Hoe hoort het eigenlijk? Gedragsregels voor artsen (2)
De arts en wetenschappelijk onderzoek
De arts en het bedrijfsleven
De betekenis van beide gedragsregels is met een kleine wijziging in de
tekst niet veranderd ten opzichte van de oude tekst. De bedoeling van
beide gedragsregels is duidelijker benoemd: de arts voorkomt iedere
belangenverstrengeling die de patiënt kan schaden.
Belangenverstrengeling kan optreden bij artsen, die wetenschappelijk
onderzoek uitvoeren en in relaties tussen artsen en het bedrijfsleven.
Hoe de arts zijn integriteit en onafhankelijkheid kan bewaren bij het
uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek wordt in gedragsregel IV in 4
artikelen uitgelegd * en bij relaties met het bedrijfsleven wordt in
gedragsregel VI verwezen naar de Gedragscode van de stichting Code
Geneesmiddelenreclame (CGR).
Over de integriteit van onderzoekers bij het uitvoeren van
wetenschappelijk onderzoek wordt veel gesproken en gedaan. Voor meer
achtergrond verwijs ik naar het recent verschenen artikel hierover in
het NTvG**.
In de KNMG gedragsregel De arts en het bedrijfsleven wordt verwezen
naar de Gedragscode van de stichting CGR. Alhoewel deze code
betrekking heeft op geneesmiddelen, acht de KNMG deze code van
toepassing op alle relaties tussen artsen en bedrijven, die producten
leveren die gerelateerd zijn aan de behandeling van patiënten.
Gedragscode Stichting Code Geneesmiddelenreclame
Het doel van de Stichting CGR is te bereiken dat de farmaceutische bedrijven en betrokken beroepsgroepen zodanig met elkaar omgaan dat de patiënt verzekerd kan zijn van een objectief advies, en zonodig, het juiste geneesmiddel. Dat vergt integriteit en onafhankelijkheid van betrokken partijen. Een hulpmiddel daarbij zijn onderlinge afspraken, vastgelegd in de Gedragscode van de stichting. De stichting heeft een Codecommissie ingesteld voor het uitvoeren van een klachtenregeling en uitbrengen van adviezen. Een van de peilers van zelfregulering is de mogelijkheid van het indienen van klachten door bedrijven of individuen over vermeende overtredingen van de Gedragscode en het openbaar maken van de uitspraken van de Codecommissie. Als onderdeel van de Gedragscode werkt de Stichting CGR bepaalde onderwerpen nader uit in de vorm van richtlijnen en nadere uitwerkingen. De federatie KNMG participeert in de Stichting CGR.
Hieronder volgt een samenvatting van enkele punten uit de Gedragscodevan de CGR***, die speciaal voor artsen van belang zijn.
Cadeaus
Bij een professionele relatie tussen arts en bedrijf passen in
principe geen cadeaus. Vanwege de sociale aspecten van het geven en
ontvangen van cadeaus worden cadeaus van geringe waarde toegestaan,
dat wil zeggen maximaal 50 euro per keer en 150 euro per jaar, per
arts per bedrijf en per therapeutische klasse.
Gastvrijheid
Voor dit onderdeel worden twee soorten bijeenkomsten onderscheiden:
A. Wetenschappelijke bijeenkomsten.
1 Dit zijn bijeenkomsten, waarvan de inhoud als wetenschappelijk wordt
aangeduid door een van bedrijven onafhankelijke en door de
beroepsgroep erkende instantie, bijvoorbeeld een wetenschappelijke
vereniging. De organisator bepaalt onafhankelijk van betrokken
bedrijf(ven) de inhoud van het programma, de keuze van sprekers, het
uitnodigingen beleid en de keuze locatie en tijdsduur. Indien een
spreker banden heeft met het bedrijf wordt zijn/haar objectiviteit
vooraf getoetst door de hierboven bedoelde instantie.
2. Indien de organisatie in handen is, of plaats vindt in opdracht,
van een bedrijf dan kan de bijeenkomst alleen als wetenschappelijk
worden geduid door de Stichting CGR.
B. Overige bijeenkomsten (die niet vallen onder A).
Regels ten aanzien van Gastvrijheid:
- Banden tussen sprekers en bedrijven dienen vooraf bekend te worden
gemaakt aan de deelnemers.
- Artsenbezoekers en andere vertegenwoordigers van gastvrijheid
biedende bedrijf moeten als zodanig herkenbaar zijn, bijvoorbeeld door
het dragen van een badge.
- Bij wetenschappelijke bijeenkomsten gelden de volgende regels voor
gastvrijheid:
a. de voor rekening van het bedrijf komende kosten per arts en per
therapeutische klasse mogen niet meer bedragen dan 500 euro per keer
en 1500 euro per jaar (bij het bedrag per jaar tellen ook de bedragen
mee die de arts voor dezelfde therapeutische klasse van andere
bedrijven heeft ontvangen), ófwel
b. de arts dient 50% van alle kosten (reis, verblijf en deelname) zelf
te betalen (deze optie geldt uitsluitend voor categorie A.1)
- Bij de overige bijeenkomsten mogen de kosten die voor rekening van
het bedrijf komen niet meer bedragen dan 50 euro per keer, en 150 euro
per jaar, per arts en per therapeutische klasse.
Openheid
Artsen moeten openheid geven over bestaande (financiële) banden met
bedrijven.
Onderscheid reclame en informatie; internet
Bedrijven balanceren regelmatig op de grens tussen het maken van
reclame en geven van informatie. Reclame voor receptgeneesmiddelen aan
het publiek is verboden, het geven van informatie niet. Reclame
kenmerkt zich door het aanprijzende karakter. De grens tussen
informatie en reclame is niet eenvoudig vast te stellen. De CGR heeft
onlangs een Richtlijn opgesteld met aanknopingspunten om het verschil
te verhelderen en met eisen die aan informatie moeten worden gesteld.
Zo dient informatie objectief, volledig en niet misleidend te zijn.
Ook heeft de CGR een Richtlijn opgesteld over informatie en reclame op
internet.
· Op dit moment wordt door de CGR een richtlijn voorbereid over de
kwaliteit en de vergoeding van post-registratie onderzoek en de
integriteit van de betrokken partijen in dat verband. Deze richtlijn
moet een eind maken aan het fenomeen van seeding trials.
De Gedragscode van de CGR en de daarbinnen ontwikkelende Richtlijnen
zijn dynamisch van aard. Deze worden in de tijd aangepast op grond van
opgebouwde kennis, jurisprudentie (o.a. van de Codecommissie) en
maatschappelijke ontwikkelingen.
* Tekst KNMG gedragsregels
** Klasen EC, Overbeke AJPM, Melden van wetenschappelijk wangedrag in
gezondheidsonderzoek, Ned Tijdschr Geneeskd 2002;146:1622-4
**zie voor de volledige tekst van de Gedragscode CGR, de Uitwerkingen
en Richtlijnen: www.cgr.nl.
Op 12 november wordt door de KNMG een symposium georganiseerd over de
gedragsregel arts en bedrijfsleven en de financiële aspecten van
nascholing.