Ministerie van Algemene Zaken


1red11800
18-10-2002, NOS, Met het oog op morgen, Radio 1, 23.07 uur

DEMISSIONAIR MINISTER-PRESIDENT BALKENENDE, NA AFLOOP VAN DE WEKELIJKSE MINISTERRAAD, OVER DE VAL VAN HET KABINET EN DE KOMENDE VERKIEZINGEN

CARASSO:
Meneer Balkenende, u bent 87 dagen premier geweest. Er volgde turbulente week op turbulente week, wat is nou het allermoeilijkste moment geweest?

BALKENENDE:
Het meest moeilijke moment was dat je met elkaar tot de conclusie komt dat je niet verder kunt. De ministerraad afgelopen woensdagmiddag, nog voor het kamerdebat. Dat je bij elkaar zit en zegt: "Laten we maar met elkaar de conclusie trekken dat we het ontslag gaan aanbieden aan de koningin."

CARASSO:
Waar heeft u spijt van?

BALKENENDE:
Ik kan niet zeggen dat ik spijt heb. Het was een onvermijdelijk situatie die zich de laatste tien à veertien dagen heeft ontwikkeld. Voor die tijd hadden we te maken met incidenten. Aan de andere kant moet ik ook constateren dat het kabinet gewoon zijn werk heeft gedaan. We hebben een strategisch akkoord, we hebben een regeringsverklaring gehad, we hebben politieke beschouwingen gehad, een beleidsprogramma voor de komende jaren. Kortom, het werk werd gedaan en de sfeer in de ministerraad is ook altijd goed geweest.

CARASSO:
Maar het ging fout, dus ik kan me voorstellen dat u terugkijkt en zegt: "Dit had ik anders moeten doen."

BALKENENDE:
Nee, want begin oktober begon een nieuwe situatie in de Nederlandse politiek. Namelijk dat twee bewindslieden feitelijk met elkaar in de clinch gingen om een politiek leiderschap. Dan verschoof de machtsbalans naar de één, de heer Heinsbroek en dan weer naar de ander, de heer Bomhoff.

CARASSO:
Daar krijgt u mee te maken. Dat eindigt uiteindelijk in de val van het kabinet. U heeft veel kritiek over u heen gekregen: de ansichtkaart; de vergadering op de dag van de uitvaart van prins Claus. Dat debat gaan we niet over doen. Maar één ding is een beetje onderbelicht gebleven: de samenstelling van de ministersploeg. Ik kan me nog herinneren dat u er deze zomer in de formatie een enorm tempo inzette. Had u toen niet wat meer tijd, zoals toen ook wel door sommige mensen werd gezegd, moeten nemen met zo'n nieuwe partij om beter te kijken wat voor mensen zij leverden en of dat wel samenging?

BALKENENDE:
Ik denk dat de formatie zorgvuldig is verlopen. Er zijn gesprekken gevoerd. Eerst een kennismakingsgesprek en daarna het formele gesprek van de formateur met de kandidaten.



Aan alle kandidaten is gevraagd hoe zij tegen deze coalitie aankeken, of ze ook werkelijk bereid zijn met een kabinet in zee te gaan dat ook vier jaar moet willen functioneren. We hebben het gehad over de verdere kwalificaties van de personen.

CARASSO:
Maar die personen kenden elkaar niet. U kende ze wel.

BALKENENDE:
Ja, nadrukkelijk is door verschillende kandidaten gezegd dat men er zeer aan hechtte dat er een goed team zou komen. Daar hebben we ook snel in geïnvesteerd middels informele ontmoetingen, ontmoetingen met alle bewindslieden en partners in augustus. De sfeer in het kabinet is steeds goed geweest. Ik vind niet dat met de kennis van nu kan worden gezegd dat de formatie niet goed is gelopen. Het zat hem veel meer in het onvolwassen gedrag van twee personen die hun verantwoordelijkheid niet hebben genomen voor een goed functioneren van het kabinet. Hoe kwam dat? Omdat zij vooral bezig waren met eigen posities. In dat nastreven van eigen politieke doelstellingen is het belang van het kabinet veronachtzaamd en men heeft bovendien ook nog een deel van hun partij steeds op sleeptouw genomen. Dat was de complexiteit.

CARASSO:
Maar nu zegt Gerrit Zalm, die ook nauw betrokken was bij de formatie, in een van de ochtendkranten: "We hadden kritischer moeten zijn, we hadden meer tijd moeten uittrekken om een goede ploeg samen te stellen. Dat is een les voor de toekomst."

BALKENENDE:
Gesteld nu dat je één à twee weken langer had gepraat met dezelfde kandidaat, dan denk ik dat de uitkomst totaal niet anders zou zijn geweest.

CARASSO:
U had dan niet gedacht: "Die Herman Heinsbroek die ik nu één of twee keer heb gezien of gesproken, dat is een lastpak" of "Die meneer Bomhoff, daar zit een hoop rancune. Die twee, dat zou wel eens niet goed samen kunnen gaan"?

BALKENENDE:
Dat zijn dus wijsheden achteraf. Op dat moment heb ik te maken met bewindslieden, kandidaat bewindslieden aan wie je de vraag stelt: 'Ben je bereid coöperatief samen te werken met anderen?" Die vraag wordt dan ook bevestigend beantwoord. Men gaat aan de slag en uiteindelijk mondt het dan uit in gedoe en in gehannes dat niet past bij volwassen politieke verhoudingen.

CARASSO:
Wat me vandaag, maar ook in het debat, opvalt is dat u eigenlijk alle kritiek wegschuift. Doet u überhaupt wel eens aan zelfkritisch onderzoek?

BALKENENDE:
Ik vind dat ik mijn verantwoordelijkheid heb genomen toen de problemen gingen ontstaan. Toen begin oktober duidelijk werd dat de twee heren met elkaar aan het bekvechten waren, toen het ging om persoonlijke ambitie, heb ik steeds gezegd: "Op deze manier ga je het kabinet schade berokkenen en zo kan het ook niet langer."



CARASSO:
Bent u uw onschuld verloren, de afgelopen maanden? Want u bent goed van vertrouwen, dat hebben we allemaal kunnen zien.

BALKENENDE:
Je moet ook vertrouwen hebben in mensen, anders kun je niet werken. Ik ben niet iemand die standaard uitgaat van wantrouwen in anderen, dat is natuurlijk onzin. Alleen, als je dan merkt dat mensen met elkaar problemen gaan krijgen, dan moet je ze ook wijzen op hun verantwoordelijkheid. Men wist ook hoe de vork in de steel zat. Desondanks heeft men de zaak uit het spoor laten lopen, met het gevolg dat het kabinet niet verder kon.

CARASSO:
Het gevolg is verkiezingen. VVD en CDA hebben al gezegd dat ze samen verder willen, met als inzet de hoofdlijnen van het strategisch akkoord. Is het niet beter, zoals u altijd voor 15 mei volhield, eerst de kiezer aan het woord te laten?

BALKENENDE:
De kiezer komt ook aan het woord. Het is nu zo dat de politieke partijen aan zet zijn. Dat gaat om het opstellen van hun verkiezingsprogramma's. Dat zal voor een deel het herzien zijn van de bestaande programma's. Ze zullen ook de kandidatenlijsten moeten opstellen. Daarna is het woord aan de kiezer, bij de eerstvolgende verkiezingen die dan mogelijk in januari zouden kunnen plaatsvinden. Het is nog even afwachten hoe het volgende week loopt.

CARASSO:
De vorige verkiezingen waren zulke rare verkiezingen. Misschien wilde de kiezer met de keuze voor de LPF wel politieke vernieuwing en niet verrechtsing. Misschien komen ze nu wel op heel iets anders uit. Is het niet een risico om zomaar te zeggen: "We zetten het strategisch akkoord in?"

BALKENENDE:
Ik denk dat zowel VVD als CDA eigen accenten zullen willen leggen. De heer Zalm heeft dat gezegd, de heer Verhagen ook. Het is niet zo dat partijen alleen maar kiezen voor een strategisch akkoord, dat is ook onverstandig. Je bent in de eerste plaats een christen- democraat, een liberaal, een sociaal-democraat. Je komt op voor je eigen uitgangspunten, je eigen idealen en je eigen wensen. Daarmee ga je naar de kiezer. Die gaat dan spreken en dan komt ook het moment dat kan worden gesproken over coalitievorming.

CARASSO:
Die keuze die eigenlijk deze week al voor elkaar is gemaakt, betekent dat dat het CDA de Partij van de Arbeid bij voorbaat uitsluit?

BALKENENDE:
Je moet nooit uitsluiten, dat zou mijn lijn ook helemaal niet zijn. Je merkt wel dat de Partij van de Arbeid nog helemaal in het proces zit van heroriëntatie, welke kant gaat men uit? Ik weet nog goed dat mevrouw van Nieuwenhoven zij dat ze niet beschikbaar was als politiek leider omdat ze eigenlijk vond dat er eerst een discussie zou moeten zijn over de koers van de partij. Men is nog druk bezig om na te gaan hoe het zover heeft kunnen komen, waarom men zoveel zetels heeft verloren.

CARASSO:



Dus u vindt samenwerking met de Partij van de Arbeid niet voor de hand liggen?

BALKENENDE:
De vraag is: moet je het uitsluiten? Ik vind dat je nooit politieke samenwerking moet uitsluiten.

CARASSO:
U zegt: Geen partijen uitsluiten. Dat wilde u ook nadrukkelijk niet bij de LPF voor 15 mei. En nu? Sluit u de LPF nu uit?

BALKENENDE:
Ik denk dat ook de LPF te rade moet gaan hoe het nu komt dat je zo sterk in een parlement komt en dat je dan na een paar maanden te maken hebt met een politieke crisis, ook in eigen gelederen. Ook moet de LPF zich afvragen hoe het komt dat je zoveel vertrouwen van de kiezer hebt gekregen en dat je uiteindelijk dan toch niet verder bent gekomen dan een kabinetscrisis en dat je op die manier dan hebt gezorgd dat je niet bent nagekomen wat mensen in Nederland van je verwachtten. Ik denk dat die vraag centraal moet komen te staan in de LPF gelederen. Ook zij zullen zich moeten gaan voorbereiden op de komende verkiezingen. Maar het is natuurlijk voor zo'n beweging zonde dat men met zo'n resultaat uiteindelijk toch niet verder is gekomen dan intern gekrakeel, gedoe en een niet overtuigende opstelling.

CARASSO:
Dus u zult zich wel drie keer bedenken, waarschijnlijk, de volgende keer om met de LPF in zee te gaan. U wordt misschien nog een keer premier. Als u nou tot die tijd een cursus mag volgen, waar zou u dan voor kiezen?

BALKENENDE:
Ik denk dat het zo druk gaat worden de komende tijd als minister-president, want het werk gaat gewoon door en tegelijkertijd heb je het nodige voor je partij te doen, dat voor het volgen van cursussen helemaal geen tijd zal zijn. (Letterlijke tekst, ongecorrigeerd, LJ)