BOVAG en NCBRM vinden rapport NMA fietsenbranche muggenzifterij
28 november 2002
De BOVAG-afdeling Tweewielerbedrijven en de Nederlandse Christelijke
Bond van Rijwiel- en Motorhandelaren (NCBRM) vinden de conclusies in
het rapport van de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMA) over de
fietsenbranche muggenzifterij. De NMA concludeert dat BOVAG de
Mededingingswet zou hebben overtreden door het uitgeven van service-
en nazorgboekjes waarin prijzen worden genoemd voor nastel- en
onderhoudsbeurten aan fietsen. Bovendien zou BOVAG adviezen hebben
gegeven over verhogingen van de werkplaatsuurtarieven. BOVAG zou de
leden ook hebben aanbevolen niet aan bedrijfsfietsenplannen mee te
werken vanwege een te lage resterende marge. BOVAG vindt de
beschuldigingen van NMA zeer onterecht, op zijn minst schromelijk
overdreven. Immers BOVAG heeft niet anders gedaan dan de leden, over
het algemeen kleine ondernemers met een bescheiden inkomen, te helpen
bij het zelfstandig zakendoen en beslissingen nemen en heeft absoluut
geen prijsvoorschriften uitgevaardigd. In de wereld van vandaag zijn
er volgens BOVAG veel belangrijkere zaken waaraan de NMA zijn tijd en
aandacht kan besteden.
Al sinds de zeventiger jaren kunnen leden van de BOVAG-afdeling
Tweewielerbedrijven op vrijwillige basis service- en nazorgboekjes
kopen die ze bij de aflevering van een nieuwe fiets aan hun klant
kunnen geven. In deze boekjes zijn enkele coupons opgenomen waarmee de
klant een gratis afstelbeurt kan verkrijgen en verdere
inspectie/onderhoudsbeurten tegen gereduceerd tarief. Daarop stonden
inderdaad prijzen vermeld, maar de zelfstandige ondernemers konden
daar uiteraard altijd van afwijken. Na contact met de NMA , die pas in
2000, twee jaar na de invoering van de nieuwe Mededingingswet met
richtsnoeren voor brancheorganisaties kwam, heeft BOVAG het boekje
overigens al vervangen door een versie zonder tarieven.
Wat de adviezen over de werkplaatsuurtarieven betreft: uiteraard houdt
BOVAG als brancheorganisatie zorgvuldig de ontwikkeling van kosten
voor tweewielerbedrijven bij en informeert de leden daarover.
Uiteraard bepalen de leden zelf, met het oog op hun
concurrentiepositie, hun tarieven.
BOVAG heeft inderdaad zijn leden gewaarschuwd voor deelname aan
bedrijfsfietsenplannen vanwege het margeverlies. Mogelijk is BOVAG
daarbij in de formulering iets doorgeschoten in het kader van de
mededingingswet. Maar duidelijk is dat hierdoor geen prijsafspraken
zijn gemaakt. Immers de leden van BOVAG beslissen als zelfstandige
ondernemers altijd zelf over welke deals ze met wie dan ook maken en
stellen altrijd zelf hun prijzen en tarieven vast. Overigens blijken
in de praktijk heel veel fietsdetaillisten toch wel aan de
bedrijfsfietsenplannen te leveren.