Informatie voor de pers. Vrije Universiteit Amsterdam.
19/11/2002
---
embargo tot woensdag 20 november, 16.30 uur
---
020 4449334
Onderzoek naar ontmoetingscentra voor dementerenden en mantelzorgers wint prijs
Rose-Marie Dröes, verbonden aan de afdeling Psychiatrie en het Alzheimercentrum van het (1)VU medisch centrum in Amsterdam krijgt de Van Beresteyn Gerontologieprijs 2002. Zij leidt een onderzoek naar de effecten van ontmoetingscentra voor dementerenden en hun naasten. Dröes ontvangt de prijs woensdag 20 november uit handen van juryvoorzitter en Eerste Kamerlid Hannie van Leeuwen.
De prijs van de Stichting Codde en Van Beresteyn is bedoeld voor
wetenschappelijk onderzoek dat een belangrijke bijdrage levert aan het
zelfstandig functioneren van ouderen. De prijsuitreiking vond plaats
op de studiedag van het Centrum voor Verouderingsonderzoek (CVO) aan
de Vrije Universiteit en het VUmc in Amsterdam, over de voorwaarden
waaraan voldaan moet worden om zelfstandig wonen zo lang mogelijk te
kunnen garanderen.
De jury van de Van Beresteyn Gerontologieprijs vindt dat de afdeling
Psychiatrie van het VUmc zich heeft onderscheiden door een
ondersteuningsprogramma voor dementerenden én hun mantelzorgers te
ontwikkelen en aan te bieden in de vorm van ontmoetingscentra. Die
zijn als experiment gestart om dementerenden en verzorgers informatie
en ondersteuning te bieden binnen een netwerk van samenwerkende zorg-
en welzijnsinstellingen in de regio zoals de Thuiszorg, de Stichting
Welzijn, de GGZ, de geheugenpolikliniek en verzorgings- en
verpleeghuizen, samenwerken.
Het project is een inspirerend voorbeeld van samenwerking tussen
instellingen die de doelgroep elk vanuit hun eigen professie
ondersteuning en/of begeleiding bieden en versnippering of hiaten in
het aanbod voorkomen. Het ontwikkelde programma is wetenschappelijk
geëvalueerd en effectief bevonden in een gecontroleerd
wetenschappelijk onderzoek. De jury spreekt van een "een gedegen en
doorwrocht onderzoek met heldere informatie over de theoretische
uitgangspunten en methodiek. Nieuwe ontmoetingscentra kunnen ook hun
voordeel doen met de uitgebreide beschrijving van de kinderziektes die
zich voordoen."
De jury noemt de effecten van de opgezette ontmoetingscentra
indrukwekkend. Na zeven maanden was slechts 8 procent van degenen die
deelnamen aan de Amsterdamse Ontmoetingscentra opgenomen in het
verpleeghuis, terwijl dit percentage bij vergelijkbare bezoekers van
de reguliere dagbehandeling opliep tot 29 procent. Onder de
dementerenden bleken zich minder gedragsproblemen voor te doen en
onder mantelzorgers bleek de ondersteuning een positief effect te
hebben op de draagkracht: ze voelden zich beter in staat de zorg op
zich te nemen en bleken minder belasting te ervaren. Bovendien zijn de
kosten van deze gecombineerde ondersteuning lager dan die van de
reguliere dagbehandeling.
Vrije Universiteit Amsterdam