---

Kamervragen en antwoorden
---

AR rapport " Een vlucht door de tijd: rekenkamers en de F.16"

29-03-2002

Antwoorden op kamervragen over Kamerstuk 28235: het AR rapport " Een vlucht door de tijd: rekenkamers en de F.16" (ingezonden op 22 maart 2002)l In bijlage bied ik u de antwoorden aan op de Kamervragen over Kamerstuk 28235.

DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

H.A.L. van Hoof

1. De Algemene Rekenkamer heeft op een intensieve wijze samengewerkt met andere rekenkamers. Daarbij kwam o.a. het verschil in bevoegdheden tot uitdrukking. In hoeverre heeft de Algemene Rekenkamer gedurende dit project zich beperkt gevoeld door haar in de Comptabiliteitswet gestelde bevoegdheden?

2. In hoeverre speelde de "classificatie van gegevens" evenzeer een rol bij het transparant maken van de administratieve gegevens?

Defensie kan niet beoordelen in hoeverre de Algemene Rekenkamer zich beperkt heeft gevoeld door haar in de comptabiliteitswet gestelde bevoegdheden. Hetzelfde geldt voor de vraag in hoeverre classificatie van gegevens een rol heeft gespeeld bij het transparant maken van de administratieve gegevens.

3. Zowel bij de aankoop van de F-16 als de "mid-life update" deden zich, resp. doen zich, grote vertragingen voor in het opstellen van de eindafrekening. Door welke maatregelen kan de afwikkeling van deze projecten worden versneld?

De eindafrekening van de F-16 is vertraagd doordat moest worden gewerkt binnen het Amerikaanse Foreign Military Sales (FMS)systeem. De verantwoordelijke instanties in de VS hebben op aandrang van de vele FMS-klanten aanpassingen in het FMS-systeem doorgevoerd. Een van de aanpassingen betreft de toepassing van de zogenoemde enhanced accelerated Case Closure. Hierdoor is het mogelijk complexe projecten financieel sneller af te ronden. Ten aanzien van de midlife update is geen sprake van vertraging. Dit programma is nog niet afgerond. De eindafrekening van het MLU project wordt opgemaakt als alle deelnemers in het internationaal samenwerkingsverband het MLU project hebben afgerond.

Bij deelname aan de SDD fase van het JSF-programma en daarop volgende verwerving is FMS niet van toepassing. In de MOU met de VS heeft Nederland n.a.v. de aanbevelingen van de Algemene Rekenkamer bedongen dat de eindafrekening plaatsvindt binnen 6 maanden na afronding van de SDD-fase. Indien besloten wordt later van de plank te kopen zal de verwerving plaatsvinden onder FMS condities.

4. In het rapport van de Rekenkamer "Lessons learned" (1997) werd gesteld dat het gewenst is dat rechten en plichten omtrent de verkoop aan derde landen zo expliciet mogelijk in de contracten worden omschreven, waarbij zoveel mogelijk aangesloten zou moeten worden bij het Nederlandse beleid. Dit geldt ook voor bepalingen omtrent het te zijner tijd afstoten van overtollig of afgeschreven materieel. Bestaat inzicht in de vraag waar de (afgestoten) F-16's met Nederlandse onderdelen uiteindelijk terecht zijn gekomen?

5. Kan hiervan een overzicht worden verstrekt? Zo nee, waarom niet?

De verkoop van nieuw F-16 materieel vindt plaats door directe levering van de Nederlandse fabrikant aan de Amerikaanse opdrachtgever, veelal Lockheed Martin, Northrop Grumman of Pratt & Whitney. Het betreffende Nederlandse bedrijf is verplicht bij de export van dit materieel naar de VS te handelen conform de exportwetgeving (zie ook het antwoord op vraag 6). Voor de verkoop van overtollig F-16 materieel door de Staat der Nederlanden geldt dat een geïnteresseerd land moet worden getoetst aan het Nederlands exportbeleid en dat toestemming moet worden verkregen van de Amerikaanse overheid voor doorverkoop aan derden. In het contract met de kopende partij dient voorts een ´end user statement´ te worden opgenomen. Tot op heden zijn nog geen Nederlandse F-16s verkocht. Er is een beperkt aantal bruikbare F-16 onderdelen verkocht, voornamelijk via de Worldwide Warehouse Redistribution Service (WWRS). Via dit systeem worden onderdelen terugverkocht aan de Amerikaanse overheid voor doorverkoop aan een eindgebruiker. De eindgebruiker wordt niet bekend gesteld. De enige directe verkoop van F-16 materieel door de Staat der Nederlanden betreft tot op heden de verkoop van overtollige 20 mm munitie aan Tsjechië.

In onderstaand overzicht is het F-16 materieel opgenomen dat via de WWRS tot nu toe is verkocht aan de Amerikaanse overheid.

Hoeveelheid

NSN

Benaming

materieel waarde $


---

5895-01-021-1647

Programmer, Electronic Command

6.579,70

10

6605-01-078-1726

Panel, illuminated

2.050,00


---

5950-01-063-8557

Transformer, Power

4.245,00


---

5895-01-115-3212

Panel, Signal Distribution, Radio

2.500,00


---

1680-01-251-4634

Grip assy, Controller, Aircraft

2.884,00


---

5836-01-075-1326

Ring block assy

1.050,00


---

5865-01-049-1178

Control, Countermeasures set

1.100,00


---

5998-01-077-7488

Circuit Card assy

1.456,00


---

6220-01-244-5323

Light, Cockpit, Aircraft

1.000,00


---

6220-00-923-1202

Light, Taiing, Aircraft

1.000,00


---

5998-01-222-9568

Backplane, assy

2.085,73


---

5998-01-267-2425

Circuit Card assy

1.292,51

23

1270-01-074-4037

Optical Module Combiner

7.798,84


---

1290-01-340-6317

Interface unit, Fire Control

180.000,00


---

1680-01-251-4634

Grip assy, Controller, Aircraft

5.047,00


---

6210-01-396-4910

Light assy, Indicator

5.360,76


---

6220-00-923-1202

Light, Taiing, Aircraft

2.700,00


---

6220-01-051-0952

Control, Electric light

9.502,02


---

6220-01-071-8437

Light assy, Indicator

950,00


---

6220-01-257-4734

Light assy, Indicator

3.360,10


---

1270-01-199-7430

Display unit, Head-up

200.000,00


---

1660-00-243-0393

Regulator, Oxygen, Demand

2.215,80


---

5865-01-049-1178

Control, Countermeasures set

850,00


---

6220-00-944-2778

Light, Landing, Aircraft

950,00


---

6220-01-244-5323

Light, Cockpit, Aircraft

1.000,00


---

6605-01-046-3533

Panel, Navigation

112.500,00


---

1270-01-418-0115

Generator, Symbol, Head-up Display

68.400,00


---

1270-01-199-7430

Display unit, Head-up

45.000,00


---

5998-01-069-6483

Circuit Card assy

750,00


---

1650-01-084-1570

Servolvalve, Hydraulic

3.257,59

12

1270-01-212-2990

Processor, Signal, Fire and Flight

918.000,00


---

1270-01-282-7914

Computer, Fire Control

688.500,00

2.283.385,05

6. Kan een overzicht worden verstrekt van alle door Nederland afgegeven exportvergunningen voor F-16 gerelateerd materieel tot op heden en een overzicht van de waarde van de individuele leveranties op basis van individuele exportvergunningen?

In het aanhangsel treft u een overzicht van vergunningen aan die onder het zoekcriterium "F 16" zijn opgenomen in een geautomatiseerd bestand over de periode 1991 tot heden. Dit overzicht geeft een goede indruk van de landen waaraan een exportvergunning voor F-16 materieel is verstrekt.

7. Is het mogelijk dat het project F-16 financieel beduidend minder positief uit de doeken zou zijn gekomen als de Nederlandse regering afspraken met de andere partners had gemaakt over verkoop aan derde landen en het afstoten van overtollige of afgeschreven F-16's, die aansluiten bij het Nederlandse beleid? Welke afspraken waren er gemaakt en op welk moment zijn die aan de orde geweest?

De afspraken voor de verkoop aan derde landen zijn vastgelegd in het Memorandum of Understanding (MOU) voor de ontwikkeling, productie en koop van de F-16. In hoeverre andere afspraken over verkoop aan derde landen tot andere resultaten zouden hebben geleid is achteraf moeilijk te bepalen, mede doordat ook het Nederlandse exportbeleid aan veranderingen onderhevig is geweest.

8. Toen het project eenmaal liep, volgde er nog veel discussie over de rechten en plichten uit het Memorandum. De tekst bleek voor velerlei uitleg en interpretatie vatbaar. De Amerikanen verzuchtten verschillende malen dat de Europeanen het allemaal veel te letterlijk namen en harde onderhandelaars waren. Wat waren de belangrijkste interpretatieverschillen in het Memorandum? Hoe kan een overeenkomst "te letterlijk" worden genomen? Is de kans op dergelijke interpretatieverschillen voor een eventueel JSF-contract kleiner gelet op de lessen uit de F-16 aankoop?

Bij de uitvoering van overeenkomsten of memoranda is over het algemeen sprake van nadere detaillering van gemaakte afspraken. Daarbij speelt de interpretatie van de afspraken op hoofdlijnen per definitie een rol. Ten aanzien van de F-16 MOU is een stelsel van nadere regels voor het F-16 programma overeengekomen. Deze nadere regels zijn vervat in Technical Agreements (2e niveau na het MOU), Steering committee Arrangements (3e niveau) en de Steering Committee Decisions (niveau 4).

Een aantal interpretatieverschillen wordt in het rapport van de Algemene Rekenkamer (Kamerstuk 28 235 nr.2 ) behandeld: mandaten en taakopvattingen van de vijf rekenkamers, de `not-to-exceed price' en de vaststelling van de opslagen (`loadings') voor de Amerikaanse hoofdaannemers. Belangrijk in dit kader is de constatering van de Algemene Rekenkamer dat, het F-16 project overziende, achteraf mag worden gesteld dat de resultaten zich binnen de kaders van het MOU hebben ontwikkeld.

In de antwoorden op kamervragen n.a.v. Kamerbrief 26 488 nr. 8, d.d.11 februari 2002 is aangegeven dat de aanbevelingen uit het rapport van de Algemene Rekenkamer "lessons learned F-16" zijn of worden ingebracht bij onderhandelingen met de Verenigde Staten over de JSF en op hun haalbaarheid worden getoetst. Veel aanbevelingen uit het rapport zijn overigens reeds positief ontvangen door de Verenigde Staten.

9. Op blz. 12 wordt gewag gemaakt van het "currency cleasing house". Verdient het aanbeveling bij toekomstige orders wederom van een dergelijke constructie gebruik te maken ook indien men zich realiseert dat door de invoering van de Euro het aantal valuta, dat bij zo'n transactie is betrokken, geringer zal zijn?

Indien zich in de toekomst mogelijkheden voordoen voor het toepassen van de currency clearing house constructie zal dit worden onderzocht. De invoering van de Euro vereenvoudigt de toepassing. In het project vervanging F-16 is voor de SDD fase een mogelijke toepassing onderzocht. Vanwege een verschil in tijdsfasering tussen in- en uitgaande dollarstroomvolumes kon de voornoemde constructie echter niet worden toegepast.

10. 'Oorspronkelijk was de verwachting dat het toestel tot circa het jaar 2000 mee zou gaan'. Toen de regeringen in 1990 instemden met het streven naar een moderniseringsprogramma, is er toen een schatting gemaakt over hoeveel langer de F-16 mee zou kunnen gaan na een Mid Life Update? Is hier ooit een raming van gemaakt aan de hand van bv. het aantal vlieguren?

De operationele capaciteitsverbetering van de 'midlife update' is gebaseerd op de rond 1990 opgedane inzichten en beoogt een operationele levensduurverlenging van tien jaar, waarmee de F-16 tot het jaar 2010 haar operationele waarde behoudt (Kamerstuk 21 800 X nr. 30 d.d. 10 januari 1991). Voor verlenging van de operationele levensduur is het noodzakelijk dat de technische levensduur van het vliegtuig toereikend is. Op basis van onderzoeksresultaten is begin 1991 gemeld (Kamerstuk 21 800 X nr. 30 d.d. 10 januari 1991) dat met de oudste F-16's veilig kan worden doorgevlogen tot tenminste 2010.

In de Kamerbrief van 11 februari 2002 wordt aangegeven dat langer doorvliegen na 2010 zonder aanvullende maatregelen niet goed mogelijk is. Op basis van de huidige inzichten t.a.v. de operationele, technische en economische veroudering is het uitgangspunt dat de vervanging van de F-16 omstreeks 2010 moet beginnen.

11. Zijn de uiteindelijke totale kosten voor de Mid Life Update van de Nederlandse F-16 vloot $ 852,8 miljoen en valt dit bedrag van $ 36 miljoen daaronder? Wat was de oorspronkelijke raming van de kosten voor de Mid Life Update voor de 138 F-16's.

12. Wat zijn de nog openstaande verplichtingen ter waarde van $ 36 miljoen voor de Mid Life Update?

De genoemde $852,8 miljoen betreft de oorspronkelijke raming voor de ontwikkeling en productie van modificatiepakketten. Deze kosten zijn neerwaarts bijgesteld naar een niveau van $687 miljoen. De in het rapport genoemde verplichtingen van $36 miljoen zijn in dit laatste bedrag inbegrepen. Inmiddels is dit bedrag verlaagd naar $23 miljoen. Dit bedrag bestaat uit nog te realiseren betalingen conform het contractueel vastgelegde betalingsschema. De uiteindelijke kosten worden bij de eindafrekening (case closure) bepaald.

Nieuws Ministerie van Defensie