Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij

De Voorzitter van de Vaste Commissie voor Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van

uw kenmerk

ons kenmerk
VVA. 2002/2151
datum
08-07-2002

onderwerp
Wijziging Regeling hygiënevoor-schriften besmettelijke dierziekten TRC 2002/5919

bijlagen
1

Geachte Voorzitter,

In uw brief vraagt u mij om informatie over de stand van zaken met betrekking tot de wijziging van de Regeling inzake hygiënevoorschriften besmettelijke dierziekten 2000 (HBD-regeling). Verder stuurt u mij een brief van de Koninklijke Nederlandse Slagersorganistatie (KNS). In deze brief verzoekt de organisatie te wachten met een aanpassing van de HBD-Regeling, met name wat betreft het artikel waarin een eenvoudige wasplaats voor zelfslachtende slagers (de zogenaamde artikel 4 slachterijen) verplicht wordt gesteld voor alle evenhoevigen. Ik stuur u een kopie van mijn antwoord aan de KNS, waarin wordt uitgelegd waarom ik niet op dit verzoek in kan gaan.

In de komende wijziging van de HBD-regeling wordt verdere invulling gegeven aan beleid dat is ingezet naar aanleiding van de laatste varkenspestcrisis. Nederland heeft toen ingezet op een streng beleid ten aanzien van de reiniging en ontsmetting (R&O) van voertuigen waarin vee is vervoerd. Deze eisen hadden in eerste instantie met name betrekking op varkens. Reeds voor de MKZ-crisis is aangegeven dat dit beleid ook zou worden doorgevoerd voor de overige evenhoevigen. De MKZ-crisis heeft dit proces versneld.

datum
08-07-2002

kenmerk
VVA. 2002/2151

bijlage

Aan het begin van de crisis zijn direct strenge R&O-maatregelen van kracht geworden op het vervoer van alle evenhoevigen. Ten tijde van de MKZ-crisis zijn die verder aangescherpt. In de betreffende regelingen is op de plaats van lossing van evenhoevigen een installatie voor het reinigen en ontsmetten van voertuigen verplicht gesteld. In de huidige wijziging van de HBD-regeling worden de eisen aan de wasplaats en bijbehorende installatie nader omschreven. Eén en ander betekent dat alle slachterijen en verzamelplaatsen in Nederland voorzien moeten zijn van een uitgebreide wasplaats, terwijl voor primaire bedrijven en zelfslachtende slagers een eenvoudige wasplaats voldoende is. De wijziging zal zo spoedig mogelijk worden gepubliceerd in de Staatscourant.

De evaluatie van de recente 'verzamelmaatregelen' laat uiteraard onverlet dat alle bedrijven waar vee wordt aangevoerd moeten voldoen aan de wettelijke eisen ten aanzien van de R&O. Het nut van de R&O staat in deze evaluatie niet ter discussie.

De minister van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,

mr. L.J. Brinkhorst

datum

kenmerk

bijlage

Koninklijke Nederlandse Slagersorganisatie
De heer drs. M.G. van Steden, adjunct directeur Postbus 1234
2280 CE - RIJSWIJK

Uw brief van: 5-6-2002
Uw kenmerk: MS/02/1288
Kenmerk: VVA. 2002/2152
Datum: 8 juli 2002
Onderwerp: R&O plaats zelfslachtende slagers (art. 4 slachterijen).( TRC 2002/5919)

Geachte heer Van Steden,

In een komende wijziging van de Regeling inzake hygiënevoorschriften besmettelijke dierziekten 2000 (HBD-regeling) wordt ook een eenvoudige wasplaats voor zelfslachtende slagers van herkauwers (runderen, schapen en geiten) verplicht gesteld. In uw brief verzoekt u mij van deze aangekondigde verplichting af te zien. U motiveert uw verzoek met de volgende argumenten:
* de investeringskosten die deze wijziging met zich meebrengt, zullen leiden tot de sluiting van een aantal van de bestaande slachtplaatsen;
* in een voorstel van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie worden deze wasplaatsen niet verplicht gesteld, mits in de directe nabijheid van de slachtplaats een wasplaats voor handen is.

De HBD-regeling is opgesteld naar aanleiding van de laatste varkenspestepidemie en is een nadere invulling van hetgeen wordt voorgeschreven in Europese richtlijnen. In de Regeling worden met name stringente reinigings- en ontsmettingsvoorschriften (R&O-voorschriften) gesteld aan het transport van varkens. De regeling was vooralsnog minder expliciet over de R&O-maatregelen voor het transport van andere evenhoevigen, maar reeds voor de MKZ-crisis is aangekondigd dat deze maatregelen ook onverkort van toepassing zouden worden voor de overige evenhoevigen. Besmettelijke dierziekten zoals MKZ maken nu eenmaal geen onderscheid tussen varkens en overige evenhoevigen. De door u aangehaalde wijziging geeft invulling aan bovengenoemd beleidsvoornemen. Ten tijde van de MKZ-crisis zijn de R&O-voorwaarden ten aanzien van het vervoer van evenhoevigen verder aangescherpt. In de betreffende regelingen is op de plaats van lossing van evenhoevigen een installatie voor het reinigen en ontsmetten van voertuigen verplicht gesteld. In de huidige wijziging van de HBD-regeling worden de eisen aan de wasplaats en bijbehorende installatie nader omschreven. Eén en ander betekent dat alle slachterijen en verzamelplaatsen in Nederland voorzien moeten zijn van een uitgebreide wasplaats, terwijl voor primaire bedrijven en zelfslachtende slagers een eenvoudige wasplaats voldoende is.

Nederland is een land met een zeer hoge veedichtheid en handelsintensiteit. Daarom is ervoor gekozen de risico's op de verspreiding van een besmettelijke dierziekte te minimaliseren. De nationale invulling van de Europese kaders met betrekking tot R&O is daarom met reden stringent. De leidende gedachte daarbij is dat zich alleen schone, gedesinfecteerde lege wagens op de openbare weg mogen bevinden. Aan de zelfslachtende slagers zullen daarbij dezelfde eisen gesteld worden als aan de professionele veehouderijbedrijven en grotere hobbybedrijven.

Ten slotte verwijst u in uw brief naar het verslag van de bespreking van de Groep veterinaire deskundigen, waarin voorstellen voor verordeningen van het Europees Parlement en de Raad worden gedaan, betreffende hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong. De ervaring leert dat het afhandelen van deze voorstellen nog jaren in beslag kan nemen. Bovendien lopen de meningen over het toestaan van het gebruik van een R&O-voorziening in de directe nabijheid van de slachterij uiteen.

Tegen deze achtergrond en gegeven het feit dat Nederland wat betreft R&O-voorschriften een strenge koers vaart, kan ik uw verzoek niet inwilligen.

De minister van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,

mr. L.J. Brinkhorst

up Reageren
Homepage

---