T.a.v. de medische redactie
In bijna alle ziekenhuizen ontbreekt fractuurprotocol voor osteoporose
Risico op osteoporose onderschat
De Nederlandse bevolking vergrijst. Hierdoor manifesteren zich in de
toekomst meer fracturen als gevolg van osteoporose. Dit vooruitzicht was
voor de Osteoporose Stichting de aanleiding om het NIPO te vragen onderzoek
uit te voeren naar het behandelbeleid bij fracturen bij patiënten boven de
50 jaar. Niet alleen orthopeden en chirurgen, maar ook de risicogroep
vrouwen van boven de 50 jaar zijn ondervraagd.
Een van resultaten is dat chirurgen en orthopeden in Nederlandse
ziekenhuizen nu maandelijks met ongeveer 200 fracturen op de afdeling
spoedeisende hulp worden geconfronteerd.
Dr. P. van Roermund, voorzitter van de Nederlandse Orthopeden Vereniging
(NOV) en prof. P.A.M. Vierhout, voorzitter van de Nederlandse Vereniging
voor Heelkunde: "Jaarlijks komen er 83.000 osteoporotische fracturen bij.
Dit betekent dat er nu al iedere 6 minuten een Nederlander wat breekt als
gevolg van botontkalking. Het aantal heupfracturen bij inwoners van de
Europese Unie is in 2030 tweeënhalf maal hoger dan nu: een stijging van
400.000 tot maar liefst 1 miljoen."
De helft van deze fracturen betreft personen van boven de 50 jaar. Uit het
onderzoek is op te maken dat rond de 35% van de fracturen van 50-plussers
niet op osteoporose wordt gecontroleerd.
Dit is ook niet zo vreemd gezien het feit dat er in driekwart van de
ziekenhuizen volgens de chirurgen en internisten geen protocol aanwezig is
voor een dergelijke controle. Daarenboven weet men zelfs in 11% (!) van de
ziekenhuizen niet of er een dergelijk protocol bestaat.
Mogelijk zijn de bevindingen van de artsen nog iets te positief. Uit de
resultaten van de enquête onder vrouwen van boven de 50 jaar die een
botbreuk of wervelfractuur gehad hebben (na hun 50e jaar) blijkt dat slechts
33% het risico op osteoporose met een arts besproken heeft, waarvan het
merendeel (23%) dit op eigen initiatief heeft besproken.
Van alle vrouwen boven de 50 jaar (dus inclusief degenen die geen botbreuk
gehad hebben) heeft 35% met een arts over osteoporose gesproken. Uit deze
cijfers blijkt dat een botbreuk niet serieus wordt genomen als indicatie
voor osteoporose.
Botontkalking en osteoporose zijn zo langzamerhand bekende begrippen
geworden. Bijna acht van de tien vrouwen boven de 50 jaar kent het woord
osteoporose en bijna iedereen die het woord kent geeft een juiste
omschrijving van de ziekte. Men weet vooral het proces van de ziekte te
omschrijven, maar minder de risico's die er mee gepaard gaan.
Momenteel hebben ruim 800.000 Nederlanders osteoporose. Landelijk krijgt één
op de vier vrouwen en één op de twaalf mannen boven de 55 jaar hiermee te
maken. In ons onderzoek meldt 21% van de vrouwen boven de 50 jaar aan
osteoporose te lijden. Bij een gedeelte is de osteoporose niet officieel
gediagnosticeerd.
Voor verdere informatie:
De heer drs. H. Foekema (NIPO): 020-5225444
Mevr. C. Hendrix (NIPO): 020-5225487
www.nipo.nl
Mevr. A.E. de Boer (Osteoporose Stichting): 0654646722.
Dr. P. van Roermund (WKZ): 030-2504004 of 06-22713871.
Prof P.A.M. Vierhout (Medisch Spectrum Twente): 053-48720000 pieper 005 of
06-53963190
---
===
Informatie over osteoporose van de Osteoporose Stichting
Van woensdag 13 november tot en met vrijdag 15 november organiseert de
Osteoporose Stichting in Utrecht (Jaarbeurs) de Osteoporosedagen onder de
titel 'onbekend, onbemind en onbehandeld'. Het programma vindt u op de
website www.osteoporosestichting.nl
In de komende jaren stijgt dit aantal wervel, pols en heupfracturen scherp.
En dit in een tijd waarin de zorgvraag toch al krachtig toeneemt door de
veroudering van de bevolking. Zo culmineert alleen al de zorglast in een
behoefte aan honderden chirurgen extra. Neem bijvoorbeeld de orthopedie.
Anno 2002 zijn er 415 orthopedisch chirurgen actief, terwijl in 2012 door de
sterk stijgende zorglast een capaciteit nodig is van zeker 1100 orthopedisch
chirurgen.
Gezien tegen deze achtergrond bieden, aldus Dr. van Roermund en Prof.
Vierhout, buitenlandse ziekenhuizen en zorgverleners, mede gezien de
schaarse capaciteit in de andere EU-lidstaten, voor Nederlandse patiënten
niet langer een uitweg. Tevens wordt Nederland geconfronteerd met een
chronisch tekort aan ziekenhuisbedden (met name in de weekenden), plaatsen
voor specialisten, ondersteunend personeel en het volledig ontbreken van
preventie-maatregelen.
Er zijn 3 soorten breuken (fracturen) die bij osteoporose frequent
voorkomen: jaarlijks worden 50.000 Nederlanders -ouder dan 55 jaar-
geconfronteerd met heupfracturen (meer dan 15.000), ernstige wervelfracturen
(16.000) en polsfracturen (12.000). Daarnaast kunnen ook andere typen
fracturen (33.000 op jaar basis) met osteoporose samenhangen. Van deze
osteoporotische botbreuken heeft alleen de gebroken heup een duidelijk en
direct effect op sterfte. In 1999 overleden 6,5 procent van de vrouwen en
11,1 procent van de mannen tijdens hun verblijf in het ziekenhuis na een
gebroken heup. Bij breuken van pols en wervel zijn er wel sterke
aanwijzingen dat er een indirecte relatie bestaat met sterfte.