Gemeente 's-Hertogenbosch
Beleidsvisie zaalsportaccommodaties
do 30 mei 2002
Op 28 mei 2002 is de definitieve beleidsvisie zaalsportaccommodaties
door het college vastgesteld. In de beleidsvisie staat beschreven dat
zaalsportaccommodaties worden gebruikt voor twee doeleinden: sport en
bewegingsonderwijs. De nota beperkt zich tot de beleidsvisie op
zaalsportaccommodaties geredeneerd vanuit de sportbehoefte. De
zaalbehoefte vanuit het bewegingsonderwijs wordt meegenomen in het
Integraal Huisvestingsplan voor het Bewegingsonderwijs. Het combineren
van het beleid met betrekking tot het bewegingsonderwijs en het
zaalsportbeleid kan gevolgen hebben voor de keuzes die worden gemaakt
over afstoten, renoveren of ontwikkelen van accommodaties.
Hoe tot stand gekomen
In 2001 is de beleidsnota "Bewegen Natuurlijk" gepresenteerd waarin
het hernieuwde sport- en recreatiebeleid van de gemeente
s-Hertogenbosch is weergegeven. Als nadere uitwerking voor het
toekomstige beleid met betrekking tot de zaalsportaccommodaties is een
discussienota beleidsvisie zaalsportaccommodaties gemaakt. In de nota
is ingegaan op de bestaande situatie en zijn de nieuwe
beleidsuitgangspunten en het voorgestelde beleid weergegeven. Alle
sportverenigingen, commerciële sportaanbieders en welzijnsinstellingen
hebben een concept toegestuurd gekregen. De discussienota is op een
inspraakavond besproken met belanghebbenden en de binnengekomen
reacties zijn meegenomen in de definitieve beleidsvisie
zaalsportaccommodaties. Deze wordt onder meer aan alle
zaalsportverenigingen toegestuurd.
Nieuwe uitgangspunten
De specifieke accommodatiewensen per gebruikersgroep (scholen,
verenigingen en particulieren) maken dat vraag en aanbod niet altijd
overeenkomen. Onderwijs maakt bij voorkeur gebruik van
sportaccommodaties in de directe omgeving van de school, terwijl voor
verenigingssporters zaken als grotere sportvloer en vrije speelhoogte
alsmede de aanwezigheid van een foyer, prioriteit krijgen boven
afstand. Tevens is de laatste jaren het aantal sport- en
buurtsportactiviteiten behoorlijk uitgebreid, terwijl het aanbod van
geschikte accommodaties hierbij achterblijft. Deze ontwikkelingen
hebben geleid tot nieuwe beleidsuitgangspunten:
1. Vraaggericht aanbod
Waar vroeger de sportaccommodatie vooral werd gebruikt voor de
verenigingssport en waarbij vaak sprake was van een eenduidige
indeling van de zaal, wordt tegenwoordig door steeds meer
verschillende groepen gebruikgemaakt van de accommodatie. Elk van deze
gebruikersgroepen heeft haar eigen specifieke wensen en om hier in de
toekomst gericht op in te kunnen spelen zijn voor de verschillende
gebruikersgroepen de kwalitatieve accommodatiewensen in beeld
gebracht. Op deze wijze is het mogelijk te komen tot een meer
vraaggericht aanbod.
2. Spreiding en concentratie
Grotere sportaccommodaties voor zaalsport en buitensport met een
stedelijke functie worden zoveel mogelijk bij elkaar op enkele
locaties in de stad gebouwd. Hierdoor is functiemenging mogelijk, kan
er synergie ontstaan en is gemeenschappelijk gebruik van de
infrastructuur mogelijk (concentratie). Aan de andere kant wordt er
gestreefd naar spreiding van sportvoorzieningen over de hele stad. De
leefkwaliteit van een wijk wordt hoger gewaardeerd wanneer sporters en
recreanten hun hobby zo dicht mogelijk bij huis kunnen uitoefenen.