Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid

Persbericht

Uittreders uit de bouwnijverheid

---

In de tweede helft van 2000 waren bijna 155.000 mensen werkzaam onder de CAO voor het bouwbedrijf. Ruim 10.000 van hen verlieten in deze periode de bouw. Twee derde van hen vertrok vrijwillig uit het bedrijf, een derde werd ontslagen. De belangrijkste redenen om weg te gaan hadden te maken met de arbeidsvoorwaarden en de arbeidsomstandigheden.

Bijna zes op de tien uittreders gaan na het verlaten van de bouw in een andere bedrijfstak werken. Vijftien procent wordt werkloos; eenzelfde percentage wordt zelfstandig ondernemer in de bouw. In het algemeen kiest men bewust voor een baan buiten de bouw. Vooral de zwaarte en de aard van het werk in de bouw spelen hierbij een rol. Het merendeel van deze bedrijfstakwisselaars gaat er in een groot aantal aspecten op vooruit in vergelijking met de bouw.

Dit blijkt uit een onderzoek dat het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid (EIB) heeft verricht in opdracht van partijen bij de CAO voor het Bouwbedrijf. Daarbij zijn zowel uittreders als bouwbedrijven ondervraagd.

Vooral onder de jongere uittreders gaat een groot aandeel buiten de bouw werken (70 procent). Slechts een tiende van hen wil weer terugkeren tot de bouw. Daar komt nog bij dat de helft van de jongere werknemers al weer binnen twee jaar na toetreding uit de bouw vertrekt. De bouw raakt daarmee een aanzienlijk deel van haar jongere arbeidskrachten kwijt aan andere bedrijfstakken.

Volgens bijna tweederde van de uittreders had de werkgever hun vertrek kunnen voorkomen. Het aanbieden van een hoger loon en beter omgaan met het personeel zijn de meest genoemde voorwaarden. Ook het verminderen van de werkdruk en een betere organisatie van het werk worden relatief vaak genoemd.

Ruim 40 procent van de bouwbedrijven had in 2000 een tekort aan bouwplaatspersoneel. De hoofdoorzaak vormden problemen bij het aantrekken van werknemers. Ruim de helft van de bedrijven moest als gevolg van het personeelstekort werk weigeren. Eenderde kon opdrachten pas op termijn uitvoeren. Toch probeerde slechts eenderde van de bedrijven met personeelstekort werknemers vast te houden. Het inschakelen van onderaannemers, van zelfstandigen zonder personeel of het inlenen van collega-bedrijven worden vaker door bedrijven toegepast om de arbeidscapaciteit op peil te houden. Zie publicatie: Uittreders uit de bouwnijverheid