Ingezonden persbericht

Persbericht dd. 16-04-'02

Verslag 1 van 5 Amsterdamse aktivisten in Palestina

Ed Hollants 06-41527537, Nanda Lauriks 06-52463230, Rodrigo Fernandez 06-14713467, Anton Luccioni 06-53387792, Caroline Moore 06-17146727.

Informatie, verslaggeving en eerdere
(pers)berichten zijn te zien op: www.freewhere.nl

Vanuit het Autonoom Centrum te A'dam is het initiatief genomen een groep van vijf aktivisten te formeren die in Palestina zijn van 14 tot 28 april 2002. Zij trachten dagelijks verslag te doen dat via een steungroep in A'dam aan media en geïnteresseerden wordt doorgegeven. Hieronder een eerste bericht, nadat ze reeds op 15 april jl. verslag deden in NOVA vanuit de directe omgeving van Jenin.

A'damse aktivisten in Palestina

Bericht 1 (16 april 2002)

Aankomst zondagavond 14 april 2002

We vlogen na een extra securitycheck op luchthaven Eilat door naar vliegveld Tel Aviv. Het binnenkomen was gelukkig niet moeilijk en een bekende stond ons op te wachten. We kwamen om 23.00 uur aan in Sakhnin, een Palestijns dorp in Galilea in het noorden van Israel. Op de snelweg werden we snel geconfronteerd met nationalistische uitingen in de vorm van Israelische vlaggetjes op auto's en lantaarnpalen. De tientallen trucks die we passeerden voor tanktransporten waren de enige zichtbare kenmerken van de oorlog een paar kilometer verderop.

Palestijnen dorpen binnen Israel
We logeren in Sakhnin, een Palestijns dorp van 25.000 inwoners in het noorden van Israel. Ook dit dorp is evenals andere Palestijnse dorpen, omringd door Israelische nederzettingen. In de loop der jaren zijn via allerlei regelgeving steeds meer land en eigendommen onteigend van Palestijnen waarna op die grond vaak Israelische nederzettingen zijn gebouwd. Er is bijna geen contact tussen de inwoners van Palestijnse dorpen en de bewoners van de nederzettingen.

De infrastructuur van de Palestijnse dorpen is gebrekkig en er is veel achterstallig onderhoud terwijl die van de Israëlische nederzettingen perfect is. Je kunt het goed zien aan bijvoorbeeld de straatverlichting in Sakhnin in vergelijking met die van de nederzettingen. De Israëlische overheid heeft een nieuwe grens getrokken tussen Sakhnin en de naburige nederzetting. Op het huis waarin we logeren rust een 'demolishing order'. De grens loopt dwars door huizen. Doordat een grote groep mensen de sloop heeft tegengehouden is er nu een juridisch strijd los gebroken. Eigenlijk kun je zeggen dat de nederzettingenpolitiek zoals je die in de bezette gebieden ziet ook in een iets meer uitgewerkte vorm Palestijnse dorpen binnen Israël in haar greep houdt.

Inzamelingsaktie Het ontbijt wordt overstemd door
gevechtsvliegtuigen, men zegt dat ze in de richting van de grens met Libanon vliegen. We vertrekken naar het centrum van Sakhnin waar we het centrale inzamelpunt van goederen voor Palestina bezoeken. In Sakhnin is de afgelopen paar dagen 25.000 euro verzameld. Iedereen geeft zijn of haar bijdrage aan de inzameling en het transport van medicijnen, water, voedsel, en kleding voor Palestijnen in de bezette gebieden. We nemen een interview af met een van de vrijwilligers van dit lokale inzamelproject, het schoolhoofd van een middelbare school. De nacht daarvoor zijn vier trucks vertrokken richting Bethlehem, later op de dag horen we dat ze aangekomen zijn. Anders zijn de berichten dat een groot aantal vrachtwagens die bij een grote demonstratie op zaterdag Jenin probeerden te bereiken, zijn verbrand door het Israelische leger. We bezoeken het nieuwe onderkomen van een vrouwencentrum in Sakhnin. Afgelopen week nog hebben 400 vrouwen een demonstratieve wegblokkade gehouden bij een nederzetting in de buurt.

Jenin en direkte omgeving Later die maandagmiddag proberen wij Jenin te bereiken, maar wij worden bij een checkpoint tegengehouden. Aanvankelijk spreekt een van ons nog op ontspannen toon met de jonge Israelische soldaten om te trachten Jenin binnen te komen, maar de sfeer wordt al snel nerveus. Uiteindelijk controleren de militairen de identiteit van onze chauffeur en begeleider, de Palestijnen onder ons. Wij mogen Jenin niet in, besluiten hier niet teveel ophef over te maken en gaan een bekende bezoeken in een Palestijns dorp aan de Israelische kant van de groene lijn. Deze man die een tijd geleden vast zat in een Israelische gevangenis, vertelt dat zij hiervandaan al de hele week de aanval op Jenin hebben kunnen volgen. Hij laat vanaf het dak van een huis in aanbouw zien hoe het vluchtelingenkamp van meerdere kanten beschoten is: vanaf een militair kamp in een bos ernaast en vanaf een nabijgelegen heuvel, en vanuit helicopters, zeven dagen lang, op alle mogelijke tijdstippen van de dag of van de nacht. Hij regelt ter plekke met de 'billiphone' (lokale term voor mobiele telefoon) een contact in Salem.

Salem

We willen vanuit Salem de zogenaamde groene grens oversteken. Deze groene grens is de bijnaam die de grens tussen de tegenwoordige staat Israel en de door Israel bezette gebieden heeft gekregen. Dit omdat de grens een groenstrook is die door de Israeliers gepatrouilleerd wordt om de zoveel kilometer onderbroken door een zwaar bewapend checkpoint of militaire basis. Het dorpje ligt op een heuvel, net aan de Israelische kant van de groene grens die op deze plek door het dal van een kleine vallei loopt. Aan de overkant van deze vallei zijn op slechts enkele kilometers afstand verschillende dorpen zichtbaar die allen onder het bezet gebied vallen. De Israelische militairen patrouilleren op een weg die pal langs het dorpje loopt. De dorpsbewoners zijn al enige tijd bezig zoveel mogelijk voedsel, kleding en dekens te verzamelen voor hun buren aan de overkant. Daar heeft men alles nodig. Niet alleen zijn er vele doden en gewonden gevallen, ook zijn duizenden mensen dakloos geworden, is de elektriciteit afgesneden en is er geen voedsel. De militairen weigeren elke vorm van hulp toe te laten. De dorpsbewoners moeten de hulpgoederen daarom stukje bij beetje te voet de vallei overdragen. Dit gebeurt ook de hele tijd ook al is het gevaarlijk. Er moet een aantal wegen worden overgestoken waarlangs de Israeli's patrouilleren.

Filmen verboden

Op het moment dat we willen gaan passeert net een
Israëlische jeep. Een van ons staat net te filmen. De militairen willen zijn paspoort zien en stellen dat het verboden is te filmen richting West Bank. Ze dreigen dat als ze hem nog een keer zien filmen of de weg zien oversteken, ze hem zijn camera afpakken. Twee dagen geleden hebben ze op twee jongetjes geschoten die op het paadje liepen. We besluiten toch met drie van ons een half uurtje later te gaan. We lopen het paadje af en aan de andere kant staat een taxi klaar. Overal zit handel in, bijv. ook in vervoer van buitenlanders (vooral journalisten) naar plekken op de West Bank.

In Romina komen we bij een school waar vooral mannelijke vluchtelingen uit Jenin zitten. Iets verderop zie je Jenin zelf. Veel van de vluchtelingen zijn eigenlijk gedeporteerden. Ze zijn soms met alleen onderbroek aan door het Israëlische leger daar gedumpt. We interviewen drie mensen. De eerste man vertelt dat twee broers van hem zijn vermoord door het Israëlische leger. Zij kwamen zonder wapens hun huis uit om zich over te geven en werden ter plekke neergeschoten. Ook vertelt hij dat Jenin dagenlang met honderden raketten is beschoten. Daarna hebben bulldozers, zonder dat duidelijk was of er gewonden in de huizen lagen, alles verder gesloopt. Dit komt overeen met een bericht van het Rode Kruis vandaag, dat verklaart dat Rode Kruis veel telefoontjes heeft gehad over ernstig gewonden die onder het puin lagen maar doordat hulpverleners Jenin niet in mochten, de mensen waarschijnlijk zijn omgekomen. Ook vertelt de man dat tanks over lijken zijn gereden en dat sommige lijken in brand zijn gestoken. Op een gegeven moment riepen Israëlische soldaten om, dat het Rode Kruis er was. Toen mensen uit hun huizen kwamen werd er op hen geschoten. De man vermist verder zijn vader, vrouw en kinderen. De tweede man vertelt dat hij ook zijn vrouw en kinderen al zeven dagen kwijt is. De derde persoon die we interviewen is een vrouw. Zij is op een gegeven moment gevlucht met twee kinderen, een van haar en een van haar broer. Haar andere twee kinderen zijn in de paniek verdwenen. Sinds haar vlucht zes dagen geleden heeft zij niets meer gehoord van haar man, haar broer en de twee kinderen. Op haar vlucht heeft ze tal van lijken op straat zien liggen. Van de wijk waar zij woonde staat niets meer overeind. Allen vertellen ook van de velen lijken die door Israëlische soldaten in vrachtwagens zijn gegooid en zijn weggebracht.

einde bericht 1