Ministerie van Buitenlandse Zaken


---

Aan de Voorzitter van de EersteKamerderStaten-Generaal Binnenhof22 Den Haag Directie Culturele Samenwerking, Onderwijs en Onderzoek Bezuidenhoutseweg 67 Postbus 20061 2500 EB Den Haag

Datum 4 april 2002 Behandeld dr. H.J. Voskamp
Kenmerk DCO/153/02 Telefoon 070 - 348 5564

Blad /2 Fax 070 - 348 4716

Bijlage(n) 1 E-Mail henk.voskamp@minbuza.nl

Betreft Wetenschappelijk instituten/ uitvoering ICB Zeer geachte Voorzitter,

Naar aanleiding van de mondelinge vraag van de heer Van Gennip tijdens behandeling van de begroting van het ministerie van Buitenlandse Zaken op 19 februari 2001 over de oprichting van een nieuw cultureel instituut te Berlijn heb ik ondermeer geantwoord dat geen nieuwe culturele instituten worden opgericht. Vorig jaar zijn de mogelijkheden hiervoor onderzocht naar aanleiding van de vragen van het Tweede-Kamerlid, de heer Van Baalen. Het resultaat hiervan en de conclusies heb ik met de brief van 18 mei 2001 mede namens de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen aan de Tweede Kamer (TK 27 400 V, nr. 75) medegedeeld. Hierin wordt ondermeer beargumenteerd niet tot de oprichting van nieuwe culturele instituten over te gaan. Dit past niet bij de uitgangspunten van het International Cultuurbeleid, is niet effectief en zou bovendien te veel beslag leggen op de middelen.

Tevens heb ik in deze brief toegezegd het resultaat van het onderzoek naar de mogelijke inzet van de Nederlandse wetenschappelijke instituten aan de Tweede Kamer mede te delen.

In de brief van april 2002 aan de Voorzitter van de Tweede Kamer wordt de Tweede Kamer, mede namens de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen geïnformeerd over de bevindingen van het onderzoek bij een aantal posten naar de mogelijke inzet van de wetenschappelijke instituten voor de uitvoering van het Internationaal Cultuurbeleid in samenwerking met de culturele afdeling van de ambassade. De algemene conclusie is dat de mogelijkheden hiervoor beperkt zijn.


Bijlagen:


1. Brief aan de Tweede Kamer van maart 2002, kenmerk DCO/063/02


Kenmerk DCO/153/02

Blad /2

===