Productschap Tuinbouw

PT claimt meer ruimte voor tuinbouw

Het Productschap Tuinbouw (PT) claimt meer ruimte voor de tuinbouw in ons land. Het PT is het niet eens met de passages in de nota "Structuurschema Groene Ruimte II", waarin met name de glastuinbouw en de bloembollenteelt in Nederland beperkt worden in hun uitbreidingsmogelijkheden.

In de structuurnota wordt de teelt van bloembollen in bepaalde gebieden in Nederland aan banden gelegd. Ook het overheidsbeleid voor nieuwe vestigingsplaatsen voor de glastuinbouw is niet in goede aarde gevallen bij het productschap. Het PT pleit voor aanpassing van de nota op deze punten en heeft dit per brief laten weten aan de minister en staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij (LNV).

"Als de plannen ongewijzigd uitgevoerd worden betekent dit in de praktijk het op slot zetten van deze (deel)sectoren, waardoor economische groei en gewenste modernisering worden belemmerd", zo schrijft het productschap in de brief aan de beide bewindslieden. Volgens het PT heeft de discussie over ruimte gevolgen voor de ondernemers in de sector. "Als de politiek geen duidelijkheid geeft over productiegebieden of erger, op eerder genomen standpunten terug wil komen of geheel nieuwe voorstellen lanceert, wordt het bedrijfsleven in opperste verwarring gebracht en kan daarmee niet tot een verantwoord besluit komen over zijn toekomst", zo zegt het productschap.

Het schap pleit voor een heldere en snelle besluitvorming waarbij gebieden van een verantwoorde omvang worden aangewezen voor de tuinbouw. Dit moet met name gelden voor het westen van Nederland. "Het Nederlandse tuinbouwcomplex heeft als strategisch voordeel dat deze dichtbij grote bevolkingscentra is gesitueerd. Daarnaast zijn Schiphol en Rotterdamse haven van groot belang voor de sector, evenals de beschikbaarheid van arbeid in de Randstad", zo schrijft het PT aan LNV.

Bij de uitvoering van de plannen horen volgens het productschap ook een passend instrumentarium en voldoende financiële middelen. "Geen geld betekent onvermijdelijk een neerwaartse bijstelling van de ambities. De door u en ons zozeer gewenste ontwikkeling naar een duurzame land- en tuinbouw is daarmee niet gediend", zo schrijft het PT aan minister Brinkhorst en staatssecretaris Faber.

De tuinbouwsector moet zich volgens het schap binnen de maatschappelijke randvoorwaarden kunnen blijven ontwikkelen als een van de belangrijke pijlers van de Nederlandse economie. De tuinbouw legt slechts beslag op minder dan vier procent van de oppervlakte in ons land en biedt werk aan bijna een half miljoen mensen. Van alle sectoren levert de tuinbouw veruit de grootste bijdrage aan het netto-overschot op de Nederlandse betalingsbalans.