Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

MINISTERIE VWS
http://minvws.nl

VWS: Speech De Geus aanbieding VTV-rapport

Speech van minister De Geus bij het in ontvangst nemen van het rapport Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2002 van het RIVM, 21 november 2002, Muzenzaal van het Ministerie van VWS te Den Haag.


---

Dank u wel voor het VTV-rapport. Ik ga het niet lezen, althans nu niet. Een aantal dingen had ik natuurlijk al in de aanloop gezien en ook heb ik geconstateerd dat er al volop aandacht in de media is. Ik zag het vanochtend in de verschillende kranten.

Het is heel goed dat we nu eens niet praten over de zorg en zorgverlening, maar over gezondheid. Uiteindelijk doet de gezondheidszorg niet meer dan repareren wat er op een gegeven moment een keer fout gaat. Maar wat je kunt voorkomen, dat is zowel in de sociale zekerheid als in de zorg natuurlijk vele malen belangrijker. Dat biedt structurele oplossingen.

Een korte reactie bij het VTV-rapport.
U liet net een dia zien over de levensverwachting. Voor vrouwen 80,6 jaar en voor mannen 75,5 jaar. Nou is een hardnekkig misverstand dat als je 80 jaar bent, je dan waarschijnlijk binnen 0,6 jaar doodgaat. Statistisch gezien heb je als je 80 jaar bent weer mens kans om 86 jaar te worden, ben je eenmaal 86 dan is de kans dat je ergens in de 90 wordt groot. De moraal van dit verhaal is eigenlijk: zolang je blijft leven, ga je niet dood.
De levensverwachting ziet er dus iets positiever uit dan de statistieken.

Het verschil tussen mannen en vrouwen bezie ik ook genuanceerd. Het is zo dat vrouwen een langere periode ongezond leven, dat is eigenlijk heel jammer. Ze hebben soms ook meer te verstouwen, maar kennelijk kunnen ze ook meer aan. Want mannen overleven die ongezonde periode kennelijk minder. Waar of niet?

Terug naar de belangrijkste boodschap van het verhaal. Wij leven in Nederland in toenemende mate ongezond. Er zit met name een ernstig probleem bij jongeren in ongezond leefgedrag. Roken en alcoholgebruik noemt u. Dit kabinet en ook de voorgangers van dit kabinet zijn heel fors aan de slag gegaan om met name het rookgedrag te ontmoedigen. Dat doen we echt met alle mogelijke middelen. Maar het is ook van belang dat we in Europa tot nadere afspraken komen. Want als wij het doen en Duitsland en België doen het niet, dan schiet het niet op. Roken is een cultuurfenomeen en we leven in een internationale wereld. Volgende maand is er in Europa een Gezondheidsraad waar maatregelen worden besproken om tabaksreclame e.d. te beperken. Daar gaan we ons ook voor inzetten.

Als we het over jongeren hebben, dan vind ik het wat te gemakkelijk zijn om te zeggen: nou, we moeten iedereen die jong is maar eens vertellen wat gezond leven is. Er gaat nergens zoveel effect vanuit als van het voorbeeldgedrag van mensen die met jongeren omgaan, de volwassenen in de samenleving, die die risico's kunnen overzien. Ik wil echt een appèl doen op iedereen die te maken heeft met jongeren, en wie is dat niet, om in het voorbeeldgedrag te laten zien hoe belangrijk het is om gezond te leven. En sterker nog: hoe goed het mogelijk is om gelukkig te leven zonder voor ongezondheid te kiezen.

Ik herinner mij van vroeger een liedje van Robert Long over alle kwalen die je kon krijgen van van alles en nog wat en dat eindigde dan met: 'en van leven ga je dood'. We zijn blijkbaar allemaal op zoek naar de spanning en sensatie in het leven. Pluk de dag. Liever kort en heftig dan lang en saai. Maar dat is een hardnekkig misverstand. Het is heel goed mogelijk om lang én gelukkig te leven. Het moet dan wel mogelijk zijn om bewuste keuzes te maken. Zodat je op een gegeven moment niet vervalt in gewoontevorming en verslaving.

En daar nu gaat ons beleid over. Dat wij het mogelijk maken dat mensen bewuste keuzes maken. Maar daar kunnen we als overheid niet zo ontzettend veel aan doen. We kunnen als overheid wel zoveel mogelijk informatie geven. Want die informatieachterstand heeft te maken met kennisniveau en ook met opleiding; dat verklaart volgens mij een groot deel van de sociaal-economische gezondheidsverschillen. Misschien heeft het ook wel te maken met werkomstandigheden. Dat hebt u in het VTV-rapport niet genoemd, maar het kan zijn dat mensen met lagere opleidingen over het algemeen ongunstigere werk- of woonomstandigheden hebben. In andere landen is dat in ieder geval wel zo.

Ik zou graag zien dat in het volgende VTV-rapport de gezondheidsverschillen tussen mensen met een lagere en een hogere opleiding zijn verkleind. Dat mensen met een lage opleiding ook bewuste keuzes maken.

Uit het VTV-rapport komt ook de aanbeveling naar voren -die ik van harte overneem- om als rijksoverheid niet alleen in aan de slag te gaan maar bijvoorbeeld in samenhang met gemeenten. Maar niet alleen gemeenten dragen verantwoordelijkheid voor preventie. Dat geldt bijvoorbeeld ook voor werkgevers. Hoe vaak gebeurt het niet dat roken en onverantwoord alcoholgebruik ook in de werksfeer plaatsvinden? Ook daar speelt de voorbeeldfunctie. Waarom moet de afsluiting van een succesvolle werkdag altijd gepaard gaan met een borrel?

Bij preventie is het belangrijk een gezamenlijke aanpak te ontwikkelen. Met gemeenten, met werkgevers maar bijvoorbeeld ook met zorgverzekeraars. Die hebben daar ook een rechtstreeks belang bij.

Ik heb met aandacht kennis genomen van VTV. We waren in Nederland op de goede weg en hadden een voorsprong in Europa. Het lijkt dat er toch een soort voorkeur voor ongezond leven gaat ontstaan, met name in de nieuwe generatie. Ik vind het van groot belang dat die trend gebroken wordt.

21 nov 02 17:08