EXTRA Nieuwsbericht

woensdag 7 augustus 2002, 19.30 uur

Persverklaring van Mw. A.J. Brink-Grootoonk
Korpschef Politie Noord-Holland Noord

Alkmaar, woensdag 7 augustus 2002.

Eind vorige week zijn de stoffelijke resten gevonden van Marion en Romy van Buuren. Voor de familie kwam hiermee een einde aan een lange periode van onzekerheid. Voor de politie heeft deze vondst gezorgd voor nieuwe informatie om het recherche onderzoek op voort te zetten. Nu de dood van Marion en Romy vast staat richt alle aandacht van het onderzoek zich op de toedracht en omstandigheden van hun dood.

De afgelopen dagen is in diverse media herhaaldelijk gesuggereerd dat de tipgever/getuige, een broer van Okan O. als verdachte aangemerkt zou moeten worden.

Politie en Justitie zijn van mening dat tot op dit moment op basis van de wet, deze getuige niet aangemerkt kan worden als verdachte. Hij is voor ons een belangrijke getuige en onderwerp van verder onderzoek. Indien wij hem op onvoldoende gronden als verdachte zouden aanhouden, lopen wij het risico dat wij hem vervolgens direct weer moeten laten gaan. Dat betekent niet dat hij misschien morgen, overmorgen of volgende week, wél verdachte kan worden. Maar dat is dán op basis van de feiten en informatie die wij dán hebben.

Vrijdag heb ik tijdens de persconferentie reeds gemeld dat het onderzoek op volle kracht loopt. Het team is sinds de vondst van de stoffelijke resten van Marion en Romy uitgebreid tot 8 rechercheurs die volledig op deze zaak gezet zijn. Vijf jaar lang zijn wij hier al intensief mee bezig, ook wij willen de dood van beiden tot op de bodem uitzoeken.