Rijksuniversiteit Groningen

Het gebruik van GIS in de landschapsarcheologie nader geëvalueerd

De regionale en interregionale geschiedschrijving van nederzetting en landgebruik in Italië voor de proto- en vroeghistorische periode, werd tot ongeveer 1980 voornamelijk gebaseerd op klassieke, niet-archeologische, bronnen. Dit geeft echter een eenzijdig beeld van processen als centralisatie, urbanisatie en kolonisatie. Bovendien wordt de klassieke kolonisatoren Griekenland en Rome al snel een culturele superioriteit toegedicht, terwijl de rol van inheemse bevolkingen passief blijft. Daarom krijgen de archeologische bronnen tegenwoordig een meer centrale plaats. De landschapsarcheologie en geografische informatiesystemen (GIS) bieden hiervoor echter een relatief recent en daardoor onvolgroeid theoretisch kader en instrumentarium. Dat leidt geregeld tot incorrecte identificatie en interpretatie van ruimtelijke patronen in het archeologische bodemarchief. Martijn van Leusen concentreerde zich voor zijn promotieonderzoek op de evaluatie van de concepten, methoden en methodologie voor het interpreteren en vergelijken van regionale ontwikkelingen in nederzetting en landgebruik. Hij deed dat aan de hand van een studie van archeologische verspreidingspatronen in het voor- en vroeghistorische landschap (1400 v.Chr. tot 400 n. Chr.), naar aanleiding van vier gebieden en twee projecten: het Wroxeter Hinterlandproject (1994-1997) in Shropshire (Engeland) en het Regional Pathways to Complexity-project (1997-2001) in Lazio, Puglia en de Sibaritide (Italië). Van Leusen constateerde onder meer dat de gangbare praktijk om voor regionale studies uit te gaan van in het verleden geregistreerde vondsten in principe verworpen moet worden. Ook trof hij een grote variatie en ondoorzichtigheid aan in de gebruikte definities, aannames en procedures. Tot slot vond hij dat het debat tussen voor- en tegenstanders van de processuele archeologie onnodig polariserend heeft gewerkt.

Martijn van Leusen (Utrecht, 1962) studeerde klassieke archeologie en culturele pre- en protohistorie aan de Universiteit van Amsterdam. Hij verrichtte zijn promotieonderzoek bij de afdeling Klassieke en Mediterrane Archeologie (KMA) van het Groningen Institute of Archaeology (GIA). Momenteel werkt Van Leusen als postdoc van NWO bij de RUG.

Datum en tijd

donderdag 30 mei 2002, 16.00 uur

Promovendus

P.M. van Leusen, tel. (050)363 67 17, fax (050)363 69 92, e-mail: p.m.van.leusen@let.rug.nl (werk)

Proefschrift

Pattern to process: methodological investigations into the formation and interpretation of spatial patterns in archaeological landscapes

Promotor

prof.dr. P.A.J. Attema

Faculteit

letteren

Plaats

Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen

Promotie