Provincie Utrecht

Persbericht

Nieuwe beleidsregels Actief Bodembeheer Rijntakken

12-11-2002
Gedeputeerde staten hebben de nieuwe beleidsregels vastgesteld voor het omgaan met bodem uit de Rijntakken. Verontreinigde uiterwaardengrond kan worden toegepast binnen het rivierengebied als bodem of bouwstof of kan in putten in de uiterwaarden geborgen worden.

De wateroverlast in de jaren negentig heeft een impuls gegeven aan de aandacht voor waterbeheer in ons land. De grote rivieren zullen in de toekomst meer water moeten kunnen afvoeren om overstromingen, onder meer als gevolg van klimaatveranderingen, te voorkomen. Daarom is het nodig om de rivieren meer de ruimte te geven, door bijvoorbeeld de uiterwaarden te verlagen of nevengeulen te graven. Het is duidelijk dat bij de uitvoering van deze plannen veel grond op de schop gaat. Ook zullen er in het rivierengebied maatregelen worden uitgevoerd om natuurontwikkeling te bevorderen. Daarbij komen grote hoeveelheden uiterwaardengrond vrij, die in veel gevallen verontreinigd is.

Beleidsregels toegesneden op rivieren
Niet al die vervuilde grond kan worden gereinigd of verwerkt in speciale verwerkingsinrichtingen, zoals dat normaal gesproken wel gebeurt. De bestaande wetgeving is niet toegesneden op de situatie in het rivierbed. Het is daarom nodig nieuwe beleidsregels vast te stellen voor een verantwoord (her)gebruik van de vervuilde grond. De provincies Gelderland, Overijssel en Utrecht hebben samen met Rijkswaterstaat nieuwe spelregels vastgesteld voor het omgaan met de verontreinigde grond die vrijkomt in het rivierbed van de Rijn en de Rijntakken. Soortgelijke regels zijn ook opgesteld voor het actief bodembeheer in de Maas.

De nieuwe regels
De nieuwe spelregels maken duidelijk hoe mag worden omgegaan met verontreinigde uiterwaardengrond. Actief Bodembeheer maakt het mogelijk om op grote schaal grond te verzetten in de uiterwaarden om meer ruimte voor de rivier te maken. Dat kan op een manier die uit milieu-oogpunt verantwoord is, tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten. Schone grond krijgt een bestemming binnendijks, oude stortplaatsen in de uiterwaarden worden opgeruimd en grond die door de rivier vervuild is wordt als bodem of als bouwstof toegepast binnen de uiterwaarden of wordt geborgen in zandwinputten. Vervuilde uiterwaardengrond mag ook worden geborgen in grootschalige stortplaatsen buiten de provincie. Hierdoor ontstaat meer ruimte, niet alleen voor de rivier, maar ook voor nieuwe natuur en recreatie in de Rijntakken. Het ministerie van Landbouw, Natuur en Visserij had bezwaar gemaakt tegen de ontwerpregels. Die stonden alleen hergebruik in het rivierbed toe van grond die onder een bepaald niveau vervuild is. Hierdoor zouden grote hoeveelheden grond die vrijkomen bij natuurontwikkelingsprojecten in de uiterwaarden moeten worden geborgen in speciale putten of afgevoerd naar een baggerstort buiten het rivierengebied. Daardoor zouden natuurontwikkeling in het rivierengebied onbetaalbaar worden. Na overleg met het ministerie van VROM heeft de provincie nu besloten dat vervuilde grond die vrijkomt bij natuurontwikkeling onder voorwaarden ook mag worden hergebruikt in het rivierbed. Dat mag alleen als kan worden aangetoond dat andere oplossingen financieel niet haalbaar zijn, de plek waar het wordt hergebruikt niet schoner is en als de verontreiniging zich niet verder verspreidt in het riviergebied.

Milieueffectrapport
Omdat het hier om een wijziging gaat van het provinciale beleid is er voor de nieuwe regels een milieueffectrapport (MER) opgesteld. Het MER Actief Bodembeheer Rijntakken, de reactienota en het Toetsingsadvies van de landelijke commissie MER liggen vanaf 12 november ter inzage in de bibliotheek van het provinciehuis , Pythagoraslaan 101 inUtrecht. Vervolgens zullen provinciale staten in januari de beleidsregels definitief vaststellen.

Meer informatie: Karin Obdeijn, telefoon 030-258 21 92 of Karin.Obdeijn@provincie-utrecht.nl