Dienstenbond CNV
CAO Nieuws
CAO- voorstellen Fortis Bank
Onderstaand treft u onze (wijzigings)voorstellen aan inzake de CAO
Fortis Bank Nederland per 1 juni 2002. Uitgangspunt hierbij is dat de
huidige primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden inmiddels een hoog
niveau hebben bereikt. In dit verband zijn de door ons voorgestelde
wijzigingen (inclusief de salarisaanpassing) onlosmakelijk met elkaar
verbonden. Dit houdt tevens in dat er buiten onze voorgestelde
wijzigingen geen ruimte is voor kostenverhogingen.
Wij hebben onze wijzigingsvoorstellen verdeeld in inhoudelijke
wijzigingen en tekstuele aanpassingen. De tekstuele aanpassingen zijn
geen inhoudelijke wijzigingen, doch zijn óf voorstellen om de tekst te
verduidelijken óf tekstaanpassingen die voortvloeien uit de huidige
CAO. Wij stellen voor deze tekstuele wijzigingen te bespreken in de
redactiecommissie.
INHOUDELIJKE VOORSTELLEN
1. Begripsomschrijvingen (artikel 1.1)
Toevoegen aan de lijst van werkgevers:
· Fortis Lease (Nederland) N.V.
· Fortis B.V.
2. Werkingssfeer (lid 1.2.3)
Toevoegen: Fortis B.V.
3. Langere arbeidsduur, meer dan 36 uur (lid 3.3.3)
Wij stellen voor om de uren boven 36 uur (voor het deel dat conform de
keuzemogelijkheid maximaal in geld kan worden uitbetaald, zijnde 128
uur op jaarbasis) te betrekken in de pensioengrondslag (beschikbare
premieregeling) en de VUT-grondslag. Dit betreft een verruiming,
aangezien thans alleen de geldelijke toeslag tot maximaal 128 uur op
jaarbasis, hierin wordt betrokken. De verruiming geldt voor werknemers
die ervoor hebben gekozen om de uren boven 36 uur niet maandelijks te
laten uitkeren, maar te sparen op een tijdrekening.
Ingangsdatum: 1 januari 2003.
4. Werktijden (lid 3.4.2)
Wij wensen het werken in een rooster van 4 x 9 verregaand te beperken
tot afdelingen waar een dergelijk rooster organisatorisch goed
inpasbaar is. Tegen die achtergrond zal het werken in een rooster van
4 x 9 in principe niet meer worden toegekend. Voorts willen wij met
betrekking tot bestaande situaties op termijn tot andere afspraken
komen.
Wij zijn in algemene zin van mening, dat een 9-urige werkdag in
combinatie met een 4-daagse werkweek geen positieve bijdrage levert
aan de problematiek rondom RSI en werkdruk.
5. Uitbreiding keuzemenu (artikel 3.9)
Wij stellen voor om met ingang van 1 januari 2003 werknemers de
gelegenheid te geven om op basis van hun gemiddelde arbeidsduur
maximaal twee weken vakantierecht te kopen en maximaal één week te
verkopen.
6. Niet-algemeen erkende feestdagen/gewetensbezwaren (lid 4.2.3)
Aanpassen eerste zin: Op 5 en 24 december worden de werkzaamheden om
16.00 uur beëindigd en op 31 december om 13.00 uur, indien de
werkzaamheden dit toelaten. Deze toevoeging is onbedoeld weggevallen
uit de tekst van de CAO.
7. Wet Arbeid & Zorg
De Wet Arbeid & Zorg zal conform de wettelijke bepalingen van kracht
zijn. Er kan wat FBN betreft geen sprake zijn van een ruimere
toepassing dan de wet aangeeft. Dit houdt met name in dat wij niet
voornemens zijn aanvullingen te doen op de diverse inkomensniveaus.
In de CAO zullen de diverse vormen van verlof kort worden aangeduid. In de Personeelsgids zal een nadere uitwerking plaatsvinden. Indien gewenst, kunt u tezijnertijd ter informatie deze teksten ontvangen.
8. Buitengewoon verlof (artikel 4.3)
De tekst bij lid 4 (ten gevolge van de Wet Arbeid & Zorg) als volgt
aanpassen:
4. Om bij de bevalling van de partner aanwezig te zijn. Aansluitend
heeft de werknemer recht op het opnemen van vakantiedagen.
Bij bevalling van de partner of degene van wie de werknemer het kind
erkent, bestaat er tevens recht op 2 dagen kraamverlof. Kraamverlof
moet worden opgenomen binnen 4 weken nadat het kind feitelijk op
hetzelfde adres als de moeder is komen te wonen.
Nadere uitleg van het kraamverlof en de voorwaarden om het op te nemen
staan vermeld in de Personeelsgids.
9. Buitengewoon verlof (artikel 4.3)
De tekst bij lid 11 (ten gevolge van de Wet Arbeid & Zorg) als volgt
aanpassen:
11. De werknemer die geconfronteerd wordt met een calamiteit, die niet
wordt gedekt door 1 t/m 10, heeft recht op het opnemen van
calamiteitenverlof voor een korte, naar billijkheid te berekenen tijd.
Nadere uitleg van het calamiteitenverlof en de voorwaarden om het op
te nemen staan vermeld in de Personeelsgids.
10. Moederschapsverlof (artikel 4.6)
Gezien de uitbreidingen op grond van de Wet Arbeid & Zorg stellen wij
voor het moederschapsverlof af te schaffen. De opnamemogelijkheden van
het Ouderschapsverlof zijn conform deze Wet aanzienlijk verruimd.
Voorts kent FBN een regeling Onbetaald Verlof.
11. Verlof bij adoptie en duurzame pleegzorg (nieuw artikel 4.8)
Op grond van de Wet Arbeid & Zorg heeft de werknemer bij adoptie van
een kind recht op 4 weken adoptieverlof. Ook werknemers die duurzaam
de zorg en opvoeding voor een pleegkind op zich nemen kunnen onder
bepaalde voorwaarden een beroep doen op verlof.
Ten aanzien van de rechtspositie geldt, naast het bepaalde in de wet,
het volgende:
1. de werkgever betaalt geen salaris door gedurende het verlof
2. tijdens dit verlof vindt er geen opbouw plaats van de
beoordelingstoeslag, de dertiende maand en vakantietoeslag
3. de pensioenregeling (indien van toepassing) wordt gecontinueerd,
alsof het dienstverband wordt voortgezet zonder dat dit verlof
wordt genoten
4. de opbouw van vakantiedagen gaat volledig door
Nadere uitleg van het adoptieverlof en de voorwaarden om het op te
nemen staan vermeld in de Personeelsgids.
Hiermede is het gestelde bij lid 4 van artikel 4.3 (inzake adoptie)
komen te vervallen.
12. Kortdurend zorgverlof (nieuw artikel 4.9)
Op grond van de Wet Arbeid & Zorg heeft de werknemer per jaar recht op
kortdurend zorgverlof van maximaal twee maal de arbeidsduur per week
per jaar voor de noodzakelijke verzorging van de zieke ouders,
thuiswonende zieke kinderen, pleegkinderen of partner.
Nadere uitleg van het zorgverlof en de voorwaarden om het op te nemen,
alsmede de wijziging van de doorbetaling van het salaris, staan
vermeld in de Personeelsgids.
13. Herindiensttreding (huidig artikel 4.8)
Wij stellen voor dit artikel geheel te laten vervallen, aangezien
hiervan in de praktijk geen gebruik meer wordt gemaakt.
14. Beoordelingstoeslag (artikel 5.6)
Wij stellen voor om de beoordelingstoeslag voortaan (bij voorkeur met
ingang van het beoordelingsjaar 2002) uit te keren in de periode
maart/april van het daaropvolgende jaar in plaats van in december. Dit
houdt verband met het feit dat de definitieve beoordeling van
(commerciële) werknemers veelal eerst in maart kan plaatsvinden,
aangezien deze afhankelijk is van de behaalde (commerciële)
resultaten.
15. Wet Verbetering Poortwachter
De tekst van de artikelen 8.1, 8.2 en 8.3 dient aangepast te worden
aan de bepalingen van de Wet Verbetering Poortwachter. De aanvulling
op de arbeidsongeschiktheidsuitkering tot 100% gedurende twee jaar
arbeidsongeschiktheid blijft als standaardregeling gehandhaafd.
16. Bovenwettelijke uitkeringen vanaf het derde jaar
(tweede jaar WAO e.v.) (lid 8.3.4)
Wij stellen voor om het vereiste van tenminste vijf jaar in dienst van
de werkgever te wijzigen in 12 maanden, om in aanmerking te komen voor
een aanvullende uitkering van 70% van het jaarinkomen voor zover dat
meer bedraagt dan de maximum-WAO-uitkeringsgrondslag.
17. Overgangsregeling vervroegd uit treden (VUT) (lid 9.1.7)
Conform ons voorstel bij punt 3 kan de tekst als volgt worden
aangepast:
In geval van een arbeidsduur van 40 uur per week, wordt daarbij
uitgegaan van het deel dat conform de keuzemogelijkheid in lid 3.3.1
sub 2 van deze CAO maximaal in geld kan worden uitbetaald, zijnde 128
uur per jaar.
Ingangsdatum: 1 januari 2003.
18. Aanpassing van pensioenen (artikel 10.5)
Fortis Bank Nederland streeft op pensioengebied naar maximale
uniformiteit. Deze is gedeeltelijk gerealiseerd doordat er een nieuwe
regeling is gekomen en doordat de uitvoering in handen is gegeven van
een pensioenfonds. Het pluriforme verleden weerspiegelt zich nog in
twee zaken: voor werknemers geboren voor 01-01-1964 is er een garantie
op basis van de oude regeling. De bank is hierdoor verplicht tot een
schaduwadministratie gedurende dertig jaar. Het tweede verschil is
gelegen in indexatie voor dienstverlaters voor 01-01-2001 en die van
daarna. Voor de eersten geldt een loonindexatie en voor de tweede
groep een prijsindexatie.
De bank prefereert hier een regeling voor iedereen en wel op basis van
prijsindexatie. De intentie van een pensioenuitkering is dat men de
koopkracht op het moment van pensionering moet blijven behouden.
Bovendien hoeft een prijsindex per saldo niet tot lagere uitkeringen
te leiden: zo is er in de periode 1995-98 door de loonstop geen
aanpassing van de pensioenen geweest. Verder wordt het salarisgebouw
steeds individueler en is de toekomst van algemene loonaanpassingen
discutabel. Het is daarom dat er, ook binnen de kring van
gepensioneerden, steeds vaker stemmen opgaan voor een duidelijk op een
prijsindex gebaseerd indexatiebeleid.
Voorstel: de regeling van artikel 10.5 van toepassing te verklaren op
alle pensioenuitkeringen.
19. Looptijd (artikel 13.2)
Wij stellen voor een looptijd van 12 maanden, derhalve van 1 juni 2002
tot 1 juni 2003.
20. Winstuitkering (bijlage 5.11)
Punt 4 inzake arbeidsongeschiktheid (derde streepje) wordt als volgt
aangepast conform de discussie die reeds vorig jaar heeft
plaatsgevonden:
Gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers bouwen na twaalf maanden
rechten op gebaseerd op het feitelijke aantal arbeidsuren, uitgaande
van de door de uitvoerder van de WAO vastgestelde indeling in een
arbeidsongeschiktheidsklasse. Het feitelijk aantal arbeidsuren is het
aantal werkbare uren dat overblijft na aftrek van het formeel
vastgestelde WAO-percentage, ongeacht het aantal (variërende) uren dat
een werknemer werkzaam is.
Voorbeeld: 45-55% WAO is 50% aanpassing winstuitkering. In geval de
functiegroep is verlaagd vanwege een aangepaste functie als gevolg van
de gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid, is de functiegroep op het
moment van de eerste ziektedag de grondslag voor de hoogte van de
winstuitkering.
21. Pilot inzake de mogelijkheid en wenselijkheid rondom structureel
telewerken
Het rapport van de pilot heeft u ontvangen. Op grond van de uitkomsten
van de pilot, alsmede de maatschappelijke ontwikkelingen op dit
gebied, willen wij de mogelijkheid creëren om structureel telewerken
onder strikte voorwaarden te faciliteren. Hierbij zal het management
bepalen of en in hoeverre binnen het metier sprake kan zijn van
structureel telewerken.
Wij wensen in dit verband in de CAO vast te leggen dat een regeling
ontworpen zal worden inzake structureel telewerken, waarbij de
uitwerking van de regeling in overleg zal plaatsvinden met de
ondernemingsraad.
22. Overhevelingstoeslag
Wij stellen voor om het vervallen van de overhevelingstoeslag te
compenseren in de salarisschalen, de feitelijk betaalde salarissen en
de diverse bestaande uitkeringen zoals VUT, Leeftijdsverlof,
WAO-aanvulling, etc. Dit zal kostenneutraal dienen plaats te vinden.
Voorgesteld wordt de salarisschalen en de feitelijk betaalde
salarissen met 1.5% te verhogen met een maximum van 625,- bruto per
jaar (inclusief vakantietoeslag en 13e maand ofwel 537,25* voor de
salarisschalen, die gebaseerd zijn op 12 x het maandsalaris), waarbij
dit bedrag tevens pensioen-dragend wordt.
* (het jaarmaximum van 625,- gedeeld door 13.96 maal 12)
23. Aanvullende voorstellen
Wij behouden ons het recht voor om tijdens de onderhandelingen met
gewijzigde c.q. aanvullende voorstellen te komen.
Met vriendelijke groet,
C.J.M.R. Roovers H.T.H.M. ten Brink
TEKSTUELE VOORSTELLEN
a. Algemeen
Alle bedragen in guldens zullen komen te vervallen, hetgeen betekent
dat bedragen voortaan alleen nog in euros worden vermeld.
b. Verplichtingen van de werkgever (lid 2.2.6)
Laatste zin laten vervallen, zijnde Het plan van aanpak zal voor 1
januari 2002 worden afgerond, waarna tot implementatie kan worden
overgegaan.
c. Langere arbeidsduur, meer dan 36 uur (lid 3.3.1 en 3.3.2)
Lid 3.3.1 en lid 3.3.2 zijn met ingang van 1 januari 2002 komen te
vervallen. Deze kunnen worden geschrapt.
d. Piketwacht (lid 3.8.6)
Het woord overgang wijzigen in harmonisatie van arbeidsvoorwaarden.
e. Keuzemenu (lid 3.9.6 en 3.9.7 en 4.11.9)
Deze dienen herschreven te worden, waardoor de tekst beter aansluit op
de bepalingen inzake de 40-urige werkweek en sabbatical leave.
f. Keuzemenu (lid 3.9.8)
De tekst bij lid 3.9.8 dient te vervallen, danwel aangepast te worden
indien er aanvullende afspraken worden gemaakt.
g. Ouderschapsverlof (artikel 4.7)
De tekst bij dit artikel wijzigen in:
Voor de werknemer die gebruik maakt van ouderschapsverlof op grond van
de mogelijkheden van de Wet Arbeid & Zorg geldt ten aanzien van zijn
rechtspositie, naast het bepaalde in deze wet, het volgende:
1. de personeelscondities blijven onverkort van kracht
2. de pensioenregeling (indien van toepassing) wordt gecontinueerd,
alsof het dienstverband wordt voortgezet zonder dat dit verlof
wordt genoten.
Nadere uitleg van het ouderschapsverlof, de van toepassing zijnde
arbeidsvoorwaarden en de voorwaarden om het op te nemen staan
vermeld in de Personeelsgids.
h. Pensioenopbouw bij loopbaanonderbreking (artikel 4.9)
Tekst aanpassen in: Als een werknemer verlof opneemt in het kader van
loopbaanonderbreking (Wet Arbeid & Zorg), wordt gedurende de
verlofperiode de pensioenopbouw gecontinueerd alsof het dienstverband
wordt voortgezet.
i. Sabbatical Leave (lid 4.11.8)
Toevoegen dat tijdens sabbatical leave geen rechten op
beoordelingstoeslag worden opgebouwd.
j. Vergoeding voor waarneming hogere functie (lid 5.3.3)
Ten behoeve van de berekening wordt voortaan in de salaristabel
opgenomen de gemiddelde functieperiodiek per salarisschaal.
k. Bescherming van vertegenwoordigers van de vakbonden (artikel 11.3) Wijzigen vertegenwoordigers van de vakbonden in kaderleden.
l. Individueel klachtrecht (12.1.1)
De laatste zin wijzigen van 12.1.1 en 12.1.2 in: Nadere informatie
inzake deze regeling staat vermeld in de Personeelsgids.
m. Overzicht overleg met vakbonden en ondernemingsraad (bijlage 1)
Schrappen punt 5 genoemd bij de Ondernemingsraad. Artikel 3.3.2 is
komen te vervallen.
n. Compensatie ploegendienst (bijlage 3.7.9)
Deze bijlage zal worden aangepast conform de afspraken die zijn
gemaakt per 1 januari 2002 inzake de verbetering van de grondslag.
o. Trefwoordenregister
Aanpassen aan eventuele vervallen of nieuwe artikelen.
Voor vragen of opmerkingen kunt u terecht bij uw bestuurder Ike Wiersinga. Telefoon (023) 565 10 52. Email: i.wiersinga@cnvdibo.nl.
Hoofddorp, 4 april 2002.