Ministerie van Buitenlandse Zaken
---
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den
Haag Directie Sub-Sahara Afrika Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag
Datum 28 februari 2002 Auteur Pascalle Grotenhuis
Kenmerk 130/02 Telefoon 070-3485016
Blad /1 Fax 070-3486607
Bijlage(n) 1 E-mail pascalle.grotenhuis@minbuza.nl
Betreft Beantwoording vragen lid Van Baalen (VVD) en Verhagen (CDA) over de
sancties tegen Zimbabwe
Zeer geachte Voorzitter,
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld
door de leden Van Baalen en Verhagen over de sancties tegen Zimbabwe. Deze
vragen werden ontvangen op 14 februari 2002 met kenmerk 2010206170.
De Minister van Buitenlandse Zaken
Antwoord van de heer Van Aartsen, Minister van Buitenlandse Zaken op vragen
van de leden Van Baalen en Verhagen
Vraag 1
Heeft u kennis genomen van het artikel 'Geen EU-sancties tegen Zimbabwe'? 1)
Vraag 2
Heeft u naar aanleiding van de informele Algemene Raad van 8 en 9 februari
gesteld dat de oppositie in Zimbabwe het nog niet het geschikte moment voor
sancties vindt? Zo ja, hoe moeten we dit zien in het licht van de oproep van
de Zimbabwaanse oppositieleider Morgan Tsvangirai aan de Raad van ministers
van de Europese Unie om snel sancties in te stellen? 2)
Vraag 3
Is het waar dat Zimbabwe tot op heden nog geen EU-waarnemers toelaat en er
desondanks besloten is tot uitstel van sancties tegen Zimbabwe? Zo ja, hoe
verhoudt dit zich tot het gestelde in het verslag van de Algemene Raad van
28/29 januari dat tot concrete maatregelen tegen Zimbabwe wordt overgegaan
indien 'er niet tijdig (dat wil zeggen vanaf 3 februari) een
EU-waarnemersmissie kan opereren in Zimbabwe'? 3)
Vraag 4
Is het waar dat Zimbabwe waarnemers weigert uit zes lidstaten, waaronder
Nederland, en alleen een gemeenschappelijk team van de EU met de ACP
accepteert? 4)
Vraag 5
Wat moet er nog meer gebeuren en hoeveel slachtoffers moeten er nog vallen
voordat de EU in actie komt tegen dit soort abjecte regimes?
Antwoord
Daar de snel veranderende omstandigheden in Zimbabwe uw vragen inmiddels
achterhaald hebben, geef ik hierbij een overzicht van de recente
ontwikkelingen in Zimbabwe, die er toe geleid hebben dat tijdens de Algemene
Raad van 18 februari jl. besloten is tot het beëindigen van de art. 96
consultaties, het instellen van gerichte sancties tegen het regime in
Zimbabwe en het onmiddellijk terugtrekken van de ter plaatse aanwezige
EU-waarnemers.
Conform eerdere toezeggingen van Permanent Under-Secretary van Buitenlandse
Zaken Chiwewe heeft het Spaans voorzitterschap te Harare op 6 februari jl.
de uitnodigingsbrief van Minister van Buitenlandse Zaken Mudenge ontvangen.
Hierin werd een gezamenlijk ACP-EU team uitgenodigd om de
presidents-verkiezingen op 9 en 10 maart as. te komen waarnemen. De
uitnodiging bleek echter beperkt tot Oostenrijk, België, Luxemburg,
Frankrijk, Griekenland, Ierland, Italië, Portugal en Spanje.
Bovendien eiste Zimbabwe dat het ACP-EU team geleid moest worden door de
voorzitter van de ACP-groep. In tegenstelling tot eerdere uitspraken van
President Mugabe op 28 januari jl. betekende de uitnodiging dat niet alleen
het VK werd uitgesloten, maar ook Nederland, Duitsland, Zweden, Denemarken
en Finland.
Tijdens de informele Algemene Raad op 8 en 9 februari jl. heeft de Raad
besloten tot het uitzenden van waarnemers uit alle EU lidstaten en nog niet
over te gaan tot het instellen van gerichte sancties. Hieraan lagen twee
overwegingen ten grondslag.
De Raad wilde gehoor geven aan het pleidooi van Zimbabwaanse oppositieleider
Morgan Tsvangirai aan de EU, die naar aanleiding van de Raadsconclusies van
28 en 29 januari jl., in Londen pleitte voor het sturen van zoveel mogelijk
waarnemers en een minder harde lijn jegens Zimbabwe. Hij gaf aan dat de MDC
een gerede kans heeft op de verkiezingsoverwinning. De aanwezigheid van
waarnemers werd daarbij van groot belang geacht om excessen in de aanloop
naar de verkiezingen en op de dagen zelf te voorkomen.
Tevens wilde de Raad door het sturen van de waarnemers President Mugabe een laatste kans geven om, in de geest van het Verdrag van Cotonou, verkiezingswaarneming door de Europese Unie (EU) te accepteren.
De EU hecht zeer veel waarde aan het op een juiste wijze verlopen van het democratisch proces in Zimbabwe en heeft geprobeerd maximale druk uit te oefenen op Zimbabwe om de waarnemers geaccrediteerd te krijgen.
De EU heeft daarbij vastgehouden aan een aantal voorwaarden, teneinde
geloofwaardige en effectieve waarneming te bewerkstelligen: tijdige toegang
en accreditatie van een substantieel EU-team van verkiezingswaarnemers,
onbelemmerde toegang tot het hele land en onafhankelijke rapportage over
zowel voortraject als de verkiezingen zelf.
Op 10 en 11 februari jl. zijn 21 Europese waarnemers, waaronder de Zweedse
delegatieleider Pierre Schori, in Harare gearriveerd. Negen waarnemers
afkomstig uit de lidstaten die niet waren uitgenodigd- waaronder Nederland-
zijn in eerste instantie in Johannesburg achtergebleven, in afwachting van
de ontwikkelingen rondom de accreditatie van delegatieleider Schori.
De pogingen van de heer Schori om geaccrediteerd te worden als delegatieleider en de pogingen om waarnemers te accrediteren zijn vruchteloos gebleken. Schori is op 16 februari jl. Zimbabwe uitgewezen. Als reden werd gegeven dat Schori zich niet had gehouden aan de instructie van de Zimbabwaanse autoriteiten om zich te onthouden van persverklaringen.
Tijdens de Algemene Raad van 18 februari jl. evalueerde Schori de situatie
en informeerde hij de Raad over de moeilijke politieke haalbaarheid van een
EU-waarnemersmissie, recente voorvallen van intimidatie van de oppositie en
de verslechterde media-situatie.
Daarop besloot de Raad tot het beëindigen van de dialoog op basis van Art.
96 van het Verdrag van Cotonou, het instellen van gerichte sancties
(visum-restricties, bevriezing van financiële tegoeden en wapenembargo)
jegens President Mugabe en 19 van zijn regeringsfunctionarissen en tot het
afblazen van de waarnemingsmissie en de onmiddellijke terugtrekking van de
aanwezige EU-waarnemers. De sancties zijn gericht op President Mugabe en
zijn naaste medewerkers en zullen derhalve de burgers van Zimbabwe en de
buurlanden van Zimbabwe ontzien.
De EU heeft bij verschillende SADC-landen gedemarcheerd om het EU-beleid toe
te lichten en betrokken landen te verzoeken druk op Zimbabwe uit te oefenen
teneinde de verkiezingen zo vrij, veilig en eerlijk mogelijk te laten
verlopen.
Nederlands Dagblad 11 februari jl.
Brief van Morgan Tsvangirai, MDC president, aan The European Union Couoncil
of Ministers, 10 januari jl.
Kamerstuk 21501-02, nr. 417, p.6
Spits, ANP 10 februari jl.
===