Gemeente Dalfsen

26/11/2002

Spelregels voor bouwen en verbouwen volgens de Woningwet per 1 januari 2003

De één wil een carport, de ander bouwt een serre aan zijn huis, plaatst een dakkapel of zet een nieuwe schutting in de tuin. Iedereen heeft zo zijn wensen, maar mag dat allemaal zo maar? De ruimte in Nederland is schaars, daar moeten we zorgvuldig mee omgaan. De overheid heeft daarom in de Woningwet vastgelegd wanneer u wel of geen bouwvergunning nodig heeft en aan welke regels u zich daarbij moet houden.
Vanaf 1 januari 2003 zijn deze spelregels vernieuwd. In deze tekst worden de nieuwe regels voor bouwen en verbouwen op hoofdlijnen uitgelegd. Voor meer informatie kunt u altijd contact opnemen met uw gemeente. En vergeet ook uw buren niet te informeren voordat u begint!

Bouwvergunning, ja of nee?
Als u gaat verbouwen moet u daar meestal een bouwvergunning voor hebben. Voor een aantal bouwwerken is geen bouwvergunning nodig, mits u aan bepaalde voorwaarden voldoet. Alle andere (ver)bouwplannen moeten worden voorgelegd aan de gemeente. Wij toetsen dan vooraf op een aantal door de wet voorgeschreven punten. Sommige (kleinere) bouwwerken doorlopen een 'lichte' bouwvergunningprocedure en ondergaan daarbij een minder uitgebreide toets dan bouwwerken die aan een 'reguliere' bouwvergunningprocedure worden onderworpen.

De regels verschillen per bouwwerk en per situatie. Ze schrijven bepaalde voorwaarden voor waaraan moet worden voldaan om bouwvergunningsvrij te mogen bouwen. Als uw bouwwerk aan één van deze voorwaarden niet voldoet, dan geldt de vergunningsvrijheid niet meer. Het is daarom niet mogelijk u een kort lijstje van bouwwerken te presenteren die ofwel bouwvergunningsvrij ofwel licht-vergunningplichtig zijn.

Wat is bouwvergunningsvrij bouwen?
Als uw bouwplan voldoet aan alle voorwaarden voor bouwvergunningsvrij bouwen, dan mag u zonder bouwvergunning bouwen (deze voorwaarden staan in een landelijk besluit op grond van de Woningwet). De regels in het bestemmingsplan, de gemeentelijke bouwverordening en in principe ook de gemeentelijke welstandseisen zijn in dat geval niet van toepassing. De regels met betrekking tot onder meer veiligheid en gezondheid uit het Bouwbesluit en het burenrecht zoals vastgelegd in het Burgerlijk Wetboek, gelden echter wel. Als u gaat (ver)bouwen moet u er zelf voor zorgen dat u aan deze regels voldoet.

Woningwet voor alle bouwwerken
De Woningwet geldt voor alle bouwwerken: woningen, kantoren, winkels, maar ook pergola's, zonweringen, rolluiken, (schotel)antennes en schuttingen. In deze brochure gaat het met name om woningen en daaraan gerelateerde bouwwerken.

De Woningwet kent drie categorieën bouwwerken:

Bouwvergunningsvrije bouwwerken
Meestal zijn kleine bouwwerken, zoals een afscheiding tussen balkons of dakterrassen, zonweringen of rolluiken, maar ook dakkapellen en bijgebouwen aan de achterkant van een woning, bouwvergunningsvrij. U kunt deze bouwactiviteiten uitvoeren zonder dat u daarvoor eerst toestemming van de gemeente nodig heeft.

Licht-vergunningplichtige bouwwerken
Kleinere bouwwerken, zoals een dakkapel of bijgebouw aan de voorkant van een woning, zijn meestal licht-vergunningplichtig. De gemeente toetst deze bouwwerken aan het bestemmingsplan, de welstandseisen, de monumentenvergunningvereiste, de stedenbouwkundige voorschriften uit de gemeentelijke bouwverordening.en eisen met betrekking tot constructieve veiligheid uit het Bouwbesluit.

Regulier-vergunningplichtige bouwwerken
Alle overige bouwwerken, zoals bijvoorbeeld een dakopbouw, zijn regulier bouwvergunningplichtig. Ook hier wordt aan het bestemmingsplan, de welstandseisen, monumentenvergunningvereiste en de stedenbouwkundige voorschriften uit de gemeentelijke bouwverordening getoetst. Voorts beoordeelt de gemeente het plan vooraf op alle technische eisen uit het Bouwbesluit.

Bouwvergunningsvrij of licht-vergunningplichtig?

Lijst
Welke bouwwerken bouwvergunningsvrij zijn of slechts een lichte bouwvergunningsprocedure doorlopen staat in het 'Besluit bouwvergunningsvrije en licht-bouwvergunningplichtige bouwwerken'. Dat is een officieel, wettelijk document dat bij de Woningwet hoort. Niemand mag van die lijst afwijken; de gemeente mag er dus ook geen bouwwerken aan toevoegen of afhalen of extra regels stellen. Vanaf 1 januari 2003 is er overigens geen meldingplicht meer. Deze gold voor een aantal kleinere bouwwerken. Een deel van deze bouwwerken is bouwvergunningsvrij geworden en een deel is
licht-vergunningplichtig geworden.

De situatie is bepalend
Welk bouwvergunningsregime geldt, hangt af van een aantal voorwaarden. Deze voorwaarden hebben onder meer te maken met de afmetingen en plaats van het bouwwerk en de aard van het gebouw waarbij gebouwd wordt. Voor een aantal veelvoorkomende bouwwerken heeft het ministerie van VROM aparte folders gemaakt (zie achterin deze folder bij meer informatie).
Als u twijfelt of u bouwvergunningsvrij mag bouwen is het raadzaam even bij uw gemeente te informeren. Zo voorkomt u dat u bouwt in strijd met de regels.

Voor- en achterkant-benadering
Belangrijk is waar u gaat (ver)bouwen. In de regel geldt dat bouwen aan de voorkant en bij hoekwoningen ook aan de zijkant van een woning, meer invloed heeft op de kwaliteit van de leefomgeving dan bouwen aan de achterkant. Op die plaatsen mag er dus niet zo snel bouwvergunningsvrij worden gebouwd.
Dit wordt de voor- en achterkant-benadering genoemd. Die is van toepassing op:

· aan- of uitbouwen aan de woning zoals een serre, bijkeuken, garage of berging;

· (vrijstaande) bijgebouwen zoals een schuur of garage, en overkappingen zoals een carport;

· kozijn- en gevelwijzigingen;

· dakkapellen;

· erf- en perceelafscheidingen hoger dan 1 meter zoals een schutting.
Figuur 1 legt in grote lijnen uit wat de voor- en achterkant-benadering betekent voor de bovengenoemde bouwwerken.

Figuur 1 Voor- en achterkant-benadering

Voorgevel bepalend
Als we weten wat de voorgevel is, dan is het geen probleem om de zijgevel en achtergevel aan te wijzen. Het kan overigens altijd maar om één voorgevel gaan, dus ook bij hoekwoningen. Bij de meeste gebouwen is het duidelijk wat de voorgevel is. Is dat niet het geval dan geldt in eerste instantie de officiële voorgevelrooilijn uit het bestemmingsplan of de bouwverordening. Mocht dit nog geen eenduidig antwoord opleveren, dan wordt er per locatie beslist, mede op grond van jurisprudentie zoals over de plek van het huisnummer, de hoofdingang, de brievenbus en de hoofdontsluiting.

Figuur 2 maakt duidelijk wat het voor-, zij- en achtererf is. Daarnaast laat figuur 2 zien, dat bijvoorbeeld de zijstroken op het erf aan de voorkant zowel zijerf als voorerf zijn. In deze overlapgebieden gelden de voorwaarden voor zowel het voorerf als het zijerf. In die gevallen geldt de zwaarste eis.

Figuur 2 Uitleg voor-, zij- en achterkant van een woning

Normaal onderhoud aan uw woning bouwvergunningsvrij Vervangt u een aantal dakpannen, uw goot of kozijn, of schildert u 'de buitenboel', dan valt dit onder het normaal onderhoudswerk. Dit kan bouwvergunningsvrij worden uitgevoerd, mits u dezelfde afmetingen en indeling aanhoudt.

Aanschrijving door de gemeente
Als u een verbouwing uitvoert naar aanleiding van een aanschrijving van de gemeente hoeft u daar geen bouwvergunning voor aan te vragen. Dit is een bevel tot onderhoud of verbetering, bijvoorbeeld omdat er een gevaarlijke situatie is ontstaan. Hierbij geeft de gemeente toch al precies aan op welke punten er op welke manier iets moet veranderen.

Woningen en woongebouwen
Aan- en uitbouwen, bijgebouwen, overkappingen en ook kozijn- en gevelwijzigingen mogen alleen in de woningbouw bouwvergunningsvrij of licht-vergunningplichtig worden gebouwd. In andersoortige gebouwen is altijd een reguliere bouwvergunning verplicht. Dit heeft te maken met de risico's voor de brandveiligheid, die door hun gebruik in dit soort gebouwen groter zijn (denk bijvoorbeeld aan een fabriek of een café).

Monumenten nooit bouwvergunningsvrij
Bouwen of verbouwen in, op, aan of bij een (Rijks-, provinciaal of gemeentelijk) monument mag nooit bouwvergunningsvrij. Dat geldt ook voor gebouwen die liggen in een door het Rijk aangewezen beschermd stads- of dorpsgezicht. Ook als de verbouwing door de gemeente is opgelegd (aanschrijving) of bij het plegen van normaal onderhoud moet u in deze gevallen een bouwvergunning aanvragen.

Recreatiewoningen, woonwagens en tijdelijke bouwwerken Bij recreatiewoningen, woonwagens of tijdelijke bouwwerken zoals een woonkeet, mag u geen aan- of uitbouw plaatsen zonder bouwvergunning. Denk aan een serre, berging, garage of bijkeuken. Dat geldt ook voor dakkapellen, bijgebouwen (zoals een aparte schuur, tuinhuisje e.d.) en overkappingen (carport, houtopslag e.d.). Het gaat immers niet voor niets om recreatief en tijdelijk gebruik of een verplaatsbaar bouwwerk. (Ver)bouwen zonder bouwvergunning zou ongemerkt langdurig en permanent gebruik en dus illegale bewoning in de hand kunnen werken. Vandaar dat in dit soort gevallen een (lichte) bouwvergunningplicht geldt.

Al begonnen voor 1 januari 2003?
Was u voor 1 januari 2003 al met (ver)bouwen begonnen? Dan kunt u gewoon de regels van vóór die datum aanhouden. Stel dat u reeds gestart was met de bouw van een - toen nog - bouwvergunningsvrije carport, dan mag u die bouwvergunningsvrij afbouwen, ook al is deze volgens de nieuwe regels in uw geval bouwvergunningplichtig.

Als de gemeente uw bouwvergunningplichtig of meldingplichtig bouwwerk in behandeling heeft genomen vóór 1 januari 2003 en dit bouwwerk volgens de gewijzigde Woningwet bouwvergunningsvrij is geworden, dan zal de gemeente de behandeling van uw aanvraag staken en kunt u zonder toestemming gaan bouwen, mits u zich daarbij aan de voorwaarden voor bouwvergunningsvrij bouwen houdt.

Via deze link kunt u eenvoudig vaststellen of, en zo ja welke, bouwvergunning u nodig heeft voor hetgeen u wilt gaan uitvoeren.

Regels bij bouwvergunningsvrij bouwen

Bij het bouwvergunningsvrij (ver)bouwen in, op, aan of bij uw woning geldt een aantal regels:

Erf en dak niet volbouwen
Uw zij- of achtererf mag niet voor meer dan de helft bebouwd zijn. Als dit wel het geval is, zult u een bouwvergunning moeten aanvragen. Deze regel voorkomt dat binnenterreinen worden volgebouwd en geldt voor:
· aan- en uitbouwen zoals een serre, berging, garage, bijkeuken,
· vrijstaande bijgebouwen zoals een schuur, garage, kweekkas, tuinhuisje,

· overkappingen zoals een carport.

Bij het plaatsen van een dakkapel of dakraam moet een afstand 0,5 meter tot de dakranden worden vrijgehouden.

Bouwbesluit: hoe te bouwen
Als u gaat bouwen moet u altijd aan het Bouwbesluit (wettelijk vastgelegde technische minimumeisen) voldoen, ook als vooraf geen bouwvergunning nodig is. Als u hier niet aan voldoet kunnen burgemeester en wethouders u dwingen het bouwwerk zodanig aan te passen dat het geen gevaar meer oplevert of het zelfs af te breken. Uw bouwadviseur kan u meer vertellen over het Bouwbesluit

Bestemmingsplan aanhouden
In de voorwaarden voor bouwvergunningsvrij bouwen worden voor een aantal bouwwerken ook voorwaarden genoemd die een relatie hebben met het gebruik van dat bouwwerk. Wordt het bouwwerk ergens anders voor gebruikt, dan moet een bouwvergunning worden aangevraagd. Aan- en uitbouwen aan de woning mogen bijvoorbeeld alleen vergunningsvrij worden gebouwd als deze bestemd zijn 'ter vergroting van het woongenot'. Als u in deze aanbouw een winkeltje wilt beginnen moet u een bouwvergunning aanvragen. Bij de bouwvergunningsprocedure wordt ook getoetst aan het bestemmingsplan.

Redelijke eisen van welstand
Een bouwvergunningsvrij bouwwerk wordt vooraf niet aan welstandseisen getoetst. Toch zijn er grenzen aan wat u mag bouwen. Als u een bouwwerk maakt dat 'in ernstige mate in strijd is met redelijke eisen van welstand', dan kan de gemeente ingrijpen. Daarvoor is een zogenoemde excessenregeling ingesteld. Op grond van die regeling kunt u gedwongen worden uw 'al te lelijke bouwwerk dat ernstig uit de toon valt' aan te passen. Het kan zijn dat uw buren de gemeente op zo'n exces wijzen en gevraagd hebben die regeling toe te passen. Maar ook het gemeentelijk bouwtoezicht zélf kan ingrijpen tijdens de gebruikelijke controle van uw bouwwerk. Het is daarom verstandig de gemeente vooraf naar de welstandseisen te vragen.

Buren
Behalve de diverse wettelijke documenten die ervoor zorgen dat er verantwoord wordt gebouwd en verbouwd, bestaat ook het burenrecht. Dit is opgenomen in het Burgerlijk Wetboek en regelt de gewenste omgangsvormen. Meer hierover leest u verderop in deze tekst.

Procedures

Bouwaanvraag indienen
Als u een (licht-)vergunningplichtig bouwwerk wilt gaan bouwen dan moet u een aanvraag voor een bouwvergunning indienen bij de burgemeester en wethouders van uw gemeente. Daarvoor bestaat een landelijk standaard formulier, dat u bij uw gemeente kunt afhalen of van internet kunt downloaden

Indieningsvereisten
Hoe u de aanvraag vervolgens indient is ook weer aan landelijke regels gebonden, volgens de zogeheten indieningsvereisten. Daarbij is wettelijk vastgelegd welke stukken (zoals een bouwtekening) en gegevens u precies moet aanleveren. De gemeente mag u niet om méér of om andere dingen vragen. In de bijlage bij het aanvraagformulier voor een bouwvergunning staat welke gegevens u voor welke bouwvergunningsprocedure moet aanleveren.

Wanneer uw aanvraag voor een bouwvergunning door burgemeester en wethouders is ontvangen zal eerst worden beoordeeld of deze volledig is. Als niet alle vereiste tekeningen en gegevens aanwezig zijn, kunnen burgemeester en wethouders u binnen vier weken na ontvangst van de aanvraag in de gelegenheid stellen om alsnog de ontbrekende gegevens te overleggen. Burgemeester en wethouders mogen u hiervoor maximaal een periode van vier weken gunnen. Indien u geen gehoor geeft aan het verzoek tot aanvulling van de gegevens kunnen burgemeester en wethouders beslissen om uw aanvraag niet in behandeling te nemen.

Als de gemeente daar toestemming voor heeft gegeven, mag u de bij een aanvraag voor een bouwvergunning behorende gegevens ook digitaal inleveren.

Behandeling van de bouwaanvraag
Als uw plan geheel volgens de regels is ingediend, gaan de wettelijk vastgestelde behandelingstermijnen in. Deze zijn met de wijziging van de Woningwet korter geworden:

Lichte procedure: de gemeente moet u binnen zes weken laten weten of u toestemming heeft om te bouwen of niet.

Reguliere procedure: de gemeente moet u binnen twaalf weken uitsluitsel geven of u mag bouwen of niet. Deze termijn kan eenmaal verlengd worden met nog eens zes weken. Dit wordt u tijdig gemeld.

Gefaseerde reguliere procedure: De reguliere bouwvergunning kan ook in twee fasen worden aangevraagd.

o In fase 1 wordt bekeken of er ruimtelijke en welstandstechnische bezwaren zijn.
o Als dat niet het geval is, dient u in fase 2 de bouwtechnische uitwerking van uw bouwplan in.

Op die manier maakt u geen onnodige kosten als blijkt dat het bouwplan ruimtelijk niet past. Bij een gefaseerde bouwvergunning heeft de gemeente in iedere fase een beslistermijn van zes weken. Beide fasen mogen eenmalig met zes weken worden verlengd.

Toch langere behandelingstermijn
De maximale termijn van zes (lichte procedure), achttien (reguliere procedure) of vierentwintig (gefaseerde reguliere procedure) weken kán langer gaan duren, maar dan heeft het bijvoorbeeld te maken met het tevens verkrijgen van een vergunning op grond van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, de Wet milieubeheer of de Monumentenwet. Uw voorgestelde plan kan bijvoorbeeld niet passen binnen de regels van het bestemmingsplan. Wilt u toch bouwen, dan volgt een verzoek om vrijstelling van het bestemmingsplan. Deze procedure neemt meer tijd in beslag omdat het plan ter inzage wordt gelegd. De gemeente kan u daarover meer vertellen.

Fictieve vergunning
Als een gemeente binnen de officiële behandelingstermijnen niets van zich heeft laten horen
of te laat is, mag u de aangevraagde bouwvergunning in principe als verleend beschouwen en is er sprake van een 'fictieve toestemming'. U mag dan gaan bouwen ondanks het feit dat de gemeente geen beslissing heeft genomen op uw aanvraag om bouwvergunning. Van zo'n 'fictieve vergunning' kan echter nooit sprake zijn als uw bouwplan in strijd is met het bestemmingsplan en er dus langer dan de zes, achttien respectievelijk vierentwintig weken gewacht moet worden op een bouwvergunning. Het is dus niet verstandig er zonder meer van uit te gaan dat de bouwvergunning inderdaad verleend zal worden.

Leges
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een bouwvergunning mag de gemeente leges heffen. De gemeente stelt het bedrag veelal vast als een percentage van de bouwkosten. De kosten kunnen dus per gemeente verschillen. Als u weet wat de bouw ongeveer zal gaan kosten, dan kunt u contact opnemen met de Centrale Balie van het gemeentehuis. Zij kunnen u dan vertellen wat u ongeveer aan leges kunt verwachten.

Andere vergunningen
Naast een bouwvergunning kunt u bij het (ver)bouwen van uw woning ook te maken krijgen met andere vergunningen. Zo heeft u wellicht geen bouwvergunning nodig, maar bijvoorbeeld wél een milieuvergunning, een uitritvergunning, een kapvergunning of een sloopvergunning. Het is daarom verstandig bij ieder bouwplan contact op te nemen met de gemeente.

Sloopwerkzaamheden
Aan de (ver)bouw kunnen sloopwerkzaamheden voorafgaan. Indien u voorziet dat de hoeveelheid sloopafval meer dan 10 m3 is of asbest bevat, moet u gelijktijdig met de aanvraag voor een bouwvergunning een sloopvergunning aanvragen. Een aanvraagformulier voor een sloopvergunning is bij de Centrale Balie van de gemeente te verkrijgen. Voor asbest gelden speciale regels in verband met uw gezondheid.

Bouwvergunning verleend

Al beginnen of nog even wachten?
In principe kunt u aan de slag zodra u een bouwvergunning heeft. Het is echter raadzaam om - zeker bij een bouwwerk dat 'in uw buurt gevoelig ligt' - eerst de officiële bezwaartermijn af te wachten. Omwonenden en andere belanghebbenden kunnen namelijk tot zes weken na de bekendmaking van de bouwvergunning (of na uw fictieve bouwvergunning) bezwaar aantekenen bij de gemeente. Aansluitend kan een beroepsprocedure aanhangig worden gemaakt bij de rechtbank, waarna ook nog hoger beroep mogelijk is bij de Raad van State. Onder bekendmaking wordt verstaan de dag waarop het besluit om de bouwvergunning te verlenen aan de aanvrager bekend is gemaakt. Wordt na heroverweging door de gemeente of door een uitspraak van de rechtbank de bouwvergunning vernietigd, dan mag u niet meer bouwen. U moet zelf inschatten of u beter deze periode van (mogelijk) bezwaar en beroep kunt afwachten voordat u met de bouw start. Als er tijdens uw bouwaanvraag al klachten zijn geuit, dan is de kans op eventuele bezwaarschriften groter. U kunt de gemeente overigens niet aansprakelijk stellen als blijkt dat u te vroeg bent gestart met de bouw. Vandaar dat het altijd verstandig is om vooraf met uw buren te overleggen. Dat kan een hoop kou uit de lucht nemen.

Geldigheid bouwvergunning
De verstrekte bouwvergunning kan worden ingetrokken als niet binnen 26 weken na verlening daarvan is gestart met de bouw. Ook als de bouw meer dan 26 weken stil ligt kan de verleende bouwvergunning worden ingetrokken.

Toezicht tijdens de bouw
Tijdens de bouw kan een inspecteur van bouw- en woningtoezicht komen controleren of wordt gebouwd volgens het Bouwbesluit en de verleende bouwvergunning. Er wordt daarbij vooral gelet op de kwaliteit van het gebouwde en op de veiligheid op de bouwplaats en de omgeving tijdens de bouw.

Als blijkt dat wordt gebouwd zonder de vereiste bouwvergunning of in afwijking van de bouwvergunning kan de bouw worden stilgelegd. De gemeente geeft aan wanneer de bouw hervat mag worden.

Rekening houden met de buren

Een goede buur is beter dan een verre vriend
Als u geen problemen met uw buren heeft, dan wordt u het bij de meeste kleinere verbouwingen of aanpassingen wel met elkaar eens. U kunt ongenoegen vóór zijn door buren en omwonenden bij uw plannen te betrekken. Wellicht kunt u dan met een kleine aanpassing veel onnodige problemen voorkomen.
Maar er kunnen zich situaties voordoen waarbij u samen niet zo makkelijk tot overeenstemming komt. Dan is er het Burgerlijk Wetboek, dat in een aantal gevallen uitsluitsel kan geven, omdat daarin 'de gebruikelijke omgangsvormen' zijn vastgelegd. Op de internetsite van VROM kunt u de betreffende artikelen uit het Burgerlijk Wetboek nalezen. Het algemene uitgangspunt is dat u uw buren geen hinder mag toebrengen. U kunt hierbij denken aan het wegnemen van licht of lucht en het verspreiden van stank of trillingen.

Steigerrecht
Het kan zijn dat uw buren op uw terrein moeten zijn omdat zij anders bepaalde werkzaamheden niet kunnen uitvoeren aan hun huis. U mag hun de toegang daartoe niet weigeren, tenzij daarvoor heel belangrijke redenen zijn. Uw buren moeten dit wel eerst fatsoenlijk aan u melden en als er schade door ontstaat, bijvoorbeeld door het plaatsen van een steiger, dan zullen zij dat moeten vergoeden.

Erfafscheidingen samen delen
U mag uw erf afbakenen of zelfs afsluiten met bijvoorbeeld met een schutting of hekwerk. U mag deze desgewenst pal op de erfgrens plaatsen, waarbij een maximale hoogte van 1 meter nooit een probleem is. Willen de buren geen erfafscheiding direct op de erfgrens, dan kunt u via de burgerlijk rechter vorderen dat zij daaraan meewerken (de gemeente is hierin geen partij). Zo'n afscheiding komt dan met de ene helft op het ene terrein en met de andere helft op het andere terrein te staan. U kunt de kosten in dat geval met uw buurman delen, omdat de afscheiding gezamenlijk eigendom is geworden. Uiteraard heeft u dan van te voren wel overlegd over de aard van de afscheiding. Als uw erf grenst aan een openbare weg of een openbaar water en de gemeente of een andere overheidsinstelling is dus uw buurman, geldt bovenstaande regel niet.
Als u niet precies weet waar de erfgrens loopt, kunt u het Kadaster in uw regio raadplegen.

Een balkon of kozijn op de grens met de buren
Als u een balkon aan uw huis maakt of u maakt een kozijnopening moet u altijd rekening houden met de buren. Als het balkon of het kozijn uitkijkt op het erf van uw buren moet u een afstand van 2 meter ten opzichte van de erfgrens aanhouden. Als de afstand tot het erf van uw buren kleiner is dan 2 meter moet u hen vooraf toestemming vragen. Indien het naastgelegen erf een openbare weg of openbaar water is, is bovenstaande regel niet van toepassing.

Meer informatie

De gemeente is het aangewezen adres om uw licht op te steken wanneer u plannen hebt of te (ver)bouwen. Wij raden u aan om dat vooraf te doen, zeker als u ook maar enigszins twijfelt of u bouwvergunningsvrij mag bouwen.

Meer informatieve folders
Het ministerie van VROM heeft een serie gratis folders gemaakt over veel voorkomende bouwwerken. Deze folders zijn af te halen bij de Centrale Balie van het gemeentehuis, of u kunt ze hier downloaden. Het gaat om de volgende folders:

· Aan- en uitbouwen

· Bijgebouwen en overkappingen

· Dakkapellen

· Dakramen

· Erf- en perceelafscheidingen

· Kozijnwijzigingen

· (Schotel)antennes

· Zonnecollectoren en zonnepanelen

Aan deze tekst kunt u geen rechten ontlenen. De inhoud geeft een algemeen beeld van wat er in de Woningwet is gewijzigd en wat dit in de praktijk betekent.