OPTA
Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer mr. M.E. Pijning OPTA/IBT/2002/201358 (070) 315 92 92 Datum Onderwerp Bijlage(n) 29 mei 2002 Gedragsregels inzake operator controlled aanmeldingssysteem Carrier PreSelectie
Geachte heer/mevrouw,
Op 13 mei 2002 heeft ter kantore van OPTA een rondetafelbespreking plaatsgevonden in het kader van
bepaalde wijzen van aanmelden van Carrier Pre Selectie (hierna: CPS). Tijdens deze rondetafel-
bespreking is onder andere gesproken over de waarborgen die aanbieders dienen te bieden bij
gebruikmaking van een operator controlled aanmeldingssysteem tegen misbruik van dit systeem. Tijdens
deze rondetafelbespreking hebben CPS-aanbieders, KPN Carrier Services, KPN Retail en OPTA afspraken
gemaakt over de maatregelen die door partijen minimaal moeten worden geboden tegen misbruik van
een operator controlled aanmeldingssysteem.
In deze brief geeft het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het
college) weer welke afspraken er zijn gemaakt. Het college zal de gemaakte afspraken hanteren als
kader voor zijn beleid ten aanzien van redelijke verzoeken om (bijzondere) toegang voor CPS.
1. Bewijs van wilsuiting van de eindgebruiker
Het college acht het essentieel dat de wil van een eindgebruiker bewezen kan worden. (Het bewijs van)
De wilsuiting kan in Nederland op vele verschillende manieren worden geleverd. Te denken valt aan een
schriftelijke overeenkomst, een opgenomen telefoontje, een eigen VRS-achtig systeem van de
ontvangende aanbieder, een e-mail en een fax.
Een schriftelijke overeenkomst is sowieso voldoende als waarborg tegen slamming. Zodra deze wordt
overgelegd is er geen andere waarborg nodig.
De overige methoden zijn in beginsel minder krachtig als bewijslevering. Het college stelt daarom vast
dat de wilsuiting van een eindgebruiker langs een andere weg dan de schriftelijke overeenkomst, wordt
opgevolgd door een brief van de ontvangende aanbieder aan de eindgebruikers ter verificatie. In deze
brief wordt de concrete wilsuiting bevestigd, alsook de nummers waar het om gaat en wordt een termijn
geboden aan de eindgebruiker om zijn wilsuiting terug te draaien (een zogenoemde "opt-out"-brief).
Partijen hebben afgesproken dat voor deze termijn zal worden aangesloten bij de algemene regels van
Boek 7, afdeling 9a, (over overeenkomsten op afstand) van het Burgerlijk Wetboek. Deze regels gelden
weliswaar niet voor overeenkomsten voor telecommunicatiediensten, maar er is in dit geval geen reden
ervan af te wijken. Dat betekent dat de koper 7 werkdagen wordt gegund. Pas na verloop van deze
termijn wordt de eindgebruiker door de ontvangende aanbieder beschakeld. Het college is van oordeel
dat de termijn die aan de eindgebruiker geboden dient te worden om zijn wilsuiting terug te draaien
minimaal vijf dagen dient te bedragen. Vijf dagen is ook de termijn die thans door KPN in haar opt-out
brieven in het kader van CPS wordt gehanteerd.
KPN Carrier Services stuurt nog opt-out brieven naar eindgebruikers, voor zover de CPS-aanbieder zelf
niet in staat is om te controleren of het A-nummer waarvan omzetting is gevraagd en de door de
aanbieder opgegeven NAW-gegevens bij elkaar horen. De CPS-aanbieders welke gebruik wensen te
maken van deze door KPN Carrier Services te verzenden opt-out brieven dienen dit kenbaar te maken
aan KPN Carrier Services.
2. Wat te doen bij problemen?
Een aanbieder is slechts gehouden aan een andere aanbieder de wilsovereenstemming te bewijzen
indien er sprake is van een individuele klacht van een eindgebruiker. In het geval zich zo'n probleem
voordoet, dient de eindgebruiker zijn klacht in beginsel en bij voorkeur schriftelijk te richten aan de
aanbieder waar hij bij wil blijven/waar hij naartoe wil. Deze aanbieder zal de kwestie dan uitzoeken met
de aanbieder die de klant (mogelijk onterecht) heeft beschakeld. Het uitzoekwerk wordt dus niet aan de
klant gelaten.
Het college wijst erop dat het in dit kader van belang is dat alle aanbieders van elkaar de
contactpersonen weten voor die gevallen dat klacht ten onrechte bij hen wordt ingediend. Ook zijn deze
contactpersonen natuurlijk van belang als er inhoudelijk over een klacht gesproken moet worden met de
andere aanbieder. Aanbieders dienen elkaar actief over deze contactpersonen te informeren. Het
college verzoekt alle aanbieders om hem te informeren over de contactpersoon voor CPS-klachten
binnen hun bedrijf.
Wellicht ten overvloede merkt het college op dat de thans gehanteerde methoden voor operator
controlled aanmeldingssystemen, te weten de web-based methode en de CLI-simulatie methode, in ieder
geval geen bedreiging zijn voor de netwerkintegriteit volgens de ITU/ETSI normen. Zodra een aanbieder
de hierboven beschreven waarborgen kan bieden, kan hij aanvangen met één van de genoemde operator
controlled aanmeldingsmethodes voor CPS.
Het college vertrouwt erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Hoogachtend,
HET COLLEGE VAN DE ONAFHANKELIJKE POST EN TELECOMMUNICATIE AUTORITEIT,
namens het college,
hoofd van de afdeling Interconnectie en Bijzondere Toegang
dr. J. Huigen