Het Koninklijk Huis
25/12/02 Kersttoespraak van H.M. de Koningin
Het gesproken woord geldt
Kerstmis, het feest van licht en leven in donkere tijden, vieren we in
de laatste dagen van het jaar. Voor mijn familie en mijzelf is dit een
diep ingrijpend jaar geweest. In bruiloft, geboorte, doop en dood zijn
alle fasen van het leven aan ons voorbijgegaan. In ons verdriet om
mijn man hebben velen gedeeld. Het afscheid heeft hem als mens
belicht. Zoals hij leefde vanuit zijn beginselen van waardigheid en
gelijkwaardigheid, heeft hij een voorbeeld mogen zijn. Met overtuiging
zette hij zich in voor medemenselijkheid, gerechtigheid en waarheid.
Oprecht gehecht aan het leven vond hij zijn kracht in verbondenheid
met mensen, ook in andere werelddelen.
Met Kerstmis wordt de verbondenheid verkondigd tussen God en mensen.
Die boodschap raakt ook onze verhouding tot elkaar: hoe wij onze
naasten tegemoet treden, wat wij kunnen bijdragen aan het samen leven
en welke inhoud wij geven aan de liefde van mens tot mens. Zo plaatst
het Kerstverhaal ons middenin de werkelijkheid van vandaag.
Wij leven in een verwarrende tijd, vol onvrede en onbestemde
angstgevoelens. De samenleving lijkt te verloederen. Losgeslagen van
oude ankers blijkt onze maatschappij niet goed bij machte om te gaan
met het opbreken van vertrouwde zekerheden. Te lang zijn onrust en
onbehagen weggedrukt. Verplichte verdraagzaamheid, waarmee geduld
wordt wat in wezen onaanvaardbaar is, leidt tot schijntolerantie.
Tolereren mag evenmin ontaarden in onverschilligheid, of een excuus
zijn om zich af te wenden van echte problemen.
Niemand mag de ogen sluiten voor onrecht en grof geweld. Dat mensen
elkaar krenken, beledigen en discrimineren kan niet worden gedoogd.
Persoonlijke opvattingen en eigen waarheden kunnen hiervoor nooit een
rechtvaardiging zijn.
Eigen gelijk is niet altijd dè waarheid; die is immers niet los te
zien van de ontmoeting tussen mensen. Waarheid ontstaat in dialoog,
niet door stellingen en meningen te poneren. Juist toetsing aan de
opvattingen van anderen kan ruimte scheppen die nodig is om met
fundamentele verschillen om te gaan.
Verschillen zijn niet te ontkennen. Zij zijn een gegeven en daarmee
het vertrekpunt bij elke toenadering. Wij hebben te aanvaarden dat er
verschil is in karakter, etnische afkomst, geaardheid, talent en
opvoeding. Onderscheid behoort tot de rijkdom van het mens zijn. Maar
waar verschillen leiden tot ongelijkheid in bejegening en tot
onrechtvaardigheid, is een ieder geroepen dit te bestrijden.
De grenzen van het toelaatbare liggen vast in wetten. Fundamentele
waarden vormen evenzeer de basis voor een moreel oordeel over gedrag
en opvattingen. Vanuit die grondbeginselen is het een uitdaging te
zoeken naar èchte tolerantie, niet in onverschilligheid maar in
betrokkenheid.
Dat begint bij luisteren. Luisteren is meer dan aanhoren. Men behoeft
het niet eens te zijn met wat een ander beweegt om zich daarvoor toch
open te stellen. Iemand leren kennen is een eerste stap op weg naar
een beter begrijpen. Onze maatschappij met haar verscheidenheid in
cultuur vraagt geduld en creativiteit bij het zoeken naar nieuwe
vormen van sàmen leven. Tussen verschillende religies en overtuigingen
en tussen uiteenlopende leefgewoonten en verhoudingen moeten we
bruggen slaan.
Het is bemoedigend en inspirerend overal in het land voorbeelden te
zien van mensen die trachten problemen om te zetten in oplossingen,
dwars door alle weerstand heen. Zij zijn in staat over grenzen heen te
kijken. Ondanks teleurstelling en tegenslag, keer op keer, zijn er
toch burgers die niet toegeven aan gevoelens van onmacht, die
wantrouwen willen overwinnen en die zich blijven inzetten voor
medemenselijkheid. Over en weer proberen zij steun te vinden in een
toegestoken hand, verlangend naar contact.
Dit wil niet zeggen dat aan maatschappelijke spanning voorbij kan
worden gegaan. De kwade kanten van onze samenleving moeten worden
onderkend. Maar problemen duiden is iets anders dan ze dulden. Opkomen
tegen wat verkeerd is blijft hoe dan ook een ieders
verantwoordelijkheid. Met elkaar zoeken naar nieuwe wegen is
allerminst een teken van naïef idealisme maar wordt ingegeven door de
harde noodzaak het samen leven inhoud te geven in de praktijk van
alledag. Dit vereist wederzijds respect. Laten wij trachten
verschillen in elkaar te aanvaarden, zonder vooroordelen. Wanneer wij
anderen in hun waarde laten, worden die verschillen hanteerbaar en
kunnen nieuwe verhoudingen ontstaan.
Het licht van het Kerstfeest wijst naar een toekomst van waardig
samenleven, in gerechtigheid, medemenselijkheid en waarheid. Onder ons
zijn mensen die dat uitstralen. Hardnekkig volharden zij in
naastenliefde. In de pijn van een geschonden wereld voelen wij de
kracht van hun voorbeeld. Hun inzet voor recht en vrede vertolkt de
boodschap van Kerstmis. In dat feest van licht en leven komt God ons
mensen nabij.
Ik wens U een goede Kerst toe!
De volgende muziek werd tijdens de kersttoespraak ten gehore gebracht:
Beginmuziek:
Esteban Salas y Castro
Kyrie, uit Mis in g
Coro Exaudi de Cuba
o.l.v. María Felicia Pérez
Eindmuziek :
Anoniem Russisch
'De ster verrees boven de stal'
Kamerkoor van Sint Petersburg
o.l.v. Nikolaj Kornjev