Openbaar Ministerie

Den Haag, 26 april 2002 OM bekijkt mogelijk vervolg Puttense moordzaak

OM bekijkt mogelijk vervolg Puttense moordzaak Het Openbaar Ministerie bestudeert het arrest van het Gerechtshof in Leeuwarden in de zogenaamde Puttense moordzaak om te zien of cassatie (hoger beroep) kan worden ingesteld bij de Hoge Raad. Tevens wordt bezien of er in het gehele dossier van de zaak voldoende aanknopingspunten zijn om een nieuw onderzoek te rechtvaardigen. Klik hier voor meer informatie.

Het Gerechtshof in Leeuwarden sprak de twee verdachten in deze Puttense moordzaak op 24 april vrij. Het is volgens het Hof onwaarschijnlijk dat zij het slachtoffer hebben verkracht en om het leven hebben gebracht.
Bij de beslissing over een eventueel nieuw onderzoek zal het gehele, omvangrijke dossier worden bekeken, alsmede het arrest van het Hof in Leeuwarden. Onduidelijk is vooralsnog hoelang deze grondige bestudering gaat duren.
De Puttense moordzaak is een opmerkelijke rechtszaak. De beide mannen zijn door zowel de rechtbank als het Hof in Arnhem veroordeeld tot langdurige vrijheidsstraffen. Zij hebben deze straf ook reeds uitgezeten. De beide mannen dienden een verzoek tot herziening in bij de Hoge Raad. Dit werd medio 2000 afgewezen. Een tweede verzoek tot herziening medio vorig jaar werd wel toegewezen. Het ressortsparket in Leeuwarden heeft na het herzieningsbesluit van de Hoge Raad alle feiten en verklaringen opnieuw nauwkeurig en onbevooroordeeld onder de loep genomen. Ook is op initiatief van het OM veel nieuw onderzoek gedaan, in de vorm van het horen van getuigen, deskundigen en technisch onderzoek. Hierbij zijn zowel ontlastende als belastende zaken naar voren gekomen. Tezamen met het onderzoek ter terechtzitting heeft dat geleid tot de conclusie van de advocaat-generaal dat het arrest van het gerechtshof in Arnhem in stand moest worden gehouden. Het Hof in Leeuwarden is - na weging van alle bewijsmiddelen - tot de conclusie gekomen dat de ten laste gelegde feiten niet overtuigend bewezen konden worden en kwam tot vrijspraak.
Dat een rechter tot een ander oordeel komt dan het OM, betekent niet dat sprake is van blunders of fouten in het onderzoek. Het gaat om een verschil in waardering van het bewijs. Het kenmerk van de Nederlandse rechtspraak is dat telkens weer een onafhankelijke rechter (of rechtscollege) tot een oordeel komt, alle feiten en omstandigheden afwegende, zowel in eerste aanleg als in hoger beroep. Onjuist vindt het OM de suggestie van het Leeuwardense gerechtshof dat de advocaat-generaal de bekennende en belastende verklaringen van de verdachten en getuigen als uitgangspunt heeft genomen en alle ontlastende feiten terzijde heeft geschoven. Deze suggestie werpt het OM verre van zich. Het ressortsparket Leeuwarden is objectief en neutraal aan het onderzoek in deze zaak begonnen. Daarbij is op voorhand niet uitgegaan van schuld of onschuld van beide verdachten. Uiteindelijk zijn alle feiten en omstandigheden afgewogen en is het OM tot zijn conclusie gekomen.