Gemeente Rotterdam

Rotterdam wil meer geld voor inburgering oudkomers

datum 4 juli 2002

Meer geld voor inburgering oudkomers

In Rotterdam staan op dit moment 3200 Rotterdammers op de wachtlijst voor een inburgeringscursus. Het gaat om zgn. oudkomers, allochtonen die al langer dan een jaar in Nederland wonen. De wachtlijst is in Rotterdam langer dan in andere grote steden, zoals blijkt uit een recent rapport van CINOP/Regioplan dat door minister Van Boxtel naar de Tweede Kamer is gestuurd. Wethouder Van der Tak van Sociale Integratie vindt dat het rapport een eenzijdig beeld schetst en wijst erop dat meer dan eenderde van alle inburgeringscursussen voor oudkomers in heel Nederland in Rotterdam wordt gegeven. Met ingang van dit jaar stijgt de capaciteit bovendien met bijna 70% van 3300 naar 5600 cursussen per jaar. Dat kost de gemeente in totaal .20 miljoen per jaar. Rotterdam roept het Rijk op om met extra geld over de brug te komen om de uitbreiding ook na 2005 voort te zetten.

In het rapport lijkt Rotterdam aanzienlijk slechter uit de bus te komen dan andere grote steden. Het rapport vermeldt echter uitsluitend de mensen die bij de Regionale Opleidingscentra (ROC.s) op de wachtlijst staan. Amsterdam en Utrecht echter werken niet samen met ROC.s maar kiezen voor andere opleidingscentra. Het rapport vermeldt niets over wachtlijsten bij die opleidingscentra en geeft daardoor een vertekend beeld.

De afgelopen jaren heeft de gemeente de cursuscapaciteit al flink uitgebreid. Dat heeft ook een flinke vraag bij de doelgroep op gang gebracht. Oudkomers willen doorgaans maar al te graag inburgeren. Deelname aan de cursus is niet verplicht maar zodra er extra opleidingscapaciteit bekend wordt gemaakt (meestal via zelforganisaties van allochtonen), stromen de klassen vol. Dat verklaart waarom de wachtlijst in Rotterdam is toegenomen.

Rotterdam telt 60.000 niet-ingeburgerde oudkomers, zo.n 15% van het totale aantal in Nederland. Dat komt doordat Rotterdam als haven- en industriestad van oudsher in vergelijking met andere steden veel laagopgeleide oudkomers aantrekt. Rotterdam is goed voor meer dan eenderde van alle inburgeringscursussen voor oudkomers in Nederland. Dat bleek onlangs uit de Oudkomersmonitor van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Anders dan vaak wordt verondersteld, ontvangt 70% van alle oudkomers geen uitkering. De groep oudkomers bestaat voor tweederde deel uit opvoeders, eenderde deel is werkzoekend. Wethouder Van der Tak wijst op het enorme belang van inburgering voor opvoeders. Goed ingeburgerde moeders kunnen ervoor zorgen dat hun kinderen niet langer met een taalachterstand op de basisschool komen.

De gemeente wil dat zoveel mogelijk oudkomers de komende jaren alsnog een inburgeringscursus volgen. Daarom wordt het aantal cursussen in de jaren 2002 tot en met 2005 sterk verhoogd van 3300 naar 5600 per jaar. Dat is een onderdeel van het Deltaplan Inburgering waartoe het college van burgemeester en wethouders bij de formatie heeft besloten. Het Deltaplan moet gereed zijn bij de presentatie van het Collegeprogramma in september.

De gemeente besteedt jaarlijks . 20 miljoen aan inburgeringscursussen voor oudkomers. Het grootste gedeelte wordt gefinancierd uit de Rijksregeling Sociale Integratie en Veiligheid. Naast cursussen voor oudkomers worden in Rotterdam jaarlijks 1200 inburgeringscursussen voor nieuwkomers gegeven. Voor nieuwkomers is deelname verplicht. Voor deze cursussen bestaan geen wachtlijsten.

noot voor de redactie/