European Commission

IP/02/1047

Brussel, 12 juli 2002

Fischler naar aanleiding van de tussenbalans: "Het vertrouwen van de consument terugwinnen"

De voorstellen naar aanleiding van de tussenbalans van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) moeten "de landbouwers hun vrijheid en flexibiliteit teruggeven en de Europese landbouw beter afstemmen op de verwachtingen van de samenleving," aldus Franz Fischler, Europees Commissaris voor landbouw, plattelandsontwikkeling en visserij. In zijn toespraak op het 13de "Congress of International Farm Management" in Wageningen heeft de heer Fischler vandaag nogmaals gewezen op de noodzaak en de voordelen van de woensdag door de Commissie goedgekeurde voorstellen(1)
. Landbouwers "moeten blijven produceren wat de burgers willen, maar als wij dat van de landbouwers verlangen, moeten zij daarvoor ook worden beloond. Met onze voorstellen zouden wij deze twee belangrijke doelstellingen, in het belang van ons allemaal, moeten kunnen combineren".

Voor het eerst buiten Brussel de tussenbalans becommentariërend, verklaarde de heer Fischler "dat ons landbouwbeleid gedoemd is om te mislukken" als we niet kunnen voldoen aan de "vele uiteenlopende verwachtingen" die de samenleving aan de landbouw stelt. "Landbouwers kunnen zich niet langer beperken tot het voortbrengen van producten".

Uit de recente Eurobarometer-enquête(2)
blijkt volgens de heer Fischler dat het publiek het bijna even belangrijk vindt dat ons landbouwbeleid zorgt voor veilig en kwalitatief goed voedsel, als dat het de bescherming van het milieu bevordert en een passend inkomen voor de landbouwers waarborgt. In het licht van deze potentieel tegenstrijdige belangen benadrukte hij "dat het niet langer de vraag is of, maar hoe we onze landbouwers steunen. De tussenbalans biedt ons de mogelijkheid om de kloof te dichten tussen wat we willen en wat we doen."

Subsidies werken, aldus de heer Fischler, "als een keurslijf. Landbouwers moeten de vrijheid hebben om hun beslissingen te baseren op de wensen van de markt en de verwachtingen van de maatschappij, en niet zozeer op de hoogte van de verschillende subsidies". Door deze beperking weg te nemen "kan de voorgestelde ontkoppeling niet alleen de band tussen landbouwers en consumenten versterken maar ook de papierwinkel voor landbouwers beperken". Daarnaast zou ook de voorgestelde bedrijfsaudit, waarvoor steun uit de middelen voor plattelandsontwikkeling zou worden verleend, helpen om "het vertrouwen van de consument terug te winnen". Deze audits moeten waarborgen dat de landbouwers de "in de moderne landbouw geldende normen" respecteren.

De middelen voor plattelandsontwikkeling zullen worden uitgebreid door dynamische differentiatie, wat betekent dat jaarlijks 3% van de begroting voor rechtstreekse betalingen wordt ingehouden en gereserveerd voor plattelandsontwikkeling, tot in totaal 20% is overgeheveld. Door de werkingssfeer van het beleid voor plattelandsontwikkeling te verruimen, kan ook meer aandacht worden besteed aan kwaliteit, voedselveiligheid en dierenwelzijn.

De voorgestelde hervorming steunt op drie pijlers: aanpassingen in bepaalde marktsectoren, ontkoppeling van rechtstreekse betalingen en productie, en verruiming van de middelen voor plattelandsontwikkeling door overheveling. Juist door de combinatie van deze voorstellen kunnen we "ons beleid duurzaam maken".

Het is ook veelzeggend dat, "juist nu de Verenigde Staten met hun nieuwe landbouwwetsvoorstel jammer genoeg hebben besloten de klok terug te draaien, onze tussenbalans een bijdrage levert om het Europese landbouwbeleid in de internationale context aanvaardbaarder te maken". En dit alles "zonder het financiële kader dat met Agenda 2000 drie jaar geleden is vastgelegd, te veranderen."

(1)
Zie HYPERLINK
"http://europa.eu.int/rapid/start/cgi/guesten.ksh?p_action.gettxt=gt&d oc=IP/02/1026|0|RAPID&lg=EN&display=" IP/02/1026, gepubiceerd op 10/07/02

(2)
Zie HYPERLINK
"http://europa.eu.int/rapid/start/cgi/guesten.ksh?p_action.gettxt=gt&d oc=IP/02/922|0|RAPID&lg=EN&display="IP/02/922, gepubiceerd op 25/06/02