Nationaal Dubo Centrum

woensdag 3 juli 2002

Magere bespreking Beleidsbrief Duurzaam Bouwen in Tweede Kamer

Op 25 juni 2002 is de Beleidsbrief Duurzaam Bouwen besproken in het Algemeen Overleg Bouwregelgeving tussen demissionair staatssecretaris Remkes en de Vaste Kamercommissie VROM (Tweede Kamer).

In dit overleg van de Vaste Kamercommissie VROM waren de Tweede Kamerleden Van Gent (Groenlinks), Hofstra (VVD, voorzitter) en Vietsch (CDA) aanwezig. Van Gent sprak mede namens Duivesteijn (PVDA). Gezien de demissionaire status van het kabinet bleef het overleg beperkt tot de hoofdlijnen, hetgeen duidelijk bleek uit de (magere) aandacht voor de beleidsbrief duurzaam bouwen. Slechts Van Gent ging echt op de beleidsbrief (101Kb) in met de nodige opmerkingen.

Meer ambitie
Van Gent vond het weliswaar goed dat duurzaam bouwen een plaats krijgt in de bouwregelgeving, maar dat -wat haar betreft- de brief veel ambitieuzer had gemogen. Zo stelde zij dat duurzaam bouwen en CO2-neutrale bouw meer stimulans moet krijgen door experimenten en subsidies. Ook deed zij het voorstel om PV-cellen vooraf te financieren (en niet achteraf via de Energiepremieregeling) om hiermee PV meer te stimuleren. Van Gent vroeg zich verder af hoe VROM om dacht te gaan met de opgave om duurzaam bouwen in 2004 in de brede bouwpraktijk te hebben verankerd, terwijl deze niet toetsbaar is. Immers, zo constateerde zij, er zijn geen meetbare doelen voor de thema's 'materialen' en 'gezondheid' (in tegenstelling tot het andere geprioriteerde thema 'energie'). Hetzelfde vond zij gelden voor de doelen voor 'duurzaamheid op locatie'. Remkes gaf hierop aan dat de doelen voor het klimaatbeleid helder zijn, maar dat er voor binnenmilieu in de toekomst wel regelgeving komt en daarmee kwantitatieve doelstellingen zijn vast te stellen. Remkes deelde voorts mee dat hij in gesprek was met de projectontwikkelaars over de subsidie van PV-cellen.

Markt helpen met regelgeving
Voorts vroeg Van Gent zich af of de markt duurzaam bouwen wel oppikte (volgens haar bleek uit de monitoring dat het aantal toegepaste maatregelen tussen 1998 en 1999 was afgenomen). Remkes stelde dat 'de markt het moet doen', maar dat deze moet worden geholpen met regelgeving, onder meer door energiebesparing in het Bouwbesluit op te nemen, de plafondhoogte naar 2,60 m op te trekken of luie trappen voor te schrijven. "Als er minimum maten (zoals gangbaar bij de plafondhoogte, red.) worden uitgevoerd, dan moeten we extra maatregelen treffen", aldus Remkes.

EPC woningbouw naar 0,8 onder voorwaarde
Tot slot stelde Remkes dat een verlaging van de EPC woningbouw van 1,0 naar 0,8 mogelijk is, als die verlaging kosteneffectief is (zoals de aangekondigde verlaging van de EPC voor de utiliteitsbouw). Volgens hem kan de markt daar innovatief mee omgaan om zo energiebesparing te realiseren.