Actueel
Veroordeling in Clickfondszaak
Bron: Rechtbank Amsterdam
Datum actualiteit: 27-06-2002
Rechtbank Amsterdam
27 juni 2002
PERSBERICHT
De rechtbank heeft uitspraak gedaan in de strafzaak tegen Edgar James
S.
S. is veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 15 maanden,
waarvan 5 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar.
Daarnaast is hij veroordeeld tot een geldboete van ¤ 225.000,-.
De rechtbank heeft het volgende bewezen verklaard.
S. heeft zich in de periode van 23 maart 1994 tot en met 1 januari
1998 schuldig gemaakt aan omkoping. De rechtbank spreekt over
geraffineerde constructies waardoor op slinkse wijze ten koste van de
werkgevers van de omgekochte personen door S. aanzienlijke
transactiewinsten zijn behaald. Deze omkoping is stelselmatig gebeurd
en de opbrengsten beliepen in de miljoenen euro's.
S. heeft in de periode van 1 juni 1994 tot en met 31 juli 1994
valsheid in geschrift gepleegd. S. gaf in die periode leiding aan de
onderneming FTC in Londen en heeft in die functie, samen met
medewerkers van een bank, obligatietransacties gefingeerd teneinde het
betalen van commissie in het kader van de herplaatsing van aandelen
KPN te verhullen. De betaling van deze commissie was namelijk niet
toegestaan.
S. heeft op 3 september 1995 opzettelijk een bij de belastingwet
voorziene aangifte onvolledig gedaan. De rechtbank overweegt daarbij
dat S. aan inkomsten ongeveer
¤ 4.620.000,- heeft verzwegen en aan vermogen ongeveer ¤
45.950.000,-.
S. heeft een valse opgave doen opnemen in een authentieke akte. Bij de
eigendomsoverdracht van een woning heeft S. namelijk op 27 juli 1995
in de notariële akte een koopprijs van Fl. 475.000,- laten opnemen,
terwijl de werkelijk koopprijs hoger was.
S. heeft in de jaren 1992 tot 1997 opzettelijk gebruik gemaakt van
valse geschriften door geantedateerde brieven te benutten bij zijn
belastingaangifte.
De rechtbank heeft niet bewezen geacht dat S. heeft deelgenomen aan
een criminele organisatie. Weliswaar hield S. met diverse personen
samenwerkings-verbanden, maar de cohesie tussen die verbanden was niet
zodanig dat van één organisatie kan worden gesproken.
Voorts heeft de rechtbank niet bewezen verklaard dat de onderneming
FTC, waaraan S. leiding gaf, oplichting heeft gepleegd bij de
aandelenemissies KPN.
De verdediging heeft naar voren gebracht dat de vervolging van S. veel
te lang heeft geduurd en dat de rechtbank daar ten gunste van S.
consequenties aan moest verbinden. De rechtbank heeft echter overwogen
dat het ging om een gecompliceerde zaak en om een omvangrijk
onderzoek, waarbij ook de hulp is ingeroepen van buitenlandse
justitiële autoriteiten. De lange duur is dan ook niet onredelijk.
Bij de strafmotivering benadrukt de rechtbank onder meer dat S. een ernstige inbreuk heeft gemaakt op de integriteit die wordt verondersteld in de effecten-branche en het bankwezen. Anderzijds is er rekening mee gehouden dat de om-vangrijke publiciteit rond zijn vervolging een aanzienlijke belasting voor S. moet zijn geweest.
Het vonnis kunt u vinden op www.rechtspraak.nl. Voor verdere informatie: afdeling voorlichting, tel. 020 541 2882 / 06 18301884.
Ga naar betreffende uitspraak met nummer: AE4700
(Zie het originele bericht)