.

De regering van Guatemala moet ervoor zorgen dat de rechtbanken kunnen functioneren volgens internationale standaarden. Doodseskaders, privé-legers en paramilitaire eenheden moeten ontmanteld worden. Leden hiervan moeten berecht worden als ze verantwoordelijk zijn voor mensenrechtenschendingen.

Amnesty International afdeling Nederland