Partij van de Arbeid

Vragen van het lid Arib (PvdA) aan de minister van Justitie over het falen van jeugdprojecten.

1.
Hebt u kennisgenomen van het artikel in de Volkskrant d.d. 29 augustus jl., waarin gesteld wordt dat projecten gericht op de verbetering van de preventie van jeugdcriminaliteit falen?

2.
Wat is uw mening over de stelling van de onderzoeker dat veel projecten die gericht zijn op aanpak van jeugdcriminaliteit nooit een realistische opzet hebben gehad en dat de initiatiefnemers van projecten moeten concurreren om subsidie en als gevolg daarvan liegen, bedriegen en overdrijven over de haalbaarheid van projecten? Kloppen deze bevindingen volgens u? Zo nee, waarom niet?

3.
Wat is uw reactie op de stelling van Noorda dat er gedeeltelijk veel geld over de balk wordt gegooid? Wilt u onderzoeken voor welke projecten dit geldt en de resultaten van dit onderzoek aan de Kamer meedelen?

4.
Bent u bereid een overzicht te geven van alle projecten - met de daarvoor beschikbare middelen - op het gebied van de bestrijding en preventie van etnische jeugdcriminaliteit en deze op korte termijn naar de Kamer te sturen?

5.
Kunt u aangeven wat u met de constateringen van dhr. Noorda gaat doen? Bent u bereid de projecten op het gebied van de preventie van etnische jeugdcriminaliteit die vanuit uw departement en die van het grote stedenbeleid worden gefinancierd op hun effecten te evalueren? Zo ja, op welke termijn en zo nee waarom niet?
>