European Commission

IP/02/761

Brussel, 24 mei 2002

Commissie hecht goedkeuring aan oprichting van de inreon online-herverzekeringsbeurs

De Commissie heeft haar goedkeuring gehecht aan de oprichting van een gemeenschappelijke onderneming, "inreon" genaamd, een online-platform voor handel tussen ondernemingen om prijsoffertes van herverzekeraars te verkrijgen voor risico's op het gebied van onroerend goed en catastroferisico's en online-herverzekeringsovereenkomsten te sluiten. De moedermaatschappijen van inreon, waaronder de mundiale herverzekeringsreuzen Swiss Re en Munich Re, hebben de operatie aangemeld om de bevestiging te krijgen dat deze geen inbreuk op de concurrentieregels in de Europese Unie zou maken. De Commissie heeft vastgesteld dat de aangemelde operatie op dit ogenblik niet de mededinging beperkt in de zin van artikel 81, lid 1, van het EU-Verdrag.

inreon is een elektronisch platform voor handel tussen bedrijven dat door Swiss Re en Munich Re, samen met het adviesbedrijf Accenture en Internet Capital Group, een technologiebedrijf is opgericht. De gebruikers van het platform kunnen prijsoffertes aanvragen voor de dekking van risico's op het gebied van onroerend goed en catastroferisico's (waaronder aardbevingen, overstromingen en andere natuurrampen). De beurs verschaft verzekeraars en verzekeringsmakelaars een doeltreffender en doorzichtiger instrument voor het aanvragen van prijsoffertes en het sluiten van verzekeringsovereenkomsten. Verdere winst op het gebied van efficiëntie valt ook te verwachten door het feit dat voor alle transacties gestandaardiseerde voorwaarden gelden. Op dit ogenblik nemen de twee stichtende leden, Swiss Re en Munich Re, alsook ongeveer 12 andere herverzekeraars en circa 50 verzekeraars aan het platform deel.

Online-beurzen zijn elektronische fora op internet die de afgelopen jaren zijn ontstaan om online-communicatie en -transacties tussen bedrijven onderling en tussen bedrijven en consumenten mogelijk te maken. Zij worden steeds meer een algemeen verschijnsel.

De Commissie heeft al ruime ervaring met het onderzoeken van deze elektronische beurzen, of het nu leveranciers, distributeurs, aanbieders of kopers van commerciële diensten betreft. Deze elektronische beurzen hebben doorgaans een positief effect op de concurrentie omdat zij meer doorzichtigheid tussen vraag en aanbod brengen en de kosten verlagen. Niettemin kunnen zij voor concurrentieproblemen zorgen indien het platform wordt gebruikt om marktgevoelige informatie, bij voorbeeld over prijzen of productie, uit te wisselen om concurrenten van de markt te weren of de krachten te bundelen met het oog op inkoop of verkoop.

Na een getailleerd onderzoek is de Commissie tot de bevinding gekomen dat de aangemelde operatie voldoende garanties biedt zodat men er zeker van kan zijn dat de moedermaatschappijen en de andere deelnemers aan inreon geen toegang hebben tot vertrouwelijke informatie over hun concurrenten. De toelatingscriteria zijn duidelijk, objectief en niet-discriminerend en zowel herverzekeraars als verzekeraars zijn vrij om aan andere (online) beurzen deel te nemen. Voor de deelnemers zal de beurs gemeenschappelijke inkoop of gemeenschappelijke afzet niet vergemakkelijken, omdat de inkopers de aanvragen van een offerte van de andere inkopers niet kunnen bekijken evenmin als de verkopers de offertes van hun concurrenten, die tegelijkertijd in antwoord op een aanvraag van een offerte worden toegezonden, kunnen bekijken.

De overeenkomst is bij de Commissie aangemeld omdat de ondernemingen de verzekering wilden hebben dat deze de concurrentie in de Europese Unie niet zou vervalsen. Omdat het hier niet om een fusie of overname ging, werd de operatie getoetst aan Verordening nr. 17 van 1962, waarbij de procedures voor de toepassing van artikel 81 (restrictieve praktijken) en artikel 82 van het EG-Verdrag (misbruik van machtspositie) werden ingevoerd. Uit hoofde van Verordening nr. 17 kunnen de ondernemingen hun samenwerkingsovereenkomst ten uitvoer leggen zonder het besluit van de Commissie af te wachten.

Achtergrond

De Commissie heeft al een aantal B2B-marktplaatsen onderzocht, waaronder Covisint, tussen Ford, DaimlerChrysler en Nissan, om enkele automobielfabrikanten te noemen, opgezet om de automobielindustrie instrumenten voor het beheer van de voorzienings- en leveringsketen te verschaffen; Volbroker, een online makelaarsdienst voor opties op deviezen die door een aantal grote investeringsbanken is opgezet; MyAircraft.com tussen UTC en Honeywell; en Eutilia, dat diensten verschaft op het gebied van de levering van goederen aan elektriciteitsbedrijven (zie voor meer informatie de persberichten op http://europa.eu.int/rapid/start/cgi/guesten.ksh).

Over de aanpak door de Commissie is ook een samenvatting te vinden in het document "Competition issues in e-commerce" (Rondetafelconferentie over het concurrentiebeleid, oktober 2000), dat is opgesteld door het Comité voor Mededingingsrecht en -beleid van de OESO en in januari 2001 is gepubliceerd. Het is beschikbaar op:
http://www.oecd.org/pdf/M000015000/M00015207.pdf