Gemeente Amsterdam


Gemeentelijk grondprijsbeleid 2003

De Nota Gemeentelijk Grondprijzenbeleid 2003, waarmee het college heeft ingestemd, laat een voortzetting zien van het beleid van voorgaande jaren. Niettemin wordt op onderdelen rekening gehouden met markttendensen en knelpunten. Het document geeft in hoofdlijnen aan welke grondprijsbepalingen gelden voor de belangrijkste ruimtelijke functies in Amsterdam. De gemeente staat een functionele grondprijspolitiek voor, waarbij de waarde van de grond gerelateerd is aan de bestemming (functie) van het daarop te realiseren vastgoed. De grondprijzen voor de commerciële woon- en werkfuncties worden vastgesteld op basis van de residuele waardebenadering, waarbij de grondprijs bepaald wordt door per locatie de commerciële nieuwbouwwaarde van het vastgoed te verminderen met de bouwkosten en de bijkomende kosten van het gebouw. Het verschil (residu) is de waarde die aan de grond kan worden toegeschreven.

Minimale grondprijzen sociale huurwoningen en studentenhuisvesting De nota stelt een stabilisatie van de VON-prijzen (vrij op naam-prijzen) op de woningmarkt vast. Door het geringe aanbod van betaalbare koopwoningen blijft die markt in Amsterdam nog wel gespannen, maar in de duurdere segmenten is zeker sprake van ontspanning. De stichtingskosten van woningen blijven niettemin stijgen. Voor 2003 wordt een stijging van de stichtingskosten verwacht van gemiddeld 5,5%. Aanscherping van de regelgeving is een van de oorzaken. De grondprijzen voor koopwoningen in de marktsector laten als gevolg een daling zien, die overigens per locatie verschilt. De grondprijzen voor sociale huurwoningen blijven gelijk aan die van vorig jaar, namelijk ¤ 10.119 per eenheid (exclusief BTW). De grondprijs voor studentenhuisvesting wordt gehalveerd naar ¤ 5.060 per eenheid om de nieuwbouw van studentenhuisvesting een impuls te geven.

Ongewijzigde grondprijzen kantoorruimte
De grondprijzen voor kantoorruimte worden in 2003 op het niveau van 2002 gehandhaafd. Met het handhaven van de grondprijzen wordt een lange termijnbeleid gevoerd om zodoende de leegstand op de Amsterdamse kantorenmarkt niet verder te bevorderen. De verwachting is dat de leegstand de komende tijd nog zal oplopen als gevolg van de afnemende vraag en een voorlopig hoge nieuwbouwproductie. Voor stadsdelen geldt een aangepast grondprijsbeleid waarbij de grondprijs gelijkgesteld is aan de tarieven voor normale commerciële kantoorruimte. Uitgezonderd zijn de specifieke ruimten (zogenaamde openbare gedeelten), die een stadsdeel nodig heeft voor het uitoefenen van haar taken. Hiervoor geldt een aangepaste (niet-commerciële) grondprijs.

Toenemende vraag naar bedrijfs- en winkelruimten De verwachting is dat de stagnerende economische groei minder weerslag zal hebben op de bedrijvenmarkt dan op de kantorenmarkt. De huidige marktontwikkelingen op de bedrijvenmarkt rechtvaardigen het om de residueel berekende grondprijzen voor bedrijventerreinen op hetzelfde niveau te houden als in 2002. Dit geldt ook voor de grondprijzen op de droge haventerreinen en de Alfa-driehoek. De marktvraag naar winkelruimte blijft hoog, met name in de kledingbranche. Internationale winkels en brandstores blijven strijden om vrijkomende winkelruimte. Enkele branches, waaronder de telecom sector, hebben te maken met een verzadiging van de markt waardoor winkelruimte vrijkomt. Ten opzichte van de grondprijzen van 2002 is sprake van een stabilisatie tot aan het stadsdeelniveau. Alleen voor het kernwinkelapparaat en voor perifere detailhandel stijgen de grondprijzen licht.

Handhaving kleinschalige commerciële ruimten
Sinds 2000 geldt voor (solitaire) kleinschalige ruimten met een maximaal vloeroppervlak van 250 m² bvo, die gelegen zijn binnen woongebieden, een speciale (lage) standaardgrondprijs. Dit om te voorkomen dat bedrijvigheid in woongebieden verdwijnt. Op dit punt blijft het beleid ook in 2003 ongewijzigd. Dat geldt voor kantoorruimte, bedrijfsruimte en winkelruimte

Hotelmarkt stabiel
De wereldwijde economische groeivertraging heeft zijn uitwerking op de Amsterdamse hotelmarkt niet gemist. Gedurende de eerste helft van 2002 was niettemin sprake van een licht herstel en gezien de uitbundige groei van de hotelmarkt in de tweede helft van de jaren negentig is er nog sprake van een structureel gezonde markt. Gelet op de stabilisatie van de Amsterdamse hotelsector is er geen ruimte voor een verhoging van de grondprijzen. Ten opzichte van het grondprijzenbeleid 2002 is de bandbreedte van de grondprijzen voor hotels in 2003 daarom gehandhaafd.

De nota wordt op 13 november in de raadscommissie behandeld en in de gemeenteraad op 4 december.

Amsterdam, 22 oktober 2002 Paul van Yperen Paul Cohen, Gemeentelijk Grondbedrijf


---


-

© gemeente Amsterdam - 22-10-2002