Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

MINISTERIE VWS http://minvws.nl

MINVWS: speech Borst opening huisartsenpost

Speech van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, dr. E. Borst-Eilers, bij de opening van de Huisartsenpost Gooi & Vechtstreek in Blaricum, donderdag 25 april 2002.

Dames en heren,

Ik ben blij dat u mij hebt uitgenodigd om hier vandaag de Huisartsenpost Gooi & Vechtstreek te openen. Als het even kan, ga ik graag in op zo'n verzoek. Want ik vind de ontwikkeling van dienstenstructuren binnen de huisartsenzorg een goede zaak. Het is immers een belangrijk onderdeel van de broodnodige modernisering van de huisartsenzorg.

Modernisering huisartsenzorg Die modernisering is nodig en onvermijdelijk. We kennen allemaal de knelpunten in de huisartsenzorg: de hoge werkdruk, het tekort aan huisartsen, de opgelopen praktijkkosten, de vestigingsproblemen en noem maar op. Die problemen zijn reëel. Daarom werk ik ook aan oplossingen. En ik denk dat er binnen korte tijd al veel is gerealiseerd om de huisartsenzorg in ons land te moderniseren. Sommige veranderingen zijn al merkbaar, van andere gaan we de vruchten nog plukken.

De belangrijkste veranderingen van de afgelopen tijd komen voort uit het advies van de Commissie Tabaksblat. Dat advies leidde tot het kabinetsstandpunt 'Modernisering huisartsenzorg'dat ik eind vorig jaar aan de Tweede Kamer heb aangeboden. De LHV, het Kabinet en de Kamer hebben positief op dat advies gereageerd en we hebben de uitvoering dan ook in gang gezet.

Er wordt gewerkt aan een visie op het takenpakket, aan een scheiding van praktijkkosten en inkomen, aan een nader onderscheid binnen dat inkomen en aan differentiatie. Huisartsenzorg in een achterstandswijk in de grote stad is iets anders dan huisartsenzorg in een welvarend dorp of op het dunbevolkte platteland.

Verandering organisatie en financiering Modernisering van de huisartsenzorg is in de eerste plaats ingegeven vanuit de noodzaak om huisartsenzorg beter te laten inspelen op ontwikkelingen in de samenleving. Dan heb ik het over zaken als demografische verschuivingen, de toenemende mondigheid van de patiënt, de opkomende informatie- en communicatietechnologie, de trend naar parttime werken, interculturalisatie, de verschuiving naar vraagsturing, ketenzorg enzovoorts. De bottom-line is dat de huisartsenzorg nieuwe structuren nodig heeft om zich aan te passen aan deze tijd. Dus een andere organisatie en een financieringssystematiek die daarop aansluit.

Samenwerkingsverbanden Samenwerken is het sleutelwoord voor die andere manier van organiseren. Samenwerken in groepspraktijken, in de vorm van een HOED, maar ook met andere disciplines in gezondheidscentra.

Gelukkig zijn er al veel voorbeelden van dergelijke samenwerkingsverbanden in het land, die overduidelijk maken dat veel jonge huisartsen graag en met plezier in een HOED of in een gezondheidscentrum werken.

Samenwerking betekent niet alleen meer mogelijkheden tot differentiatie, maar kan ook leiden tot efficiency-winst en tot vermindering van werkdruk. Een goed voorbeeld zijn de dienstenstructuren voor avond-, nacht- en weekenddiensten, die overal in het land in snel tempo van de grond komen. De meerwaarde van de ANW-diensten is dat grote groepen patiënten verzekerd zijn van goede en efficiënte hulpverlening rond de klok. En voor de deelnemende huisartsen is zo'n dienstenstructuur aantrekkelijk omdat zij verlost zijn van de vele diensturen die een solistische huisarts naast zijn dagelijkse taak moet doen. Een verlichting van de werkdruk dus. Bijvoorbeeld van 1000 naar 300 diensturen per jaar.

Bovendien heb ik gezorgd dat er een juridische basis kwam voor de tarifering van dienstenstructuren. Dit in de vorm van een algemene maatregel van bestuur die vanaf 1 juli 2001 de huisartsendiensten aanwijst als apart orgaan op grond van de Wet tarieven gezondheidszorg. Dat maakt het ook mogelijk dat de ene huisarts meer diensturen draait dan de andere.

Natuurlijk moet vanuit de patiënt bezien, de kwaliteit en toegankelijkheid van de avond-, nacht- en weekendzorg ook goed geregeld zijn. Ik heb de Inspectie voor de Gezondheidszorg daarom onlangs gevraagd daarop te willen toezien.

Praktijkkosten en inkomen Een ander belangrijke vooruitgang is dat de vergoeding van de praktijkkosten voor de huisartsenzorg fors is verhoogd. In 2001 heb ik hiervoor 57 miljoen euro beschikbaar gesteld en vanaf 2002 113 miljoen euro op jaarbasis. Dat heb ik gedaan omdat ik besef dat die praktijkkosten de afgelopen jaren sterk waren opgelopen. Met dat extra geld zijn de achterstanden in de praktijkkosten, die ontstonden door de prijsstijgingen van de afgelopen jaren, voor een groot deel ongedaan gemaakt. Een volgende tranche, in 2003, moet zorgen dat reële praktijkkosten vollédig worden vergoed.

Nu we het toch over geld hebben: Een andere organisatie van de huisartsenzorg vraagt ook om een andere financieringssystematiek. Over het advies van de Commissie-Tabaksblat op dit punt heb ik het CTG gevraagd om een uitvoeringstoets, die waarschijnlijk nog voor de zomer klaar is. Het gaat dan om scheiding van inkomen en praktijkkosten. Hopelijk lukt het die per 1 januari aanstaande in te voeren.

Een ander belangrijk punt is dat ik de CTG-beleidsregel voor het ANW-tarief van 20 euro per consult onlangs heb goedgekeurd. Veel huisartsen vinden daarmee de kous niet af. Maar mijn standpunt is: een consulttarief is in feite een open einde regeling. Daar wil ik eerst ervaring mee opdoen, alvorens over een hoger consulttarief te praten. En vergeet niet dat aan dat ANW consulttarief geen kosten verbonden zijn. De hele infrastructuur wordt gefinancierd uit de 68 miljoen Euro per jaar, die ik voor de ANW diensten beschikbar heb gesteld.

Dames en heren, Een tweede reden voor de modernisering van de huisartsenzorg is het dreigend capaciteitstekort. Voor de uitbreiding van de opleiding tot de maximaal haalbare capaciteit heb ik extra middelen beschikbaar gesteld. Ook is het salaris van de HAIO's verhoogd. Mede daardoor is de belangstelling voor de huisartsenopleiding vorig jaar al toegenomen met 8 procent in vergelijking met 2000.

Maar met extra opleiden alléén kunnen we het dreigende grote huisartsentekort niet voorkomen. Ook daarom is een andere manier van werken onvermijdelijk. Bijvoorbeeld - ik noemde het al - door samenwerking in grotere organisaties met meer personeel en ondersteuning, zoals in een HOED of gezondheidscentrum.

Uit een recent artikel in Medisch Contact komt naar voren dat 24 procent van de taken van de huisarts kan worden gedelegeerd, bijvoorbeeld naar praktijkondersteuners zoals de doktersassistente en de praktijkverpleegkundige. In een gezondheidscentrum kun je het ook zó organiseren dat sommige patiënten - na een deskundige triage door een praktijkverpleegkundige - direct naar de fysiotherapeut, de maatschappelijk werkster of de 1ste lijnspsycholoog gaan.

Maar ook facilitaire bedrijven op het gebied van bijvoorbeeld automatisering, debiteurenbewaking en administratie kunnen de huisarts werk uit handen nemen. Met dit soort maatregelen valt nog heel wat te bereiken in de strijd tegen het dreigende huisartsentekort. Maar om die strijd te winnen moeten we wel met vereende krachten alle oplossingen ter hand nemen. Vóór mijn vertrek wil ik het krijgsplan klaar hebben.

Huisartsenpost Gooi en Vechtstreek Terug naar de huisartsenpost hier in Gooi & Vechtstreek. Ik heb begrepen dat deze huisartsenpost 250.000 patiënten zal bedienen en dat alle huisartsen uit de regio erin samenwerken. Dat verdient veel lof.

Het bijzondere aan deze huisartsenpost vind ik met name de vestiging: op het terrein van het ziekenhuis Gooi-Noord in Blaricum, vlakbij de polikliniek. Dat heeft als voordeel dat het ziekenhuis mensen die te snel naar de eerste hulp hollen kan verwijzen naar de huisartsenpost op loopafstand.

Want het komt steeds meer voor dat mensen de huisarts overslaan en meteen naar het ziekenhuis gaan: en dat is mij een doorn in het oog. Het deed me dan ook goed om te horen hoe goed de samenwerking met het ziekenhuis is gegaan bij de totstandkoming van uw huisartsenpost. Misschien kunt u dat voorbeeld ook elders in het land uitdragen.

Tot slot maak ik u nóg een compliment: en wel voor de informatiefolder voor patiënten die u over de huisartsenpost heeft gemaakt. Die munt uit in helderheid en daardoor ook in patiëntvriendelijkheid.

Afsluiting Dames en heren, Ik wens u veel werkplezier in deze nieuwe huisartsenpost. Hiermee verklaar ik de huisartsenpost Gooi & Vechtstreek voor geopend.

-0-0-0-

26 apr 02 14:30