D66
Medezeggenschap studenten zieltogend
Onderwijs
Ursie Lambrechts
26-06-2002 - De wet MUB (Medezeggenschap Universitaire
Bestuursorganisatie) biedt geen waarborg voor medezeggenschap.
Kenmerkend zijn het ontbreken van werkelijke bevoegdheden van docenten
en studenten in de wet zelf. De minister van OCW onderkent deze
situatie niet; voor D66 is dit onacceptabel.
De Mub kent enstige gebreken en D66 is teleurgesteld over de brief van
de minister van 18 april 2002 die deze gebreken zou moeten aanpakken.
Uit die brief blijkt overduidelijk dat de minister uiteindelijk toch
volhardt in zijn eerdere opvatting dat de gebrekkige werking van de
MUB alleen maar een kwestie is van cultuur en niet van structuur en
het ontbreken van werkelijke bevoegdheden en waarborgen. D66
daarentegen is van mening dat de cultuur (van het niet serieus nemen
van de medezeggenschapsorganen) hier juist vooral het gevolg is van
het ontbreken van werkelijke bevoegdheden en waarborgen in de wet zelf
en niet de oorzaak daarvan.
D66 wil minister Hermans vragen om de oplossing niet te zoeken in
vrijblijvend overleg maar consequenties te verbinden aan de uitkomst
van de bezinning die duidelijk maakt dat de medezeggenschap op sterven
na dood is. D66 wil dat aanpassingen van de Mub worden voorbereid,
waarin in ieder geval het volgende geregeld zou moeten worden.
-Een informatieplicht aan de medezeggenschapsorganen.
Waarbij notulen, verslagen en besluitenlijstjes van vergaderingen van
College van Bestuur aan de medezeggenschapsraden worden toegezonden.
-Een meerhoofdig faculteits- en opleidingsbestuur.
Dat wil zeggen dat de kan-bepalingen in de wet worden geschrapt en het
dus moeten wordt. D66 heeft daar vier jaar geleden al voorstellen voor
gedaan, maar daar toen geen meerderheid voor gekregen. We zijn er van
overtuigd dat het beter is te komen tot een meerhoofdig faculteits- en
opleidingsbestuur. Er is nu te veel macht en willekeur in de hand van
weinigen. Die klacht is er niet alleen van de zijde van studenten maar
ook van docenten. Wie carriere wil maken kan maar beter niet tegen de
wens van de eenhoofdige leiding in gaan. Zon sfeertje is niet
bevordelijk voor het presenteren van kritische standpunten.
-Docenten in de opleidingscommissies moeten worden gekozen en niet
aangezocht door het (eenhoofdige) opleidingsbestuur.
- Een instemmingsrecht op de begroting.
- Een instemmingsrecht van de opleidingscommissie op het gehele OER
(de onderwijs en examenregeling).
- Voldoende scholingsmogelijkheden.
D66: Bachelors- Mastersstructuur opleidingen mogen niet starten zonder
instemming van studenten en (wetenschappelijke) docenten.
De Bachelors- Mastersstructuur wordt in Nederland voortijdig
ingevoerd. Zelfs nog voordat de accreditatieraad die moet oordelen
over de kwaliteit van deze nieuwe opleidingen, in werking is getreden.
Om vertrouwen in de voorbereiding en de invoering te kunnen hebben is
het daarom erg belangrijk dat alle partijen de kans krijgen hun
instemming uit te spreken. Niet alleen de besturen maar ook studenten
en (wetenschappelijke) docenten.
Tijdens de behandeling van het wetsvoorstel voor de invoering van de
Bachelors- Masters heeft D66 zich daarom sterk gemaakt voor een
instemmingrecht voor studenten en (wetenschappelijk) personeel voor de
start van de Bachelors- masters opleidingen. Dat instemmingsrecht is
door een D66 amendement in de wet gekomen.
Het instemmingsrecht blijkt lang niet overal geeffectueerd te worden.
Van meerdere kanten hoort D66 dat studenten en docenten niet de kans
hebben gekregen zich uit te spreken. D66 wil van de minister de
garantie dat Bama-opleidingen die niet ter instemming zijn voorgelegd
aan de studenten en (wetenschappelijke) docenten, geen toestemming
zullen krijgen om te starten.