CD&V
Wetstraat 89
1040 Brussel
Tel : 02.238.38.11
Fax : 02.230.43.60
www.cdenv.be

E-mail : inform@cdenv.be

Persmededeling van CD&V

7 augustus 2002

NATURALISATIES:

NA DE GOED NIEUWSSHOW, NU DE REALITEIT

Bij monde van Willy Cortois werpt de VLD zich plots op als behoeder van de Belgische nationaliteit. Als staaltje van cynisme kan dit tellen. Een nuchtere analyse van de feiten levert een heel ander beeld op.


1. Deze regering maakte eerst een snel-Belgwet die uniek is in Europa. Nergens anders krijgt men zo gemakkelijke de nationaliteit. De integratiebereidheid aantonen is niet langer noodzakelijk. De adviestermijnen werden zeer kort, met een vermoeden van gunstig advies wanneer de termijn niet werd gehaald. Alle waarschuwingen onder meer van CD&V - werden genegeerd. Pas na ernstige incidenten kwamen er kleine en krakkemikkige aanpassingen. Veel kritieken op de snel-Belgwet blijven echter geldig. Overigens: als het veiligheidsrisico in de procedure via de Kamer kleiner is geworden, komt dit vooral doordat de Kamercommissie de eigen wettelijke termijnen niet respecteert. Dossiers die buiten de Kamer worden behandeld moeten zich wel aan deze te korte termijnen houden.






2. Willy Cortois tracht de cijfers op hun mooist te presenteren, door de cijfers van juni te isoleren. In de hele zittingsperiode (oktober 2001 tot juni 2002) kregen 8444 aanvragers de Belgische nationaliteit, werden er 4277 geweigerd en werden er 6105 verdaagd. Vooral dat laatste cijfer is belangrijk. In november besliste de Commissie voor Naturalisaties in de Kamer namelijk dat aanvragen van mensen die geregulariseerd werden, voor drie jaar worden verdaagd (te beginnen vanaf hun aanvraag tot regularisatie). Daardoor werden in juni heel wat dossiers uitgesteld, die het percentage goedgekeurde dossiers uiteraard naar beneden duwen.






3. Bovendien speelt twee derde van de nationaliteitsverwervingen zich af buiten het parlement. Daarover hebben we geen cijfers. Er is trouwens geen registratie van wie waar en wanneer één of meerdere procedures aanwendt.

4. Minister van justitie Verwilghen gaf n.a.v. de evaluatie van de snel-belgwet toe dat hij iets moest doen i.v.m. de onhoudbaar korte termijnen, omdat hij inzage had van een uitgebreide nota waarin een aantal parketten hun ervaringen met de snel-belg wet gaf. Hij zei toen bereid te zijn om die nota ter beschikking te stellen van het parlement (handelingen Kamer, 23/05/2002). Ondanks mondeling aandringen en een schriftelijke herinnering van Jo Vandeurzen op 2 juli, krijgt het parlement dit document niet.

5. Het volstaat de hallicunante verklaringen te lezen van minister van binnenlandse zaken Duquesne over de onhoudbare interferentie van de nationaliteitswetgeving met de regels die de toegang tot het grondgebied regelen ('het is in tal van opzichten ook gemakkelijker om Belg te worden dan om zijn verblijf te regulariseren ) om te beseffen dat hier dringend wetgevend werk nodig is.

6. Ook de dramatische toestand van de staatsveiligheid blijft voorlopig bestaan. De minister van justitie verklaarde dat de dienst ongeveer 30 extra personeelsleden moet hebben om tijdig op alle adviesaanvragen te kunnen antwoorden.

7. Tenslotte: wat met diegene die manifest op frauduleuze wijze (en door gebrek aan preventieve controle) de nationaliteit hebben verworven? De minister van justitie bevestigde op 23 mei 2002 dat er in bepaalde dossiers bedrog is gepleegd. De regering heeft beslist zich op dat vlak naar de wijsheid van het parlement te gedragen. Gaat de VLD nu eindelijk een vuist maken om de procedure van vervallenverklaring wettelijk beter te regelen ?
Kortom: de kloof tussen ronkende verklaringen in komkommertijd en de realiteit van het beleid is groot.

Jo Vandeurzen

Volksvertegenwoordiger