Ministerie van Economische Zaken
Berichtnaam: Beantwoording vragen van heer Kortenhorst (CDA)
Nummer: 166

Datum: 15-11-2002

Vragen van het lid Kortenhorst (CDA) aan de minister van Economische Zaken over de regeling van werkzaamheden van 13 november jl.

Uw vragen betreffen het artikel in het Financiële Dagblad van 13 november 2002 waarin is vermeld dat de Staat een veto heeft uitgesproken in de richting van TenneT om het netwerk van Remu over te nemen. In de eerste plaats hecht ik er aan u melden dat de minister van Economische Zaken in zijn hoedanigheid als aandeelhouder van TenneT het verzoek van de onderneming heeft beoordeeld. Het antwoord op de door u gestelde vragen, zend ik u mede namens de minister van Economische Zaken.

Vraag 1.
Is het juist dat deze deal van overheidswege is afgewezen?

Vraag 2.
Kan de staatssecretaris de precieze argumenten en overwegingen aangeven waarom zo zou zijn besloten?

Vraag 3. In welke zin liggen er relaties naar het toekomstig beleid rondom privatisering en eigendomsverschuivingen van energiebedrijven?

Vraag 4. Welke gevolgen heeft dit voor toekomstig beleid terzake van privatisering en eigendomsverschuivingen van energiebedrijven?

De minister van Economische Zaken, H. Hoogervorst, heeft de vragen als volgt beantwoord.

Antwoord 1en 2

TenneT B.V. heeft de Staat, als enig aandeelhouder, op 5 november 2002 om instemming verzocht voor het uitbrengen van een bod op de aandelen Remu N.V. op grond van artikel 23 lid 5 sub e juncto lid 6 alsmede op grond van sub a van lid 6 van genoemd artikel van de statuten van TenneT. Minister Hoogervorst heeft vervolgens op 12 november 2002 de onderneming laten weten dat het hij een dergelijk bod slechts op bedrijfseconomische gronden zou willen beoordelen.

Uit onderzoek van een door de Staat ingeschakelde extern financieel adviseur is gebleken dat een potentiële aankoop door TenneT B.V.van het Remu netwerkbedrijf met zich meebrengt dat TenneT binnen haar groep geconfronteerd zal worden met cross border lease overeenkomsten, die dusdanige bepalingen bevatten dat een toekomstige gehele of gedeeltelijke verkoop van TenneT B.V. hierdoor ernstig belemmerd zal kunnen worden. De belemmering wordt met name veroorzaakt door vereisten aan Remu inzake de credit rating van Remu N.V.

Dit heeft er toe geleid dat in goed overleg tussen TenneT B.V. en de aandeelhouder Staat is vastgesteld dat de binnen REMU bestaande cross border leases redenen zijn om geen bindend bod uit te brengen. Specifiek deze leases zouden namelijk op dit moment mogelijke toekomstige ontwikkelingen van TenneT B.V. kunnen belemmeren.

Antwoord 3 en 4

In zijn algemeenheid geldt dat op grond van de Elektriciteitswet 1998 (artikel 93) en de Gaswet (artikel 85) specifieke bepalingen zijn opgenomen met betrekking tot de bevoegdheden van de minister van Economische Zaken om instemming te verlenen met de wijziging van de eigendom of de aandelen van een netbeheerder of vergunninghouder. Deze bevoegdheid heeft dus alleen betrekking op de regionale energiebedrijven. Via de vijfde nota van wijzing (Kamerstukken II 2001/2002, 28 174, nr. 13) bij de Wijziging van de Overgangswet Elektriciteitsproductiesector (OEPS) (Kamerstukken II 2001/2002, 28 174, A)) heeft de minister van Economische zaken voorgesteld de privatisering van regionale netwerkbedrijven te bevriezen tot 1 januari 2004. Over dit voorstel hoop ik op korte termijn met u van gedachten te wisselen.

De discussie over de privatisering van regionale netwerkbedrijven staat nadrukkelijk los van een eventuele vervreemding van de aandelen in de beheerder van het landelijk hoogspanningsnet, TenneT B.V. Zoals u bekend, heeft de Staat de aandelen in TenneT B.V. in het najaar van 2001 gekocht mede op verzoek van het parlement. In discussies met de Tweede Kamer over de aankoop van TenneT B.V. is aangegeven dat het een tijdelijke deelneming betrof en dat de Staat op afzienbare termijn voornemens is deze deelneming te verkopen aan een private partij. Voorwaarde hierbij is nog wel dat het parlement in de gelegenheid zal worden gesteld aan een potentiële verkoop voorwaarden te verbinden.